20 & 21 Grand Canyon
22 Prescott
Op weg naar de Grand Canyon nemen we nu Route 180 North. We vertrekken vroeg zodat we al voor acht uur 's ochtends in het park zijn. Het is een uurtje rijden naar de toegang en als we langs de kruising komen van de 180 en de 64, langs Tusayan en de helicoptervertrekplaats realiseren we ons hoe verstandig het was in Flagstaff te overnachten. Deze strips hebben niets aantrekkelijks te bieden. De driebaans oprijlaan bij de ingang van het park geeft trouwens ook aan hoe druk het hier kan zijn.
Gelukkig zijn we vroeg genoeg om een plaatsje te bemachtigen in de grote Mather Campground in Canyon Village. Als u de data van tevoren weet, is het verstandig te reserveren. Als fall back kunt u altijd op first come, first serve basis in Desert View kamperen, veertig kilometer naar het oosten. En als dat allemaal niet lukt, kunnen we altijd nog 's avonds terug naar Flagstaff of naar de strips met motels. Een wat luxer verblijf in El Tovar Hotel kan ook, maar daarvoor zijn zeker reserveringen nodig.
Na het regelen van deze praktische zaken in het drukke en onaantrekkelijke Canyon Village, kunnen we af op ons reisdoel: de South Rim van de Grand Canyon. Dat ziet er toch heel anders uit dan de North Rim. Je kijkt op een heel andere manier dat enorme gat in. We kiezen voor een eerste wandeling langs de West Rim. De weg is in het seizoen gesloten, maar er loopt een shuttle bus die wandelaars in staat stelt om op verscheidene punten de wandeling af te breken of weer verder te gaan. Met kinderen werkt dat ideaal: die weten nooit hoelang ze het volhouden. Bright Angel Trail is het bekendste pad dat de Grand Canyon invoert. Het gaat knap steil omlaag en wat altijd uitermate irriteert zijn de dagjesmensen zonder conditie die op de eerste paar kilometers rondhangen, nog afgezien van al die pakezels en muildieren. Die gaan we dus niet gezelschap houden. We nemen de auto om verder te rijden langs de South Rim, maar dan in oostelijke richting. Het Visitor Center bewaren we voor als er nog tijd over is. Wie wil hier nu binnen dingen bekijken als er een Grand Canyon om de hoek ligt?
Zuidrand
De weg voert langs de zuidrand met diverse uitzichtpunten. De mooiste vinden we Yaki Point, Grandview Point, Moran Point en aan het einde de Watchtower. Op de terugweg kunnen we dan nog Mather Point aandoen. Door het zo te doen kunnen we de weg in beide richtingen rijden, op andere tijden van de dag. Zo krijgen we een gevarieerd beeld van de fantastische vergezichten. Vanaf Yaki Point loopt de South Kaibab Trail naar de Colorado River ñ maar op deze trip blijft het een droom om naar beneden te lopen. Grandview Point is het hoogste van deze uitkijkpunten. Vanhier gaat een pad steil omlaag naar de Last Chance Copper Mine. Ook dat bewaren we voor een volgende keer. Bij Lipan Point kunnen we de Colorado River zien liggen, ver in de diepte. Watchtower is een verhaal apart.
Dit op de oude torens van de Anasazi-Indianen geÔnspireerde bouwwerk heeft een observatiedek met een fantastisch uitzicht, niet alleen over de Canyon maar ook over de Painted Desert in het oosten. Op de terugweg genieten we van de vallende avond en het lichtspel dat dit geeft. De Grand Canyon kan duizend verschillende gezichten hebben, afhankelijk van de bewolking en de aard van het licht. Uitgekeken raken we er nooit, we prijzen ons gelukkig dat we de Canyon zelfs een keer met sneeuw hebben meegemaakt. Jammer dat we niet naar de bodem kunnen lopen, maar daarvoor moet je toch al gauw een dag of vier, vijf vrijmaken. De volgende ochtend nemen we vanaf Mather Point met de nog prille zon afscheid van het visueel meest indrukwekkende van lle parken. We nemen Route 180 terug naar Flagstaff maar we rijden meteen door over de I-17 South. Niet lang, want bij Mountainaire slaan we af richting Sedona. Niet ver voordat we dat stadje bereiken stoppen we Slide Rock State Park. Door deze kleine canyon loopt het riviertje over gladgeschuurde hard rode stenen, ideaal om op je zwembroek doorheen te schuiven. Een heerlijk koele plek om even bij te komen, te lunchen en dan door te rijden naar Sedona, het hart van de Red Rock Mountains. Dit uit zijn voegen gegroeide plaatsje is of was (dat is niet helemaal duidelijk) een broeinest van New Age adepten, die hier een power point van de planeet hebben aangetroffen. Het zal best. Wat mij betreft geldt: gooi het maar in mijn pet. Sedona heeft een paar aardige aspecten maar veel tijd hoeven we er niet door te brengen. We maken wel een tour met de Pink Jeep Tour die over een vastgeleged traject door de Rode Rotsen voert. Mooie uitzichten en spannende four wheel drive trajecten, maar aan de dure kant. Sedona kon ons niet echt bekoren, afgezien van de indrukwekkende kerk die bij de zuidingang van het stadje is gebouwd, de Chapel of the Holy Cross. Treffend dat in het hart van New Age land een gebouw van de Oude Age het meest waarderen. We rijden door naar Clarksdale en Jerome, over Route 89A. Beide stadjes zijn gebouwd rondom de winning van koper. Clarksdale was een echte company town, met keurige kleine huisjes rondom de Village Green met muziekkiosk in het midden. Jerome ligt op de koperberg en is historisch interessanter. Het is tegenwoordiger zelfs een State Historical Park met een aardig museum. Het stadje was bijna teloor gegaan toen de hippies het in de jaren zeventig ontdekten en het nieuw leven inbliezen. Tegenwoordig is het een toeristentrekpleister, met een aardige historische component, dat wel. Het State Historic Park heeft een camping, maar we rijden toch liever door richting Prescott. Een stuk of tien kampeerplaatsen rondom het stadje bieden soelaas, de mooiste in het Prescott National Forest.
Alternatief via Las Vegas
Voor degenen die in deze fase van de reis Las Vegas willen aandoen, is hier een alternatieve route mogelijk. Op de weg terug van de Grand Canyon neemt u Route 64 naar Winslow en vandaar de I-40 naar Kingman. Voor Route 66 freaks biedt dit nog een mogelijkheid de echte oude weg te berijden. Route 93 North voert vandaar naar de Hoover Dam en vervolgens naar Las Vegas. Wie Joshua Tree National Park wil overslaan gaat vandaar via de I-15 naar Los Angeles. Wie per se naar Death Valley National Park wil, kan het van hieruit doen. Kiest u voor Las Vegas dan is dat zelfs een goede optie omdat het minder ver is dan Joshua Tree. Voor beide parken geldt dat wie niet tegen de hitte kan het niet moet doen. Maar goed, zo iemand had ook Las Vegas vermeden, midden in de zomer. Eh, denkt u er wel even aan dat campers meestal niet mogen worden meegenomen naar Death Valley. 't Is maar dat u het weet.