Brian Kemp was verantwoordelijk voor de organisatie van de verkiezingen in Georgia waar hij ook kandidaat was in die verkiezingen.
Hij won, vooralsnog, op de klassieke zuidelijke manier: zoveel mogelijk kiezers van de tegenpartij het stemmen onmogelijk maken. Niet door ouderwetse literacy tests of een poll tax, maar gewoon door mensen die een tijdje niet gestemd hadden van de lijsten te schrappen. En, nog gewoner, door het moeilijk te maken om te stemmen.
Je moest er, met wachttijden van vier tot vijf uur, een dag voor vrij nemen. Ra, ra, wie dat niet kunnen.
Stemmachines werkten niet of stonden in de opslag. Kiesbureaus waren gesloten of verplaatst, toevallig net in Democratische districten.
Gewoon, alledaags racisme en politieke corruptie in de uitoefening van zijn dagelijks werk. Zo’n man is de nieuwe gouverneur van Georgia. Misschien moet hij ook maar weer de confederate flag terughalen in de staatsvlag, dan is het voor iedereen duidelijk waar hij staat.