Trump en manifest destiny

De psycho president heeft een nieuw speeltje ontdekt, naast tariffs ‘het mooiste woord’: manifest destiny. Niemand verdenkt hem van veel historische kennis maar waar komt manifest destiny vandaan en wat betekende het oorspronkelijk?

Uit mijn Geschiedenis van de Verenigde Staten:

 

 

 

 

 

1845

Manifest Destiny

De journalist John O’Sullivan was de eerste die schreef over ‘manifest destiny’ in de context van de Amerikaanse territoriale expansie. In juli 1845 publiceerde hij een opiniestuk in de United States Magazine and Democratic Review waarin hij de term gebruikte voor de annexatie van Texas. O’Sullivan beklaagde zich over buitenlandse mogendheden die volgens hem in de weg liepen bij Amerika’s expansie omdat ze bezig waren met ‘het stoppen van de vervulling van onze manifest destiny om ons te verspreiden over het hele continent dat ons is gegeven door de Voorzienigheid voor de vrije ontwikkeling van onze miljoenen die zich ieder jaar vermenigvuldigen.’

Op 27 december 1845 schreef O’Sullivan een opinie artikel voor de New York Morning News waarin hij betoogde dat de Verenigde Staten recht hadden (‘true title’) op Oregon – Oregon Territory, het noordwestelijk deel van Amerika dat officieel onder gezamenlijk Amerikaans-Engels gezag viel. Hoewel O’Sullivan voortborduurde op oude ideeën, zoals die van Thomas Jefferson, ging de term vanaf 1845 een eigen leven leiden als rechtvaardiging en zelfs opdracht voor de Amerikaanse expansie.

“Weg, weg met al die lagen spinnenweb van rechten van ontdekking, exploratie, kolonisatie, aaneengeslotenheid etc. … [De Amerikaanse claim] is gebaseerd op het recht van onze manifest destiny om ons te spreiden en het hele continent te bezitten dat de Voorzienigheid ons heeft gegeven voor de ontwikkeling van het grote experiment van vrijheid en federaal zelfbestuur dat ons is toevertrouwd. Het is een recht als dat van de boom op de ruimte in lucht en aarde die nodig is voor de volle ontwikkeling van zijn principe en voorbestemming van groei – zoals het recht van een stroom op een bedding die vereist is voor het toenemend volume van zijn stroom. Ons echte recht is veeleer te vinden in onze toekomst dan in ons verleden, laat staan in de geschiedenis van Spaanse exploratie of Franse koloniale rechten.

[…]

Oregon kan voor Engeland nooit meer zijn dan een jachtterrein voor huiden. Ze kan het evenmin koloniseren met ook maar enige soort van overgeplaatste bevolking van haarzelf. In onze handen […] zal het zich snel vullen met een bevolking die voorbestemd is om binnen de levenspan van de huidige generatie een nobel jong rijk op te zetten van de Pacific, strevend in alle elementen van grootsheid te evenaren wat zich al spreidt aan de Atlantische kust en in de grote Mississippi vallei.”

O’Sullivan had manifest destiny al eerder gebruikt, in een pleidooi om Texas te annexeren, maar dit keer beklijfde hij. Ironisch genoeg kreeg de term vooral publiciteit door een gekscherende verklaring erover door Afgevaardigde Robert Winthrop van Massachusetts op 3 januari 1846:

“Er is echter een element in ons recht [op Oregon] waarvan ik toegeef dat ik het niet heb genoemd en waar ik misschien niet helemaal recht aan doe. Ik bedoel die nieuwe revelatie van ons recht die de omschrijving heeft gekregen als het recht op onze manifest destiny om ons over het hele continent te spreiden. Het is openlijk verklaard in een leidend dagblad van de regering dat dit, alles bezien, ons beste en sterkste recht is – een recht zo duidelijk, zo alles overweldigend en zo onbetwistbaar dat als Groot Brittannië al onze rechten had en daarnaast nog die van zichzelf, die hiernaast geen belang zouden hebben. Het recht van onze manifest destiny! Er is hier sprake van een recht voor een nieuw hoofdstuk in het volkerenrecht; of beter, in de speciale wetten van ons eigen land; want ik veronderstel dat we het erover eens kunnen zijn dat het recht op een manifest destiny om zich te spreiden niet bestaat in enige andere natie dan de universele Yankee natie!”

Afgevaardigde Winthrop was zeker niet de enige die deze Goddelijke Voorzienigheid zag als niets meer dan een rechtvaardiging van daden geïnspireerd door chauvinisme en eigenbelang. Maar de voorstanders van expansie vonden het een heerlijke term en gebruikten hem zo vaak dat de oorsprong al snel was vergeten.

De principes van de gedachte waren alles behalve nieuw. Thomas Jefferson had zijn claim op het hele continent al neergelegd in minder hoogdravende maar even ambitieuze termen. Afgevaardigde John Wentworth van Illinois sprak in januari 1845 al bij de debatten over de annexatie van Texas:

“Veel van de leden van dit huis zouden graag uit de mond van de Speaker horen ‘de afgevaardigde van Texas’. Zij zouden even graag horen ‘de afgevaardigde van Oregon’. Zij zouden zelfs verder willen gaan en het hebben over ‘de afgevaardigde van Nova Scotia, van Canada, van Cuba, van Mexico, ja, zelfs van Patagonia’. Zij geloofden niet de God van de Hemel toen hij de Amerikaanse wapens succes verschafte [in de Onafhankelijkheidsoorlog] en het zo inrichtte dat de originele staten de enige verblijfplaats van vrijheid op aarde zouden zijn. Integendeel, hij wees ze enkel aan als het grote centrum van waaruit beschaving, geloof en vrijheid zouden uitstralen en uitstralen tot het hele continent in hun warmte zou baden.”

De doctrine werd niet door alle Amerikaanse staten omarmd. Whigs en zuidelijke staten waren er niet zo enthousiast over, zeker niet over de toevoeging van staten in het Oregon territory waar slavernij weinig interessant was. Texas was een ander verhaal. Maar dat onderwerp, de toelating als staat van het onafhankelijke Texas, werd beslist bij de verkiezingen van 1844, toen de voorstander daarvan, James Polk, het presidentschap won. Binnen een jaar was er oorlog met Texas waarna Amerika grote lappen in het zuidwesten kon annexeren, allemaal onder de vlag van manifest destiny.

Bij de debatten over het vredesverdrag met Mexico, in 1848, werd manifest destiny opnieuw tamelijk expansief gedefinieerd, onder andere door senator Daniel Dickinson van New York.

“Maar de golf van emigratie en de ontwikkeling van ons rijk heeft zich sindsdien westwaarts bewogen. Steden en stadjes zijn ontstaan aan de kusten van de Pacific.

[…]

Evenmin hebben we al de lotsbestemming vervuld die ons toekomt. Nieuw grondgebied spreidt zich voor ons uit om te onderwerpen en vruchtbaar te maken; nieuwe rassen komen we tegen om te beschaven, te onderwijzen en op te nemen; nieuwe triomfen zijn er voor ons te bereiken voor de zaak van de vrijheid. Noord Amerika biedt zo op het gezicht één groot geografisch systeem; het is voorbestemd binnen niet al te lange tijd het commerciële centrum van de wereld te worden. En die tijd is alles behalve ver weg, als mensen, zich neerleggend bij wetten die meer kracht hebben dan wetten die kunstmatige grenzen voorschrijven, zullen vaststellen dat het [Noord Amerika] verenigd zal zijn in één politiek systeem en dat dit een vrije, confederale, zelfgeregeerde republiek zal zijn.”

Het falen van staten om zichzelf te verbeteren, zoals Mexicaans Californië of Engels Oregon, was reden genoeg om hen onder de Amerikaanse vlag te brengen zodat ze zich optimaal konden ontwikkelen. Het idee dat het Amerikaanse idee van vrijheid en democratie universeel is en dat vele andere landen niet in staat of niet bereid waren of zijn om die waarden te garanderen, heeft Amerika geïnspireerd tot talloze interventies, van de Filippijnen tot en met Irak. Ook de Goddelijke Voorzienigheid als rechtvaardiging voor Amerikaanse dadendrang is nog steeds een populair gegeven, zoals in de 21ste eeuw president George W. Bush nog eens heeft onderstreept.

Bron

Citaten uit o.a. Manifest Destiny and Mission in American History door Frederick Merk ( 1963)

Trumps phyrrus overwinningen

Dat was snel. De wereld in rep en roer over Trumps importheffingen. Een paar dagen later maken Mexico en Canada wat bewegingen voor de vorm – benadrukken van beleid dat al bezig was, militairen op de grens – en, presto, de heffingen zijn weer verdwenen of opgeschort. Trump zal een overwinning claimen.

Zou Trump geschrokken zijn van de reacties – vooral de duikeling van aandelen? Moeilijk voor te stellen dat dit niet voorzien was. Is hij erop uit om er weer zo snel mogelijk vanaf te komen, een terugtocht met veel lawaai dat het een overwinning is? Gaat Panama nog eens kijken naar zijn tarieven en beheer? En kan Rubio dan zeggen dat het een overwinning is? 

We hoeven niet verrast te zijn. Trump is uit op confrontatie, op het idee dat hij iets gedaan krijgt en dat gaat nog wel een paar maanden duren. In elk geval zo lang tot de laffe Republikeinen in het Congres zich realiseren dat ze alle macht hebben overgedragen aan de grote leider. Correctie, aan de nergens voor gekozen miljardair. Alle gegevens van miljoenen Amerikanen overgedragen aan deze boef? Snowden is er niets bij in het in gevaar brengen van de burger.

De schade is al aangericht. De VS een betrouwbare partner? In onschuldige maar belangrijke programma’s als het HIV-programma dat kleine Bush achterliet (zijn enige positieve erfenis)? Xi wrijft zich in de handen. Niet alleen handelstromen maar ook soft power verleggen hun koers. 

De afgelopen week was er veel aandacht voor de vermeende teloorgang van de Democratische Partij. Nogal voorbarig, lijkt me. Veel ernstiger is dat er überhaupt geen partijen meer zijn in Amerika. De ene partij is depressief, gedemoraliseerd en vooral bezig met zichzelf te geselen. De andere partij is een applauscollege voor een autoritair baasje. Trump is nu Amerika. Tot nader order.

 

Voor het moment: leun terug en enjoy the show.

 

De eerste aanvechting bij het aanschouwen van Trump 2.0 is achterover te leunen, de voorstelling te aanschouwen en te zien wat de chaos uiteindelijk oplevert. Dat is ook de tweede aanvechting, maar het is wel nuttig en noodzakelijk om wat kanttekeningen te zetten bij wat we krijgen voorgeschoteld.

Vooral is belangrijk in het achterhoofd te houden wat het grote plan is. De mensen achter Trump, en nu naast hem, die van Project 2025 waarvan hij zogenaamd niets wist, zijn eropuit om de bevoegdheden van de uitvoerende macht in het Amerikaanse systeem maximaal op te rekken. In hun interpretatie van de grondwet heeft een president onbeperkte zeggenschap over die uitvoerende macht. En dus doet Trump wat hij wil en kijkt hoever hij ermee komt. Staan de rechters het toe? Laat het Congres zich buitenspel zetten? Voorlopig is het een variant op een aloude zegswijze: gooi spaghetti tegen de muur en kijk wat blijft hangen.

De president is enkel het middel, het doel van deze mensen is de overheid zo klein mogelijk te maken en overheidsregulering te minimaliseren. Onder de vlag van meer efficiëntie en lagere uitgaven wordt de beperkte Amerikaanse verzorgingsstaat uitgekleed. Een oud Republikeins ideaal, de ontmanteling van de honderd jaar oude New Deal-erfenis, ligt voor het grijpen.

De doelgroep is beperkt: plutocraten, bankiers en slijmende techbazen die geen beperkingen willen op hun gedrag en hun graailust. Het belet hen niet, à la Elon Musk, bedrijfssubsidies te incasseren. Hoe dit zich gaat verhouden tot de mensen die de overheid echt nodig hebben, zoals een niet gering deel van Trumps achterban, staat te bezien. Alle maatregelen voor de bühne, van Groenland tot Panama, van beëindiging van het geboorterecht tot het afschaffen van diversiteitsbeleid, van de Golf van Mexico tot het einde van ‘geslachtsideologie’, om niet te spreken van die vlag op Mars, doen helemaal niets voor het dagelijks leven van gewone Amerikanen. Die zouden meer baat hebben bij een grondige aanpak van de gezondheidszorg. Niet door Obamacare af te schaffen of Medicaid uit te kleden, maar door de extreem hoge kosten voor absurd lage uitkomsten aan te pakken. En verzekeraars te reguleren. De moord op de verzekeringsbaas en de reacties daarop laten zien dat burgers daar werkelijk op aanslaan.

De cadeautjes voor cultuurconservatieven, rechtse woke, kosten niets en leveren ook weinig op, en ze staan de Democraten toe om de ballast van hun eigen woke en links gewauwel achter zich te laten. De fiscaal conservatieven, die ouderwetse Republikeinen die een evenwichtige begroting belangrijk vonden, staan voor joker:  belastingverlagingen, extra uitgaven voor AI, defensie, een iron dome en die flauwekul-astronaut op Mars leveren enkel grotere tekorten op.

Trumps meest vergaande en meest schadelijke actie is de gratieverlening aan de veroordeelde bestormers van het Capitool op 6 januari 2021. ‘Fuck it, release them all’, riep hij, ongeduldig over zoveel dossiers. Het is een uitnodiging voor politiek gemotiveerd geweld. Acolieten als vicepresident Vance en Speaker Johnson sputterden over dit negeren van de rechtsstaat, maar zoals dat gaat in de huidige Republikeinse Partij, ze plooiden zich moeiteloos naar de baas, die impliciet erkende dat ‘we’ die ‘dag van liefde’ hadden georganiseerd.

Interessant genoeg lijkt Trump zelf soms aan de kantlijn te staan. De flipperkast aan maatregelen wekt de indruk van enorme activiteit, doortastendheid en de wens om het systeem op te schudden. In de praktijk handelt zijn omgeving vaak op eigen gezag en met eigen interpretatie van wat wel en niet grondwettelijk is. Zo was het bevriezen van federale gelden een verrassing voor de Witte Huis-staf en moest een dag later teruggedraaid. Elon Musk is de kwade genius achter het aanbieden van ontslag met doorbetaling tot september van ruim twee miljoen federale werknemers, een kopie van de massa-ontslagmail toen hij Twitter overnam. De suggestie van bezuiniging wordt gelogenstraft door de wens hen te vervangen door Trumpies. De beste mensen zullen hun biezen pakken. Dit is een regering die de overheid, dat wil zeggen de organen van een samenleving die betekenis geeft aan ‘samen’, kapot wil maken. Een grootscheepse herstructurering, doordacht en zonder chaotische taferelen op de bijvelden, zou welkom zijn, maar dat is niet waartoe deze regering in staat is.

En dan zijn er de eigen doelpunten die op termijn problemen gaan opleveren. Een klungel op defensie, een trouwe volgeling op Justitie en mogelijk afwijzingen door de Senaat van Robert Kennedy en Tulsi Gabbard, en, als senatoren op tijd wakker worden, van de wraakzuchtige Kash Patel als FBI-directeur. Ook op andere posten zitten minimaal of ongekwalificeerde types. Daar gaan ongelukken van komen.

Trump volgt een slecht voorbeeld. Vrijwel steeds maakten Democratische presidenten in hun eerste honderd dagen de fout de agenda te overladen en dan vast te lopen omdat het te veel, te diffuus en te radicaal was. Nu lijkt Trump die fout te maken. Om dingen echt te veranderen is wetgeving nodig en dat kost tijd en vergt focus en energie. En een Congres dat wetten aanneemt. De machtsconcentratie van de Republikeinen in het Huis, de Senaat en het Supreme Court is nu nog intact. Maar het is een kwestie van tijd voordat de minimale meerderheid in het Huis afbrokkelt en senatoren ontdekken dat ze meer willen zijn dan stemvee. In hoeverre het huidige Supreme Court Trumps machtsgrepen zal accorderen is een open vraag.

Trumps adviseurs het ‘flooding the zone’: zoveel beleid uitstorten dat je de oppositie murw slaat. Het gaat niet werken. De oppositie doet er goed aan Trump zichzelf murw te laten slaan. Om alleen op te staan als het loont – zoals meteen gebeurde toen de federale uitgaven werden stopgezet. Laat de rechters zich maar uitspreken over het geboorterecht, het ontslag van inspectors general en ander grondwettelijk dubieus gedrag. De rest is op dit moment verspilde energie. Beter je te wapenen voor de toekomst, als de burger ontdekt wat er werkelijk gaande is. Democraten moet jiujitsu praktiseren, meebewegen met je tegenstander. Voor nu betekent dat: leun achterover, enjoy the show, kijk waar het toe leidt. De enige die haast heeft is Donald Trump.

Kunnen we nu eindelijk de Sociaal Democratisch Partij oprichten?

Het is wat laat om nu te pleiten voor een nieuwe linkse partij die PvdA en Groen Links zou opnemen zonder de onderdelen ervan eigen gewicht toe te kennen. Ik zou er niet tegen zijn.

Laat, zeg ik met enig recht, omdat ik jaren geleden al een pleidooi hield om de PvdA zelf om te vormen tot een dergelijke partij. Het leek mij toen belangrijk om de PvdA van Asscher achter ons te laten en meteen schoon schip te maken. Weg met de Internationale, met rode rozen, met 1 mei, of in elk geval, alleen voor de liefhebbers. Al die historische ballast weegt net zo zwaar als indertijd bij de KVP de zware hand van de bisschoppen. Je raakt hem alleen kwijt door radicaal te breken.

Ik hoopte dat we konden komen tot de SDP, de Sociaal Democratische Partij. Volgens mij was en is sociaal democratie een sterker item dan PvdA (of Groen Links) en moet je daarop voortborduren. Alle Groen Linksers zijn in hun hart ook sociaal democraten.

Misschien is het te laat. De dinosaurissen van de PvdA verzetten zich tegen de fusie omdat ze die traditie niet los kunnen laten. Ze gaan hem niet tegenhouden. En zij, verantwoordelijk voor de neergang, zullen ook geen eigen nieuwe linkse partij opzetten. Maar de fusie zelf loopt ook moeizaam, voor zover ik dat van een afstandje kan zien.

Laten we daarom het voorstel van dat ambitieuze jonge kamerlid Habtamu de Hoop omarmen door PvdA/Groen Links volledig te fuseren en dan van een serieuze nieuwe naam te voorzien. En meteen van nieuwe leiders. Timmermans gaat het niet doen en hoewel ik nooit gedacht had Jesse Klaver zullen missen en dat nu wel doe, denk ik dat ook hij een gepasseerd stations is.

Niet wachten tot de volgende verkiezingen. Nu doen. Anders is het te laat.

Branden LA perfecte metafoor voor wat de VS te wachten staat

Ik ben op reis tot eind januari.

Alleen als er aanleiding en gelegenheid is, zal ik schrijven. Ondertussen kan ik de vuurstorm in Los Angeles, mijn thuisstad in Amerika, alleen maar zien als een metafoor voor wat het hele land te wachten staat. Een frontale aanval op alles wat democratisch en liberaal is (liberaal in de brede zin van het woord). Gavin Newsom gaat dit nooit meer teboven komen – ook al is dat een groot onrecht.

Het verschil met LA is dat de meerderheid van de Amerikanen gekozen hebben voor de destructie die Trump en zijn biljonairsbende gaan aanrichten. Maakt het niet minder erg.

Overigens wordt het volgende oord van overbevolking, onderbestuur en kwaadwillende Republikeinen precies dat Texas waar mensen die het zich kunnen permitteren om zonder overheid te leven heen vluchten. En Arizona, waar ze nog minder water hebben dan in Pacific Pallisades maar, toegegeven, de cacti branden niet. Ze hebben hun spaarzame water nodig om de trottoirs af te koelen. Gaat ook niet lang duren. En, oh ja, Florida wordt weggespoeld of weggeblazen, of allebei.

Jimmy Carter: tijd voor een herwaardering

James Earl Carter, 1924-2024

Ook beschikbaar in een langere versie, klik hier.

In het tijdperk waar Donald Trump de toon zet, oogt zijn gisteren overleden voorganger Jimmy Carter als een toonbeeld van beschaving. De ééntermijn president, van 1977 tot 1981, wordt veelal beschouwd als mislukt. Dat is onzin. Dat de kiezer Carters leiderschap in november 1980 verwierpen had een groot aantal redenen, maar doet niets af aan Carters prestaties, nog los van die elementaire beschaving die zo node wordt gemist.

Carter had pech. Onder de omstandigheden waaronder hij in 1977 aantrad had werkelijk niemand van het presidentschap een succes kunnen maken. Hij had te maken met een land dat was gedemoraliseerd door de wandaden en het aftreden van Richard Nixon. Een land dat de oorlog in Vietnam had verloren en in de competitie met de Sovjet Unie, vooral gevoerd in derde wereld landen, op achterstand leek te staan. Carter erfde een stagnerende economie, waarin zowel inflatie als werkeloosheid hoog opliepen. De olieschok van 1973 dreunde door, in 1979 kwam daar een tweede prijsverhoging overheen.

Tegelijkertijd waren het juist die omstandigheden waardoor de voormalig gouverneur van Georgia president kon worden. In die zuidelijke staat had Carter de rassenverhoudingen na het einde van de segregatie in redelijk goede banen weten te leiden. Hij was een moralistische politicus, een evangelische gelovige die dat niet verborg, maar er ook de consequenties aan verbond die hedendaagse evangelisch nationalisten ontlopen. Hij beloofde de kiezers dat hij hen niet zou voorliegen.

De Democraten hadden na de roerige jaren zestig het belang van voorverkiezingen sterk vergroot. Carter begon vroeg met zijn campagne, liep stad en land af om de nominatie te winnen. In een spannende verkiezingsstrijd versloeg hij vervolgens de Republikeinse president Gerald Ford, de nooit gekozen opvolger van Nixon.

Volgens een gezaghebbende theorie van het presidentschap zijn politici die aantreden aan het einde van een langere ontwikkeling gedoemd te falen. Zoals Herbert Hoover in 1932 onderuit ging tijdens de Grote Depressie om plaats te maken voor Franklin Roosevelt, zo zat Carter aan het einde van een periode van actief overheidsingrijpen. Hij werd de laatste president voor een waterscheiding-verkiezing. Achteraf gezien was het voor de Democraten – en voor Amerika – beter geweest als Gerald Ford of Ronald Reagan in 1977 president was geworden en de Republikeinen met de brokken hadden gezeten.

Carters presidentschap was succesvoller dan de reputatie die hem aankleeft. Zijn regering benoemde meer zwarten, hispanics en vrouwen dan ooit. Hij verleende duizenden ‘Vietnam-deserteurs’ amnestie, daarmee een van open wonden van de oorlog sluitend. Hij hervormde het ambtenarenapparaat, dereguleerde het vliegverkeer en zette milieu stevig op de agenda. Helaas verergerde de verdubbeling van de olieprijs in 1979 Amerika’ economische problemen. De onder Ford begonnen stagflatie – een ongewone combinatie van hoge inflatie en hoge werkloosheid – bleef doorwoekeren. In 1979 benoemde Carter Paul Volcker tot president van de Federal Reserve, de Amerikaanse centrale bank, met de opdracht inflatie uit de economie te wringen. Het was een moedige daad want Carter wist heel goed dat de hogere rentes een recessie zouden opleveren, juist in een verkiezingsjaar.

Buitenlands boekte Carter behoorlijke successen. Met persoonlijke inzet wist hij Egypte en Israël te bewegen tot een vredesakkoord, de Camp David Akkoorden, die tot op de dag van vandaag werken. Hij gaf het Panama-kanaal terug aan Panama, tot ergernis van conservatieven. Carter sloot een nieuw verdrag over wapenbeheersing met de Sovjet Unie, maar het bleef liggen omdat juist de Republikeinen van Richard Nixon zich tegen welke deal dan ook hadden gekeerd. Toen de Sovjet Unie eind 1979 Afghanistan binnenviel, sloeg Carters gematigde toon om in een niet geheel geloofwaardige havik-stem. Een verbod op graanexport naar Rusland maakte de Amerikaanse boeren kwaad, een boycot van de Olympische Spelen in Moskou ontzette sportfanaten.

Carter had mensenrechten stevig op de agenda gezet, maar zoals alle presidenten had hij moeite Amerikaanse belangen af te wegen tegen dat beleid. Zo veroordeelde hij de misdaden van de dictator in Nicaragua, Anastasio Somoza, maar deed niets om hem kwijt te raken. Hij steunde de Sjah van Iran, ondanks diens beleid van binnenlandse terreur, maar kwam hem niet te hulp toen de revolutie onder leiding van ayatollah Khomeini hem ten val bracht. Carters bereidheid om de Sjah voor een medische behandeling in de VS toe te laten, een humanitaire geste, was de aanleiding voor studenten in Teheran om 52 Amerikaanse diplomaten te gijzelen. Carter oogde hulpeloos. Een militaire operatie om de gijzelaars te bevrijden liep vast in een woestijnstorm. Carter kon zich moeilijk losmaken van een door conservatieven opgetuigd imago van softe mislukkeling.

Ook op links lag Carter onder vuur. De tragisch moreel gehandicapte senator Edward Kennedy (in Chappaquiddick verantwoordelijk voor de dood van een medewerkster) daagde Carter uit voor de Democratische nominatie, legde hem het vuur aan de schenen en bleef dat doen ook lang nadat hij zelf geen kans meer had. De schade was enorm. Carter kreeg de nominatie maar in de strijd met de eeuwig optimistische en aartsvaderlijke Ronald Reagan verloor hij in november 1980 de strijd om herverkiezing. Daarmee begon voor Amerika een periode van conservatisme en vrije markt absolutisme waarvan Amerika nu de kenmerken draagt.

Na zijn terugtreden zette Carter zich onvermoeibaar in als bemiddelaar in geschillen tussen naties, om de rechtmatigheid van verkiezingen objectief te beoordelen en voor de verbetering van het lot van minder bedeelden in de wereld. Carters kwaliteiten: een indrukwekkende intelligentie, de zucht naar micromanagement, volstrekte betrouwbaarheid en een bewonderenswaardig idealisme zaten hem als president in de weg maar maakten hem de meest succesvolle ex-president in de Amerikaanse geschiedenis. Hij kreeg in 2002 de Nobelprijs van de Vrede.

Jimmy Carter verdient het de geschiedenis in te gaan als een bewogen man, een idealist zoals er weinig het presidentschap hebben bekleed. Hij was een moralist, een man van overtuigingen, die in de huidige tijd node wordt gemist. Het is jammer dat Amerika van zijn gedeeltelijk falen alleen maar geleerd lijkt te hebben dat ze liever geen idealisten als president zien. It’s their loss.

De vreemde algehele acceptatie van Donald J. Trump.

Wat verklaart de aan adoratie grenzende acceptatie van Donald Trump aan de vooravond van zijn inauguratie? De president-elect begrijpt het zelf ook niet, maar ineens is hij in de narcisten-hemel. Iedereen wil zijn vriend zijn, iedereen smeert hem stroop om de mond. Hij kan familie, vrienden en bewonderaars, plus een roedel aan zakenlui met dollartekens in hun ogen benoemen op belangrijke posities. Zijn buddy Elon is nog geen te lang gebleven huisgast. Partijgenoten buigen en knippen. Beter dan dit kan het niet worden.

Maar de vraag blijft hangen: hoe kan na een harde, splijtende en soms grove campagne de krap gekozen winnaar ineens een razend populaire man met een breed mandaat lijken? Hoe kan het dat de nieuwste leugen, dat Donald Trump is gekozen met een landslide en dat het land dus maar moet accepteren wat van plan is, niet wordt weersproken (nutteloos terzijde: zelfs Jord Kelder verkondigde dit). Zijn de media nu al in hun hok geduwd? Een dreiging hier, een proces daar, een tweet in hoofdletters en, presto, zelfs voorheen kritische journalisten buigen het hoofd. Het kan niet enkel angst voor dure processen zijn. Wat dan wel?

Zelfs de burgers zijn stilgevallen. In 2016 gorde de oppositie zich en bereidde demonstraties voor. Gelatenheid is nu de dominante stemming. Er zit een element in van overgave. Zelfs bij de kiezer, zelfs bij de hopeloos dolende Democraten. Als een putsch pleger, veroordeelde fraudeur, aanrander, met een weinig aansprekende eerste termijn achter zich, iemand die de civic in civic society permanent ondermijnt, kan worden gekozen – wordt gekozen – dan kunnen we niet anders dan op de rug gaan liggen met pootjes omhoog. Trump heeft de democratie nog niet om zeep gebracht, zoals werd gevreesd. De democratie staat simpelweg in de uit-stand.

Dat de plutocraten die Amerika’s grote bedrijven runnen over elkaar buitelen om in Trumps paleis zijn voeten te kussen kun je verklaren als een zakelijke beslissing. Zoals Michael Corleone zei: ‘it’s not personal, it’s strictlybusiness’. De ondernemerselite van Amerika mag pretenderen verlicht te zijn (de Zuckerbergs, Bezos, Cooks en de rest), progressief in de juiste mate van westcoast-attitude, als het op moraal aankomt, geven ze niet thuis.

Maar ze hóefden niet naar Mar a Largo af te reizen. Ze deden het wel, stonden vrolijk mee te blèren met het volkslied door January 6-gevangenen, en brachten een miljoen of zo mee om Trumps inauguratie op te vrolijken. Klein bier als je nagaat hoeveel dollars ze overhouden aan de belastingverlagingen die Trump gaat continueren en verder uitbouwen. Voor wat hoort wat. Het is wel heel opzichtig, al lijkt de cruciale Trump-kiezer, de in de analyses figurerende gewone Amerikaan die de Democraten vervelende betweters vindt met een hang naar onderwerpen waarover enkel kleine minderheden zich opwinden, al lijkt die gewone Amerikaan ziende blind. Je ziet ze niet in Mar a Largo. Nou ja, enkel in de bedienende rollen.

Dat het bedrijfsleven, althans de belangrijke fondsen op de aandelenmarkt en de financiële instellingen, verwacht te profiteren van de nieuwe president, ook dat is nauwelijks verrassend. Opmerkelijk is alleen dat ook zij selectief horen en zien. Het ontmantelen van regulering, het liberaliseren van de financiële wereld, alsof 2008 nooit is gebeurd, het in stand laten van de subsidies waar die grote ondernemingen ten goede komen: spekkie voor hun bekkie. Maar die importheffingen, daar kan Wall Street toch nauwelijks enthousiast over zijn. En dus doen ze maar net of in dit geval Trumps woorden niet zullen worden omgezet in daden.

Evenmin verraste het dat NAVO-baas Rutte zich naar Mar a Largo haastte, om namens ons, namens Europa, te vertellen dat we van Trump houden omdat we zelf te lamlendig zijn om onze defensie te organiseren. Rutte, wiens eigen minister, de roemruchte Hans Hillen, veertien jaar geleden het mes zette in de defensie-uitgaven, verkeerde in goed gezelschap. Ook andere wereldleiders struikelen over elkaar om de kasteelheer geluk te wensen. Ineens is Trump iemand die de vastgelopen oorlogen een draai kan geven, of het nu in Oekraïne is of in Israëls Lebensraum-oorlog.

Acht jaar geleden liepen demonstranten zich warm, pussyhats and all, om te laten zien dat Amerika lui als Trump niet zomaar zou accepteren. Vier jaar geleden kwamen de kiezers massaal op om Trump een nederlaag te bezorgen. Er was energie, er was activiteit, zelfs midden in een corona-crisis. Nu is er niets, behalve de algehele acceptatie van Trump. Als fenomeen, als president, als toekomst van Amerika.

Is het Bidens presidentschap, het geschuifel van de rollatorman, de onuitgelegde inflatie, het desastreuze debat, de inflatie, het gebrek aan een enerverende voorverkiezing met nieuwe, frisse kandidaten? Zijn we, zijn de Amerikanen, murw geslagen dat noch Democraten noch Republikeinen met behoorlijke kandidaten komen? Een gelatenheid ligt over het land. Laat het nu maar gebeuren, lijken ook Trump critici te zeggen. Het is niet anders, het kan niet anders, het zij zo.

Gelatenheid, als dat het is, zou fijn zijn. Die gaat vanzelf over als daadwerkelijk beleid zichtbaar wordt, als de consequenties van wat neerkomt op een verkiezing zichtbaar worden. Maar het heeft iets van de rust van een grafkist.

 

Nog voor de inauguratie heeft Trump de fun teruggebracht in DC!

Je moet het hem nageven: de amusementswaarde van Donald Trump is onbetaalbaar. Letterlijk.

President Musk, de plutocraat in chief, heeft de Republikeinen opdracht gegeven een tweepartijen compromis over de overheidsfinanciën te killen en, surprise, surprise, onbezorgd over enige schade aan hun ruggengraat, de politici sprongen. Trump sprong erachter aan. Hij had geen idee wat er gaande was en wat de gevolgen zijn. We’re off to a good start.

De overheid gaat morgen op slot als er geen nieuw compromis is – en dat zal het oude compromis moeten zijn, anders gaan de Democraten er niet mee akkoord. Trump denkt dat de burgers het aan Biden zullen verwijten – en geef hem eens ongelijk: uiteindelijk stemden ze op hem, dus je kunt hen alles wijsmaken. 

Maar dit keer gaat dat niet lukken. Het dichtgooien van de overheid is een Republikeinse traditie, en de burger weet dat maar al te goed. De Republikeinen deden het keer op keer als ze wilden voorkomen dat de leningsplafonds van de overheid weer moesten worden opgerekt. Nu Trumps (en Musks) belastingverlagingen voor de rijken kapitalen gaan kosten, willen diezelfde Republikeinen af van enige beperking op de plafonds.

Geen beter vermaak dan leedvermaak. Als de Democraten in staat zijn zich in te houden en dit even leuk laten uitspelen, dan kunnen ze nu echt een klassenstrijd ontketenen: de miljardairs, Zuckerberg, Musk en al die anderen tegen de gewone burger. Heerlijk!

En Speaker Johnson, die profiteerde van de ongein in het vorige Congres, dreigt zijn baan kwijt te raken. Dan kunnen de Republikeinen weer weken stemmen over een opvolger, of het advies volgen van de ware idioten in hun midden, en Musk Speaker maken (de Speaker hoeft geen lid van het Congres te zijn – hij is tweede in lijn voor het presidentschap, na de vice-president).

Gaat niet gebeuren maar het geeft mooi aan in wat knoop Republikeinen zich hebben gedraaid door hun partij aan Trump over te dragen, die de regering vervolgens aan Trump overdroeg om zelf te golven en knievallen in zijn paleis te begroeten.

It’s fun!

Biden laat een rommeltje achter en geeft Trump de kans om buitenlands te scoren.

Misschien is het nog te vroeg, maar ik zie hoopvolle signalen dat de buitenlandse politiek van de VS onder Trump in elk geval op een aantal terreinen meer kan opleveren dan die van Joe Biden.

Het duidelijkst is dat wat betreft Oekraïne. Er moet een deal komen, er zal een deal komen. Zeker nu Poetin een blauw oog heeft opgelopen doordat zijn vriend en bondgenoot Assad de benen heeft moeten nemen, kan druk op de Russische dictator geen kwaad. Zelinsky lijkt al zover dat hij bereid is de huidige frontlinie als nieuwe grens te accepteren. De garantie daarvan lijkt het grootste struikelblok.

Het is goed dat de EU zich realiseert dat Amerika niet altijd de helpende hand zal bieden. Maar de opgefokte koude oorlog sfeer die zich ontwikkelt, kan weinig goeds opleveren. De dreiging van Rusland is niet dat het land morgen of zelfs over een paar jaar Polen zal binnenvallen. Zelfs de Baltische staten hoeven niet echt ongerust te zijn: de Navo leeft voort. Waarom zou Rusland? De ambities zijn beperkt tot de voormalige sovjet republieken en we doen er goed aan, vervelend als dat oogt, om te onderkennen dat we als EU niet onze nek gaan uitsteken voor Georgië.

Nee, wat Rusland echt van plan is, en waar het een goede kans op succes heeft, is de Poetin-vrienden in het westen en het voormalige oosten van Europa te steunen en te helpen de democratie en de weerbaarheid van binnenuit te ondermijnen. Zie Hongarije, Roemenië, Oostenrijk, Slowakije en in mindere mate maar niet minder gevaarlijk Italië, Frankrijk en Nederland. Wilders is op geen enkel gebied te vertrouwen maar hier past enkel wantrouwen. Als de voormalige Oostbloklanden die nu bij de EU horen, obstructie blijven plegen en liever met Rusland in zee gaan: er komt een punt waarop je zegt, good riddance. Een kern EU? Misschien kunnen we er niet omheen.

In het Midden Oosten heeft Biden Amerika buitenspel gezet. Of beter gezegd, hij heeft het speelveld, de tacktiek en de doelstellingen laten bepalen door Nethanyahu. Nu ook Syrië gevallen is, zijn er velerlei mogelijkheden voor deals. Trump is, denk ik, niet echt geïnteresseerd behalve om de geschiedenisboeken in te gaan als vredesstichter. Oorlog met Iran staat niet op het programma maar als de VS een regime change kan helpen (let wel, op de achtergrond) dan zal Trump zeker succes claimen.

Israël heeft zijn zelfmoordmissie grotendeels voltooid. Nu is enkel de vraag hoe lang de VS de rechtse radicalen die van de zee tot de rivier willen annexeren, en dan meteen ook Gaza maar, zal bijven tolereren. Een formeel democratisch land, zeker wel, maar wel een land dat vijf miljoen Palestijnen terroriseert. De nieuwe situatie is wel dat de sympathie voor Israël danig is afgenomen.

Trump heeft geen moeite met Arabische moordenaar- en uitbuitingsregimes, maar ja, dat had Biden ook al niet en nu ons dierbare voetbal in 2036 weer in die zandboek wordt gehouden (naast tennis en F1 geweld) moeten we niet zeuren over mensenrechten en moralisme. De Arabische landen geven niets om de Palestijnen en als het stof is nedergedaald, lijkt een uitgebreide Abraham deal mogelijk, misschien onder Trump zelfs een verdedigingsverdrag met Saoedi Arabië, al zou dat de America First agenda van Trump danig ondermijnen. Hij zou het liefst wegwezen uit het Midden Oosten.

Het beleid tegenover China zal vooral economisch handen en voeten krijgen en het staat nog te bezien hoe de plutocraten die de regering-Trump runnen omgaan met importheffingen en deglobalisering. Ondertussen vermoed ik wel dat China zich wel twee keer zal bedenken om Taiwan aan te vallen. De madman-strategie van Trump (gepikt van Nixon: je weet maar nooit wat die gek zal gaan doen – Cambodja bombarderen of zo) kan heel goed werken.

De erfenis van Joe Biden zal hem weinig plezieren. Hoewel hij aanvankelijk Oekraïne goed hielp, is de steun geleidelijk aan vastgelopen in de voorspelbare moeheid die de VS altijd overvalt als iets langer dan een paar maanden duurt (behalve dan het wrede beleid van Israël). Afghanistan was een ramp. Voor Israël was de VS onder Biden enkel een leverancier van wapens en verder vroeg en kreeg Nethanyahu de vrije hand, onderwijl Biden openlijk schofferend.

Het past in wat we geleidelijk aan kunnen gaan concluderen over vier jaar Joe Biden: had hij maar verloren in 2020, zoals waarschijnlijk was geweest zonder Trumps corona capriolen, dan stond de wereld en de VS er beter voor en hadden we nu een behoorlijke Democratische president gehad.

Het bleef verrassend stil: de VS veroordeelde niet onmiddellijk de staatsgreep in Zuid-Korea.

Een staatsgreep bedreigde deze week de democratie in Zuid-Korea. Ik heb een zwakke plek voor dat land. De manier waarop het zich bevrijdde van militaire dictatuur, gesteund door de VS, laten we dat niet vergeten. De massamoord in 1980 in Gwanju, toen studenten in opstand kwamen, is een pijnlijk litteken voor die samenleving. Geweldig museum in Gwanju, mocht u in de buurt zijn. Geweldige boeken van Han Kang.

De democratie rechtte zichzelf en de staatsgreeppleger moest op zijn schreden terugkeren.

Hoe anders dan het ging na 6 januari 2021 in de belangrijkste democratie van de wereld. De staatsgreeppleger van toen claimt nu een mandaat en voedt ons met leugens over de omvang van zijn overwinning. De democratie in de VS is kwetsbaar, misschien al dodelijk gewond. Eén partij vult democratie in naar eigen believen en heeft verliezen uit zijn werkboek geschrapt. De andere partij zal gaan volgen als dit lang genoeg duurt. Democraten zijn makke schapen maar hoe lang zullen ze toestaan dat de Republikeinen de enigen zijn die liegen en bedriegen?

Terug naar de democratie in Zuid-Korea. Wat mij opviel was dat de VS rap een verklaring uitbracht dat Zuid-Korea onveranderd een bondgenoot was. Wat mij vooral opviel was dat er geen verklaring kwam die de staatsgreep veroordeelde en opriep om terug te keren naar de democratie. Ik vermoed dat veel Zuid-Koreanen ook goede nota hebben genomen van de leegte van de Amerikaanse steun.

Wat heb je aan Amerika als je een democratie wilt redden? Chili vond het al uit in 1973 en de voorbeelden van Amerikaanse verraad zijn te talrijk om op te sommen. In 2014 mocht Egypte nog de volgende dictator verwelkomen, generaal El-Sisi, rap omarmd door president Obama. Sindsdien is het rustig in dat land waar journalisten en critici in het gevang belanden maar waar Nederlandse vakantiegangers graag een rondje woestijngolf spelen.

De impact van de ontwikkelingen in Zuid-Korea zal enorm zijn, nu nog onzichtbaar. De reactie van de VS was veelzeggend.