Eigenlijk moet je aan de Telegraaf bagger geen aandacht besteden. Maar Rob Hoogland, die zich voordoet als een goedmoedige observeerder met een kwinkslag hier en een kwinkslag daar, is van een dermate laag bij de gronds soort, dat je het aan de kaak moet stellen. Misschien is het overbodig, maar we kunnen concluderen dat de wakkere krant geen grenzen kant. Nou ja, dat hadden we tijdens de campagne al gezien in het eindeloos afzeiken van Frans Timmermans.
Maar vrouwen, dat is een probleem voor de Telegraaf, en vooral voor kleine Rob. Die houdt niet van krachtige vrouwen. Ze moeten zich gedeisd houden maar verder vormen vrouwen een fijn onderwerp als je eens een dag (veel dagen) geen idee hebt waarover te schrijven. Dagje geen inspiratie, hop, Kaag en Halsema zijn altijd goed voor een sneer.
De heer Hoogland is de uitvinder van de term ‘het Kaagmens’. Als iets deze man zou diskwalificeren van omgang met de beschaafde wereld dan is dat het wel. In zijn ‘afscheid’ van Sigrid Kaag (wat zal hij haar missen) maakt hij nog maar eens een misselijke ‘grap’ over Kaag die de Nederlandse industrie in Gaza zal helpen met tunnels bouwen.
Ik dacht ooit dat er een bodem zat in de Telegraaf bagger. Ik had beter moeten weten. Een krant die Leon de Winter emplooi biedt en Rob Hoogland als zijn dierbare columnist beschouwt is door die bodem heen gezakt. Aan de andere kant, als de haatzaaier nu de grootste eenmanspartij van Nederland leidt en mogelijk premier wordt, is het misschien wel ‘normaal’ dat deze baggerkrant de grootste van Nederland is.