In Zuid Dakota leefden ooit miljoenen bizons, aanmerkelijk meer dan er nu mensen wonen. In een van de minst bevolkte staten van de VS speelde zich toch een belangrijk deel van de Amerikaanse geschiedenis af. De prairies en de exploitatie ervan, mogelijk door de ploeg die de harde grond aan kon, veranderde de ontwikkeling van het land.
Tekst en foto’s Jean-Pierre Sylvestre
Men zegt wel dat St Louis de poort is naar het Midden-Westen, maar met evenveel recht kun je verdedigen dat Chicago en Minneapolis die kroon toekomt. Als u vanuit Chicago naar het westen gaat en de Mississippi oversteekt, dan is de verandering in het landschap duidelijk zichtbaar. Honderden kilometers van licht glooiende vlaktes en daarna eindeloze prairies.
Welkom in South Dakota. Maar de veertigste staat van de Verenigde Staten geeft niet meteen al zijn geheimen prijs als u de grens van Minnesota oversteekt. Om de staat echt te ontdekken, moet u er diep in doordringen, bijvoorbeeld naar de Black Hills, het ware hart van de Verenigde Staten.
Het echte Midden Westen, het land van de bizons en van de verovering van het Westen, ligt net voorbij de westelijke oever van de rivier de Missouri. Daar maken de velden maïs en zonnebloemen plaats voor de immense prairies en vee. Dit is het gebied van de Sioux Indianen en de cowboys. Het avontuur begint eindelijk in Chamberlain, een oude vooruitgeschoven post naar het westen. Bomen worden hier steeds zeldzamer en het terrein wordt beheerst door de groundhogs, de pluizige, aaibare beestjes die zich nooit erg ver wagen van hun holen en die bij het minste gevaar onder de grond duiken.
Zuid Dakota is nog steeds een wilde en dun bevolkte regio (73.171 inwoners op bijna 200.000 km2). Pierre, de hoofdstad, die ligt aan de oevers van de Missouri, is daar een weerspiegeling van met zijn 13.200 inwoners. In een paar minuten rijdt je er dwars doorheen, maar het rare is dat het voor zo’n klein stadje verrassend compleet is in zijn voorzieningen. In elk geval treft u er de vriendelijkheid en zachtmoedigheid die de bewoners van Zuid Dakota kenmerkt.
Natuurlijke omgeving Zuid Dakota was eens het land van de bisons. Nog maar een anderhalve eeuw geleden raasden er miljoenen dieren over de prairies van de staat. In 1839 werd een kudde gesignaleerd die zich uitstrekte over een gebied van 48 bij 72 kilometer. De bizon was bijna uitgeroeid toen hij op het nippertje werd gered. Een kilometer of vijftig ten noordoosten van Pierre, bevindt zich op een ranch nu een kudde van 3500 bisons. Het is de Triple U Buffalo Ranch, 24.000 hectare groot en een van de weinige plekken in Noord-Amerika waar kuddes kunnen worden geobserveerd in een natuurlijke omgeving die weinig afwijkt van waar zijn hun voorvaderen verbleven. Deze Triple U Buffalo Ranch is om nog een andere reden een toeristische trekpleister: hier werd Dances with Wolves, de film met Kevin Costner werd opgenomen. Costner is een vriend van de eigenaars van de ranch, Kaye Ingle en David Hansen en ze praten er graag en veel over. De twee blokhutten die voor het draaien van de film zijn gebouwd liggen dicht bij de ranch, vlak bij de grazende bisons.
De Triple U Buffalo Ranch voert ons binnen in de geschiedenis van de verovering van het westen maar we staan er midden in bij een bezoek aan de 1880 Town and Longhorn Ranch, bij exit 170 van de I-90. Hier hebben liefhebbers van de geschiedenis van de prairies meer dan dertig huizen kunnen redden die dateren uit de verovering van het Midden-Westen. Het is een ware cultplaats, waarvan talloze huizen in films hebben gefigureerd en waar Amerikaanse historici onderzoek doen, een dorp inclusief gevangenis, saloons, militair kamp, stadhuis, brandweer en andere gebouwen.
Geologisch wondergebied
Op weg naar Rapid City, helemaal in het westen van de staat, lopen er woestijnachtige scheuren door de grond, ware maanlandschappen scheppend waar de natuur eeuwenlang zijn krachten heeft laten werken. Tegelijkertijd heeft ze de aarde kleur gegeven met pastelachtige tinten: we zijn in de Badlands. Dit nationale park is met zijn 100.000 hectare een meesterwerk van de natuur. Het waren Franse kolonisten die dit gebied de ‘Mauvaises Terres’ noemden. De naam beklijfde en werd later in het Engels vertaald. Dit park is een geologisch wondergebied. Uit de prairie van Dakota hebben regen, wind en ijs diep valleien geslepen, steile rotswanden, ravijnen, afgronden, en de heuvels die het ritme tonen van de geologische veranderingen. De erosie heeft hier niet alleen een nieuw landschap geschapen maar ook rotsen blootgelegd die er tussen de 23 en 37 miljoen jaar geleden zijn neergelegd. In dit park zijn meer fossiele resten van prehistorische zoogdieren te vinden dan begroeiing.
In de buurt ligt de Prairie Homestead, het huis van de familie Brown. Het geeft een goed beeld van de hardheid van het leven van de boeren en veehouders aan het begin van de verovering van het Westen. Prairie Homestead is ook de enige plaats waar u op uw gemak een populatie van witte ground hogs kunt bekijken. Als je het hebt over bisons en ground hogs dan kun je niet heen om het paard, dat het belangrijkste middel van vervoer en verovering werd van dit maagdelijk gebied.
In de Badlands, ten zuiden van het plaatsje Interior, heeft een rancher op zijn terrein van 2000 hectare een groep van zeventig wilde mustangs opgevangen. Ze werden gered van de ondergang door de tussenkomst van Karen Sussman, een liefhebster van paarden en de stichtster van de International Society for the Protection of Mustangs and Burros. Alan Amiotte, de eigenaar van de grond, is maar al te bereid om met bezoekers in zijn pick up truck te toeren over zijn gronden, met zicht op de Badlands en dieren als mustangs, wilde ezels, dassen en ratelslangen. Volgens Karen nemen de wilde paarden nu hun originele kleuren weer aan, zoals ze waren toen 500 jaar de conquistadores in Amerika aankwamen. ‘Het is vreemd om de link te leggen tussen de eerste paarden en de mustangs van Zuid Dakota want de paarden zijn geboren in Noord-Amerika maar hebben het continent verlaten naar Europa. Het zijn de Spanjaarden die het paard opnieuw in Amerika geïntroduceerd hebben.’ Het is dan ook interessant om in de Badlands talloze fossielen te vinden van de eerste paarden – ter grootte van een hond en meer dan 35 miljoen jaar oud.
Gratis musea
Met zijn 61.000 inwoners is Rapid City de tweede stad van Zuid Dakota, na Sioux Falls, helemaal in het oosten. In een van de (gratis) musea van de stad vindt u de rijkste collectie van fossielen en mineralen in heel Noord Amerika: het Museum of Geology. Het merendeel van de zoogdierenfossielen in de Badlands worden hier geconserveerd, net als een aantal grote hagedisachtigen. Voor kinderen zijn er zeven reproducties van dinosaurussen in het Dinosaur Park, in de heuvels boven de stad. Vlakbij Rapid City ligt ook het SD Air & Space Museum, waar een aantal van de grootste vliegtuigen van de wereld staan, waaronder een imponerende B52. Maar het meest bezochte museum is The Journey Museum die het verhaal vertelt van de geschiedenis van Zuid Dakota sinds de vorming van de aarde tot aan de komst van de kolonisten naar de regio. Dit museum bezit een rijke verzameling materiaal van de Sioux Indianen, die hier hun woongebied hadden.
Het stadsleven van Rapid City speelt zich vooral rondom het centrum af, rond Main Street. Op de trottoirs staan bronzen standbeelden van illustere personen uit de Amerikaanse geschiedenis en de bars en de saloons bieden op vrijdag en zaterdagavonden Country Rock. In de oude brandweerkazerne zit nu een bar/restaurant, waar gasten omringd zijn met het oude materiaal.
Goudzoekers en motorrijders
Rapid City is de entree voor de Black Hills. Deze bergketen betekent niet zomaar dat hier de prairies eindigen en de Rockies beginnen. Nee, de Black Hills zijn veeleer een bergachtig eiland, verloren in de het midden van de grote prairies van het Midden-Westen. Deze geërodeerde bult van graniet en leisteen strekt zich bijna 200 kilometer uit van noord naar zuid, en 100 van oost naar west. Het is een oase van groen met een enorm bos van sparren, midden in een woestijn waarin de Kiowa, Crow en Cheyenne toevlucht vonden. Toen de Sioux hier in de tweede helft van de zeventiende eeuw kwamen, durfden ze zich niet in de bergen te installeren omdat ze dachten dat de goden er woonden. Dat was ook de reden van hun verzet toen de blanken er zich meester van wilden maken. Toch had de Amerikaanse regering in 1866 een verdrag getekend waarmee de Paha Sapa – Zwarte Heuvels in Sioux-taal – aan de Indianen toekwamen ‘zolang het gras groeide en het water stroomde’.
Dat duurde echter niet lang, want slechts zeven jaar later leidden door generaal Custer verspreide geruchten van goudvondsten tot een ware stormloop. Het gevolg was een oorlog tussen Indianen en blanken, uitlopend op de massamoord bij Wounded Knee in het zuiden van de staat. De plek van Wounded Knee is overigens een soort heiligdom geworden, beschermd door de Sioux als een herinnering aan die zwarte periode.
Midden in de Black Hills ontstond het stadje Deadwood, waar de goudzoekers verbleven en kleurrijke persoonlijkheden zoals Calamity Jane en Wild Bill Hickok als legendes van het Wilde Westen de geschiedenis in zouden gaan. Hun graven zijn te zien op het kerkhof van Deadwood. Na de goldrush kende Deadwood een spectaculaire ineenstorting, die pas werd gestopt door de toeristenindustrie en die was weer te danken aan de populariteit van Mount Rushmore en de vestiging van casino’s. Deadwood is nu een soort klein Las Vegas.
Niet ver van Deadwood ligt een ander klein stadje dat zijn welvaart dankt niet aan de mijnbouw maar aan de motorrijders. Ieder jaar, begin augustus, explodeert Sturgis, een stadje van 7000 inwoners. Gedurende één week komen er liefst 700.000 motorrijders uit alle hoeken van de wereld bijeen in wat een soort bedevaartplaats is geworden voor tweewielerliefhebbers.
Als oude treinen u meer interesseren dan nieuwe motoren, dan moet u naar Hill City. Twee maal per dag vertrekt een stoomtrein vol toeristen uit het station van het stadje. Er ligt ook een klein paleontologisch museum dat wereldwijde bekendheid kreeg dank zij ‘Sue’, het grootste en meest complete skelet van de vleesetende Tyrannosaurus dat ooit is gevonden. Het Black Hills Institute of Geology and Research is gespecialiseerd in opgravingen van dinosaurussen en het maken van replica ervan in latex. In de zaal van dit museum vindt u een aantal complete skeletten van tyranossaurussen, een unieke verzameling.
Jaarlijkse roundup
In 1874 kwam een militaire expeditie naar de Black Hills om ze in kaart te brengen en dit mysterieuze terrein te verkennen. Men stichtte hier een stadje dat de naam draagt van de beroemdste en meest legendarische luitenant kolonel van de VS. Custer is niet alleen de tweede toegang tot de Black Hills maar ook de entree tot Custer State Park. Dit park is een beschermplek voor de op een na grootste kudde bisons die in de VS in vrijheid rondlopen, zo’n 1500 stuks. Ze zijn te zien langs de Wildlife Loop Road. Het zijn trouwens niet alleen bisons die u hier ziet; ook ground hogs, Amerikaanse antilopen, wilde ezels, coyotes, reebokken en herten zijn hier in overvloed. De enige voorwaarde is geduld en een goed observatievermogen.
De bisons in het Custer Park zijn een belangrijke attractie van Zuid Dakota. Ieder jaar, in het eerste weekend van oktober worden de 1500 bisons door cowboys bijeen gedreven. Dit is de Buffalo Roundup, een nationaal evenement. Stel u 1500 rennende, donderende en stof opwerpende bisons voor, in een gigantische kudde. Ze worden naar corrals gedreven waar de jaarlingen worden geregistreerd en daarna weer vrijgelaten. Omdat het park slechts onderdak kan bieden aan duizend bisons worden de 500 resterende opzijgezet voor de verkoop bij opbod aan de bizonranches in de buurt.
Liefhebbers van mooie landschappen nemen de Needles Highway in het noorden van het Custer Park. Dit is een weg die vaak heel smal is maar zicht biedt op hoge steile wanden van graniet, opstijgend uit een dicht bos van coniferen. In Custer zijn ook unieke dieren te zien: twee helemaal witte bisons verblijven op een ranch ten zuiden van de stad. Het zijn Miracle Moon en Rainbow Spirit. Volgens Dena Riley, de eigenaar van de Ranch waar beide dieren verblijven, is een blanke bizon uniek: één op de zestig miljoen geboorten. Volgens de Sioux is de geboorte van zo’n dier een teken van Vrede en Harmonie op aarde.
Mount Rushmore
In de brochures van Zuid Dakota wordt vaak gesproken over The Great Faces State. En inderdaad komen de meeste bezoekers voor wat vaak het monument van de democratie wordt genoemd. Mount Rushmore ligt een kilometer of dertig ten zuiden van Rapid City. En de Sioux hebben er hun eigen beeld in de buurt gezet: het monument voor Crazy Horse.
In de jaren twintig was goud zo zeldzaam geworden in de Black Hills iets anders moesten bedenken om geld te verdienen. Toerisme was de oplossing en de historicus Doane Robinson kreeg daarvoor een geniaal idee: beeldhouw een berg. Hij liet een Deense beeldhouwer komen, Gutzon de la Motte Borglum. De eerste gedachte was om helden van het Verre Westen in de berg uit te hakken: Lewis en Clark, Red Cloud, Joh Fremont en ander historische figuren.
Het geld om het project te financieren kwam echter pas los toen Borglum de helden verving door Amerikaanse presidenten. Na een aantal bezoeken aan de Black Hills koos de beeldhouwer voor Mount Rushmore, genoemd naar een jonge advocaat die in 1905 de heuvels bezocht. Maar welke presidenten? Over George Washington bestond weinig twijfel, maar de andere drie leidden tot stevige discussies. Lincoln als redder van de eenheid van het land was niet zo moeilijk, Jefferson als schrijver van de Onafhankelijkheidsverklaring zat ook wel goed maar Theodore Roosevelt? Hij zou symbool staan voor het Amerikaanse expansionisme en de solidariteit met de werkende klasse. Genoeg reden voor een discussie die nooit is opgehouden.
Borglum begon in 1927, toen hij al bijna zestig jaar oud was. Bij zijn dood in 1941 was het werk nog niet klaar; het werd overgenomen door zijn zoon, Lincoln Borglum. Tijdens de Tweede Wereldoorlog droogden de fondsen echter op en werd het werk stopgezet. Hoewel het nooit is afgemaakt, vinden veel mensen Mount Rushmore zo wel mooi genoeg. Alleen de hoofden zijn compleet, maar wat voor hoofden. Dat van Washington meet 18 meter, met een neus zes meter en ogen van drie meter doorsnede. De snor van Roosevelt is zes meter lang en de pukkel van Lincoln 41 centimeter in doorsnede. Toen een journalist eens aan Borglum vroeg of hij het beeld als ideaal beschouwde, antwoordde hij dat ‘de neus van Washington 2,5 centimeter te lang [is] maar dat het met een normale erosie in 10.000 jaar de ideale afmetingen zou hebben’.
De held van Little Big Horn
Er was nog iemand met een droom in om in de Black Hills een berg te beeldhouwen, een Pool, Horczack Ziolkowski. In 1939 zocht de Sioux Indiaan Henry Standing Bear contact met Ziolkowski. Hij had Mount Rushmore gezien en wilde iets dergelijks, maar dan groter en met Indiaanse helden. Beide kwamen met dezelfde man op de proppen: de overwinnaar van Custer bij Little Big Horn, Sioux opperhoofd Crazy Horse. De juiste plek werd gevonden bij Thunderhead Mountain, zo’n vijftien kilometer in vogelvlucht van Mount Rushmore. Op 3 juni 1948 begon Ziolkowski met het werk dat duurde tot zijn dood, 36 jaar later. Ook hij stierf zonder dat het werk af was, maar hij had toch al zeven miljoen ton graniet verwijderd en daarmee flink zijn tanden gezet in de berg. Zijn vrouw en kinderen werkten eraan verder. Het kolossale beeld van Crazy Horse te paard, met één arm uitgestrekt naar de horizon, is 205 meter lang, 180 hoog en alleen de arm al is 72 meter lang.
Klaar is het nog steeds niet, maar op 3 juni 1998 werd het beeld toch maar vast ingewijd ter gelegenheid van de vijftigste verjaardag van het begin van het werk. Bij gebrek aan financiers, vordert het werk nog maar heel traag. Eén maal per jaar, in een weekend in juni, komen 100.000 wandelaars bijeen in de Crazy Horse Memorial Volksmarch die hen via een wandeling van tien kilometer voert naar de arm van het grote Sioux opperhoofd. Dat is de enige gelegenheid dat het publiek toegang heeft tot het beeld. Overigens beheert de stichting rondom het monument ook een universitair gebouw, een medisch centrum voor de lokale bevolking, een vliegveld en een Indiaans museum.
Columbiaanse mammoeten
Een bezoek aan Zuid Dakota is niet compleet zonder een toer naar de warmwaterbronnen in Hot Springs, ten zuiden van Custer State Park. In 1974 deden kinderen een vreemde ontdekking in een veld ten zuiden van de stad. Ze vonden de fossiele botten van een klaarblijkelijk groot dier. Toen die waren onderzocht en het terrein was uitgepluisd, stelde men vast dat het niet simpelweg ging om het skelet van een dier maar om skeletten van een stuk of vijftig Columbiaanse mammoeten – een dier dat meer dan vier meter hoogte kan bereiken. De plek van de opgraving is daarna beschut in een museum dat men nu kan bezoeken, Mammoth Site. Onderzoekers zijn nog steeds bezig met hun werk, want men denkt dat er uiteindelijk wel honderd prehistorische mammoeten te vinden zijn. Toen deze dieren verdwenen werd hunplaats ingenomen door een nieuw dier, het paard. Net als in Interior bevinden zich bijna 300 mustangs op een privé terrein op een kilometer of dertig van Hot Springs in de Black Hills Wild Horse Sanctuary.
Zo blijkt dat Zuid Dakota een fascinerende geschiedenis heeft gekend die tientallen miljoenen jaren teruggaat. De Badlands bieden een staalkaart van de geologie, de biologie en het klimaat van het midden deel van het Noord-Amerikaanse continent. En de huidige bewoners van Zuid Dakota hebben daar in Mount Rushmore en Thunderhead Mountain hun eigen erfenis aan toegevoegd. Al zouden ze morgen verdwijnen, dan zullen de sporen van hun aanwezigheid hier nog miljoenen jaren te zien zijn. En dat is meer dan je van sommige andere staten kunt zeggen, menen de trotse bewoners van South Dakota.