Een lezer vroeg met waarom ik steeds ‘psycho’ gebruik verwijzend naar president Trump.
Het is niet een flauwe poging om bijnamen te geven, een van Trumps favoriete bezigheden als hij niet bezig is zichzelf in de voeten te schieten. Nee, het is om de lezer eraan te herinneren dat we te maken hebben met een psychopaat.
Trump bewees het gisteren nog maar een keer. Geef hem jeuk en hij blijft krabben. Poetin, Rusland: Trump blijft er over doorzeuren. Neonazi’s, racisten: hij kan er niet over ophouden. In beide gevallen gaat het niet zozeer om zijn achterban (hij wordt door beide gebruikt maar is te dom om dat te zien) maar om de enigen die hem onvoorwaardelijk steunen. En Trump als psycho geeft die steun onvoorwaardelijk terug.
Bij Trump gaat alles over Trump. Toen hij maandag zogenaamd zijn nuance aanbracht was dat nadat hij tien minuten had georeerd over de fantastische successen van de economie (een voortzetting van de Obamajaren). Gisteren zou hij over infrastructuur praten maar hij wilde het over Trump hebben, over deze abjecte types die hem steunen. En dus bleef hij maar krabben, tot meer dan ergernis van John Kelly, de chef staf die erbij stond.
Voor deze man is geen hoop. Alleen de Eppinks en Fergusons van deze wereld, broodschrijvers in het conservatieve mandje, verdedigen hem nog.
De meer serieuze vraag is of er hoop is voor Amerika en, in bredere zin, voor de westerse wereld zoals we die tot nu toe kenden. Je kunt er alleen maar per dag pessimistischer op worden.