Beyond the Wall. East Germany, 1949-1990 door Katja Hoyer. 475 pag’s. ISBN 9780241633502
Red Memory. Living, Remembering and Forgetting China’s Cultural Revolution door Tania Branigan. 284 pag’s. ISAN 9781783352654
Deze twee boeken lijken weinig gemeen te hebben. Beyond the Wall is een serieuze geschiedenis van de DDR, van Oost-Duitsland, geschreven door Katja Hoyer. Red Memory een journalistiek onderzoek naar de Culturele Revolutie in China door Tania Branigan, voormalig correspondente van The Guardian. Maar behalve dat beide boeken superb geschreven zijn en een genot om te lezen, behandelen ze hetzelfde onderwerp: hoe herinneren mensen zich redelijk recente geschiedenis.
Beyond the Wall begint met een pijnlijk verhaal: hoe de communisten die Hitlers Duitsland in de jaren dertig ontvluchtten, in de Sovjet Unie het slachtoffer werden van Duitsland paranoia van Stalin en in het gevang geraakten of simpelweg werden afgemaakt in Stalins ‘zuiveringen’. De Duitsers die resteerden hadden de modus operandi van Stalins Sovjet-Unie volledig geïncorporeerd. Ze hadden collega’s en vrienden verraden om te overleven. Een groep van tien, onder leiding van Ulbricht, werd meteen na de Russische overwinning in het oosten van Duitsland, erheen gestuurd om een soort van bestuursstructuur op te zetten. De burgers, murw gebeukt door eerste Hitlers oorlog en daarna de Russische moorden en verkrachtingen, verwelkomden stabiliteit. Intellectuelen en academici werden afgevoerd naar Moskou om daar de Sovjets te helpen. Hoyer schrijft over de jongeren die in de Hitler Jugend hadden gezeten en dezelfde verkennersgeest vonden in de jeugdorganisatie die Ulbricht opzette.
De herinnering aan die terreur maakte veel verdraagbaar. Tot in 1953 de arbeiders van dit alternatieve Duitsland in opstand kwamen. De door Honecker doorgevoerde hervormingen, meer gericht op consumentisme, maakten van de DDR in de jaren zestig een soort stilstaand water waarin tevredenheid met wat bestond het motto was. De muur stabiliseerde iets dat op de lange termijn niet stabiliseerbaar was, de stalinisten die de DDR runden bleken te fantasieloos om hun arbeidersparadijs overeind te houden. Oorspronkelijk wilde Stalin de optie om een neutraal ongedeeld Duitsland te krijgen openhouden, vandaar dat de eerste grondwet van Oost-Duitsland het daarover had. Maar niet in het minst door de manier waarop West-Duitsland zich liet opslokken (niet zonder meegaandheid) door het Koude Oorlogs westen moesten zelfs Stalin en zeker zonder opvolgers onderkennen dat dit geen optie meer was. Daardoor werd het land steeds meer in een isolement gedrukt – ook binnen het Soviet-imperium.
Het valt te begrijpen dat mensen die in 1989 vanuit de DDR zo in het verenigd Duitsland werden gegooid (dat zijn eigen problemen had en heeft met het verwerken van oorlogsschuld en de onvolledige denazificering) enigszins nostalgisch waren naar een samenleving waarin hun huis, baan en primaire leefomstandigheden gegarandeerd waren. Ik las er eerder een geweldig boek over: The House by the Lake van Thomas Harding.
Een paar maanden geleden bezocht ik het DDR museum in Berlijn. Dat geeft in beeld en geluid het verhaal van de DDR, maar naar mijn gevoel op een wat afstandelijke manier, dat wil zeggen als een raar fenomeen dat je kunt bekijken zonder je erin te verdiepen. Beyond the Wall laat je meeleven en daardoor beter begrijpen wat er gebeurde, waarom de integratie van beide Duitslanden onvolkomen was en zal blijven, en waarom Oost-Duitsland nu een hotbed is van radicaal rechts. Ik moest vaak denken aan de manier waarop die DDR ook door het westen werd weggezet, om de een of andere reden drong mij steeds ‘Ien van de muur’ op, de kreet die aan PvdA voorzitster Ien van den Heuvel werd toegeschreven. Het was Jan Nagel, intrigent extraordinair die na een bezoek aan de DDR in 1974 de muur ‘historisch juist’ noemde. Dit boek lezend kan ik begrijpen waarom hij het zei.
Ook Red Memory is het verhaal van herinneringen, en ook een verhaal van een totalitair systeem dat zijn eigen bevolking terroriseert. De aanloop naar de Culturele Revolutie was Mao’s Grote Hongersnood, goed voor 45 miljoen doden. Om zijn eigen verantwoordelijkheid te ontlopen en mogelijke troonpretendenten te blokkeren, begon Mao de volgende oorlog tegen zijn eigen volk. De Chinese geschiedenis heeft geen gebrek aan donkere periodes en chaos, maar de Culturele Revolutie, durend van 1966 tot 1976, waarin een deel van het land tegen de rest werd opgezet, kinderen tegen ouders, studenten tegen docenten, vrienden tegen elkaar, was uniek in zijn afzichtelijkheid. Ouders, vrienden, dorpsgenoten die met een bord om werden beschuldigd van verraad, met verf werden besmeurd of simpelweg doodgeknuppeld.
De voormalig correspondente van de Guardian, Tania Branigan, vertelt het verhaal van de vreemde nostalgie naar de Culturele Revolutie die in de jaren negentig ontstond. Ze legt de nog steeds bestaande kloof bloot tussen mensen die het een nachtmerrie vonden en mensen die een socialistisch utopia dachten te leven. Branigan laat zien hoe belangrijk het is dat je de taal spreekt en het land en cultuur goed genoeg kent om contacten te kunnen leggen en de juiste vragen aan de juiste personen te kunnen stellen. Het is hogeschool journalistiek.
Branigan praat met slachtoffers, de mensen die in elkaar werden geslagen voor ‘misdaden’ of hun ‘bourgeois kleding’ of misschien het spreken van een andere taal. Ze praat ook met de revolutionairen, in het begin vaak tieners en studenten, die herinneringen hebben aan een soort bevrijding in die jaren (een gevoel dat iets doet denken aan nostalgie van mijn generatie naar de hippiejaren, al waren die van een andere orde). Honderdduizenden jongeren reisden gratis het hele land door (de ‘Great Linkup’) en zagen China veranderen onder hun handen. Ze dachten inderdaad de heilstaat te brengen. En zoals dat gaat, na een jaar twee hadden ze er wel genoeg van en vond de samenleving dat het ook wel wat minder kon, al duurde het nog jaren voordat Mao uitgeraasd was.
Sommige van de geweldplegers nemen nog steeds niet de verantwoordelijkheid. Pijnlijk zijn de gesprekken met een man die Zhang Honging heet, die zijn moeder heeft verraden, wetend dat hij daarmee een doodvonnis tekende. Hij voelt spijt maar geeft nog steeds zijn moeder de schuld van haar eigen lot. Branigan geeft een mooi (nou ja) beeld hoe mensen met herinnering omgaan. Ik zag het tot nu enkel zo intens in fictie, bijvoorbeeld in Do Not Say We Have Nothing van Madeleine Thien.
Al doende en meer geconcentreerd tegen het einde van dit geweldige boek geeft Branigan een analyse van de manier waarop het huidige regime van Xi die als een fake-Mao in veel opzichten de Culturele Revolutie imiteert. De trend van terugkeer naar een gedreven Maoistisch activisme was ingezet door de inmiddels vergeten Bo Xilai, die tot 2012 de stad Chongqing runde en gold als concurrent van Xi. Bo probeerde een ideologie van ‘singing Red’ aan de man te brengen en ‘smashing back’ (georganiseerde criminaliteit). Het regime maakte korte metten met hem, maar Xi heeft een persoonlijkheidscultus geschapen die doet denken aan die rondom Mao.
Branigan beëindigde haar correspondentschap in 2015, toen nog niet helemaal duidelijk was hoe ver Xi daarin zou gaan. Inmiddels weten we wat Xi ambieert en het lijkt ongemakkelijk op wat Mao wilde en deed. Een ander boek, dat ik echter nog niet heb gelezen, Sparks van Ian Johnson, gaat over een ondergrondcultuur van geschiedschrijving die wil voorkomen dat Xi en zijn bende bepaalt wat mensen nog weten. Deze groep probeert Xi’s ban op ‘historisch nihilisme’ te breken. Goed dat Branigan deze verhalen vastlegde.
Terugkomend op wat beide boeken verbindt: geheugen, collectief geheugen, is een manipuleerbaar monster, zeker maar niet alleen in een autoritaire samenleving waar de vrijheid om zelf informatie tot je te nemen is beperkt. China vergeet liefst de misdaden en de tientallen miljoenen doden die Mao meebracht, heeft inmiddels Tiananmen square al gewist uit het geheugen. Interessant is dat de Duitse pers Hoyers boek massaal afkraakte, haar verwijtend dat ze naïeve, oppervlakkige herinneringen optekent als een geschiedenis. Laat u daardoor niet afschrikken, dat afkraken is ook een vorm van herinneringen wegdrukken en die zijn voor Duitsland niet altijd even plezierig.