New Orleans heet niet voor niets de Big Easy. De sfeer is er relaxed en ongedwongen De combinatie van muziek, eten en drinken zorgen voor een vrijwel permanent feest. De Fransen lieten hier niet alleen de French Quarter achter, maar ook een mediterrane cultuur die uniek is voor de Verenigde Staten.
De French Quarter is het interessantste gedeelte van de stad met zijn cafés, restaurants en live muziek. Ook overdag is er altijd wat te doen, al was het alleen maar de stad te zien ontwaken na alweer een gezellige maar vermoeiende nacht.
Bourbon Street is de beroemdste straat van New Orleans, maar zeker niet de mooiste. Sterker, bij ons meest recente bezoek vonden we het vooral een verlopen, vervelende straat met veel dronken studentenvolk en matige muziek. Maar er is in het French Quarter genoeg te zien.
Bezoek als u de kans heeft ook de begraafplaatsen in de stad. Ze liggen niet in de beste buurten (afgezien van La Mairie) maar zijn interessant vanwege de beelden en bouwsels die mensen er hebben opgezet. Dat moest ook omdat je niet onder de grond kon begraven vanwege de hoge waterspiegel.
Zeer interessant is het museum aan Jackson Square. Het geeft een goed beeld van de geschiedenis van de stad, inclusief slavenmarkten.

Bewoners van New Orleans beschouwen eten als een van de belangrijkere zaken in het leven. Men kookt hier pittig in een mengeling van Franse, Spaanse, Afrikaanse en Cajun-keukens. Gumbo (een dikke soep) en Jambalaya (een soort paella) zijn de basisgerechten. Creools eten stamt vooral uit het Caribisch gebied, met rijst en rode bonen; Cajun is de erfenis van de Franstalige immigranten uit Canada. Voor eten neemt men ook de tijd: men begint laat en gaat lang door. Er zijn ook veel trendy restaurants die van alles combineren. Wij probeerden Nola, op aanraden van eettijdschriften, maar het viel tegen. Probeer liever een ietwat authentiek restaurant te vinden. Probleem is dat toeristen alles vreten wat ze voorgezet krijgen en er dus meer slechte dan goede kwaliteit is.

Dezelfde combinatie van invloeden die New Orleans zijn keuken gaf, leidde ook tot de geboorte van de jazz. De stad barst van de live muziek, soms fantastisch, meestal middle of the road. Behalve naar jazz kunt u ook luisteren naar blues, rythm and blues, cajun en zydeco. New Orleans kan als begin of eindpunt dienen van een trip door het Zuiden, het volgen van de Mississippi of een rondreis door Cajun Country.

Qua klimaat kunnen we u ten sterkste afraden om in de zomer naar New Orleans te gaan. Veel te warm, vies en benauwd. De lente en de herfst zijn ideale tijden.

Verslag:

New Orleans is een leuke stad, maar niet op het niveau van zeg, San Francisco, New York of Chicago. Het bekendste stukje, het French Quarter, is soms te smerig en te toeristisch om überhaupt aantrekkelijk te kunnen zijn. Denk aan het Rembrandtplein of zo.

Bourbon Street heeft de bekende naam maar het is vooral een verzameling kroegen van twijfelachtig allooi, terwijl de straat onveilig wordt gemaakt door dronken of bier hijsend volk dat probeert dronken te worden. Niet is om leuk uit te gaan, tenzij u daarvan houdt natuurlijk.

Gelukkig zijn er veel andere straten in het French Quarter die meer hebben te bieden, wel plezierig vermaak plus live muziek. Ik ben geen kenner, maar wat ik hoorde leek me allemaal wat routinematig, ook vooral voor toeristen bedoeld. Ik kreeg in elk geval niet de indruk dat ik hier moest zijn om de laatste ontwikkelingen op jazz gebied te genieten.

Royal Street heft veel mooie huizen, met het traditionele gietijzeren hekwerk. De dwarsstraten zijn rustiger en soms aantrekkelijk. Decatur is er alleen nog maar voor de toeristen. Voor een bekende beignet/koffietent als Le Monde is dat niet zo erg – al is het vervelend in de rij te moeten staan voor middelmatig vermaak – maar soms is er simpelweg weinig aan te beleven.

De wijken zijn het overwegen waard. In het Garden District staan mooie huizen van patriciërs, aardige hotels en restaurants. De Charles Street tram brengt u er naar toe.

De kerkhoven van New Orleans zijn beroemd. Omdat het water de kisten binnen de kortste keren weer omhoog dreef, bouwde iedereen die er geld voor had een soort sarcofaag. New Orleans 1 en New Orleans 2 zijn goede voorbeelden. Ze zijn een beetje ‘creepy’ vooral ook omdat ze naast Iberville liggen, een wijk met verlopen ‘projects’. Le Matarie kerkhof is van een andere orde. Hier liggen de rijken en beroemde mensen uit New Orleans’ verleden.

Goede boekwinkels vond ik op Dauphine en op Chartres. Ook op Decatur, helemaal aan het einde. Goed eten is in New Orleans niet moeilijk te vinden, al is excellent eten een ander verhaal. Wij probeerden Nola (New Orleans LA) maar dat viel tegen, terwijl de prijs aan de hoge kant was. Probeer in het algemeen geen gerechten te nemen die van alles bij elkaar stoppen.

Houdt u in New Orleans bij Gumbo en Jambalaya, daar zijn ze echt goed in. Ook verse oesters zijn de moeite waar.

Op Jackson Square ligt een uitstekend museum voor lokale geschiedenis.