1933

Meteen na zijn inauguratie op 4 maart 1933 besloot van Franklin Roosevelt om het financiële systeem een schok te geven door de banken tijdelijk te sluiten. Zijn regering begon bovendien aan een veelheid van plannen en programma's, deels om de directe nood te lenigen, deels voor lange termijn oplossingen. De hutspot van programma's zou de geschiedenis ingaan als de New Deal. Vanaf het begin werd geprobeerd om een scheiding te handhaven tussen publieke werken en noodhulp, maar door de verslechterende situatie ging dat steeds meer door elkaar lopen. Harold Ickes was verantwoordelijk voor publieke werken, Harry Hopkins voor de noodhulp. Ickes was minister van Binnenlandse Zaken van 1933 tot 1946 en verantwoordelijk voor een groot deel van de uitvoering van de New Deal. Het publiek kende hem beter als directeur van de Public Works Administration. Ickes hield de hele periode een dagboek bij.


“5 maart 1933

president Roosevelt vroeg de leden van het kabinet, vice-president Garner en de Speaker om hem te ontmoeten in het Witte Huis om half drie, om de acute situatie met de banken te bespreken en te beslissen over een beleid. We bespraken en de president besloot een Executive Order uit te vaardigen die morgen in de kranten zal verschijnen. Het effect ervan zal zijn dat alle banken in de Verenigde Staten voor drie dagen zullen sluiten, dat de export van goud wordt beëindigd en dat andere noodmaatregelen direct ingaan om de run op de banken te stoppen en te voorkomen dat speculanten goud of goudcertificaten kunnen oppotten.

15 maart 1933

Vanochtend had ik een vergadering in het kantoor van de minister van Oorlog, samen met de minister van Arbeid en van Landbouw om verder te praten over de wet die de president en het kabinet overwogen om werkloze mannen uit dichtbevolkte gebieden te halen en ze aan het werk te zetten in nationale bossen en dergelijke. De wet moet worden herschreven op een of twee belangrijke onderdelen zodat het duidelijk is dat hij alleen van toepassing is op publieke werken die anders niet gedaan zouden worden in deze tijd van financiële krapte.

11 april 1933

We hadden een lange en interessante kabinetsvergadering. Het belangrijkste onderwerp was de situatie van de banken en de geldvoorraad, een voorgestelde obligatielening in kleine coupures om geld uit opgepotte gelden te trekken, en een belangrijke programma van publieke werken om werkloosheid te lenigen en te proberen de koopkracht te herstellen.

29 april 1933

Vanmiddag om twee uur gingen we in een lange vergadering met de president in het Witte Huis over de voorgestelde Publieke Werken wet. Naast mijzelf waren aanwezig de ministers van Arbeid, Oorlog en Landbouw, de jurist van het Departement van Arbeid en de Budgetdirecteur. Nadat we de voorgestelde wet, die vijf miljard dollar zo kosten, hadden doorgesproken vroeg de president wat voor publieke werken er waren die zoveel zouden kunnen kosten. Miss Perkins [Frances Perkins, de minister van Arbeid] kwam toen met een lijst die was voorbereid door een vereniging van aannemers en architecten en die het hele land bestreek. De president keek meteen naar de voorstellen voor de staat New York [waarvan Roosevelt gouverneur was geweest].

Ik had de president nog nooit zo kritisch gezien op zo'n kregelige manier maar hij maakte gehakt van de lijst en Miss Perkins kreeg er van langs, al was ze er niet verantwoordelijk voor maar was hij eenvoudigweg gepresenteerd als een suggestie van anderen. De president was over dit alles heel vriendelijk maar ik kreeg de indruk dat hij de nerveuze stress voelde van de extra druk waaronder hij stond door de aanwezigheid van buitenlandse vertegenwoordigers de afgelopen tien dagen. Er was geen gelegenheid om Miss Perkins te hulp te schieten, al wilde ik dat maar al te graag een keer of twee. Niet dat ze het nodig had, ze was heel goed in staat om zichzelf te redden maar een of twee keer voelde ik medelijden met haar. Ik geloofde echter dat het voor iedereen beter was als de president alles uit zijn systeem werkte wat hij kwijt moest. Uiteindelijk kwamen we toe aan een discussie over de daadwerkelijke inhoud van de wet en boekten we behoorlijke vooruitgang. We hopen dat we de wet kunnen afmaken en binnen tien dagen aan het Congres kunnen voorleggen.

6 november 1933

Om twaalf uur arriveerden de ministers Wallace [Henry Wallace, Landbouw] en Perkins, en Harry Hopkins [verantwoordelijk voor onmiddellijke hulpprogramma's] voor een gesprek in opdracht van de president. Professor Rogers was er ook, op aandringen van Wallace. We praatten over het plan van Hopkins om tussen de twee en vier miljoen mannen aan het werk te zetten voor standaardlonen op een basis van dertig uur per week. Hij zou aan deze lonen blijven bijdragen wat hij nu kwijt is aan noodhulp en de rest zou komen uit de fondsen voor publieke werken. Dit zou ongeveer 400 miljoen dollar belopen gedurende de komende zestig dagen. Dit zou een serieuze aanslag zijn op onze fondsen voor publieke werken maar we vonden allemaal dat het moest gebeuren.

Er was een algemeen gevoelen dat we echt in een heel kritieke situatie verkeren en dat iets drastisch en onmiddellijk nodig is om de situatie te stabiliseren. Minister Wallace gelooft dat het fonds voor publieke werken naar tien miljard dollar verhoogd zou moeten worden.

7 november 1933

Harry Hopkins en ikzelf lunchten met de president om te praten over Hopkins' plan om vier miljoen werklozen aan het werk te zetten. Om dit te doen rekent hij op een zekere bijdrage van lokale autoriteiten en staten. Hij zal zelf uit zijn noodfondsen halen wat het zou kosten om deze mensen te helpen en Public Works zal ongeveer 400 miljoen bijdragen. Onder dit plan zal hij tegen 15 november zo'n twee miljoen man aan het werk hebben die nu enkel noodhulp krijgen op verscheidene projecten verspreid over het land. De mannen zullen normaal loon krijgen voor het soort werk dat ze doen. Hij zal nog eens twee miljoen man aan het werk hebben tegen 1 december en het nu toegezegde geld houdt het programma gaande tot 15 februari [1934].

24 januari 1934

De minister van Arbeid, Harry Hopkins, Dr. Zook, de Commissioner voor Onderwijs, en ikzelf hadden rond het middaguur een conferentie met de president over de onderwijssituatie. Vanwege de depressie krijgen vele duizenden kinderen niet de onderwijsmogelijkheden op scholen waar ze recht op hebben. Veel scholen worden part time gerund en duizenden docenten zijn werkloos of, als ze werk hebben, werken ze voor salarissen die, als ze al betaald worden, niet meer zijn dan een fooi. De president gaf Henry Hopkins toestemming om te doen hij dacht dat de werkloze docenten direct kon helpen en ook om zo ver als mogelijk te gaan om de studenten aan de universiteiten die hulp nodig hebben erdoor te halen. Hij gaf ook aan dat als onderdeel van het publieke werken programma we mooi een plan konden uitwerken om scholen te bouwen in die delen van het land waar schoolfaciliteiten heel slecht zijn, of helemaal niet aanwezig.

27 april 1934

De president sloot vandaag de vergadering van het kabinet met zijn ideeën over wat hij van plan is met betrekking tot sociale verzekeringen. Het is duidelijk dat hij heel diep heeft nagedacht over dit onderwerp. Hij ziet uit naar een tijd in de nabije toekomst als de overheid een werkend systeem zal hebben opgezet voor ouderdoms, werkloosheids, zwangerschaps en andere vormen van sociale verzekeringen.”

De eerste programma's van de New Deal boden een directe oplossing voor acute problemen. Sommige werkten, sommige mislukten en ze riepen in elk geval weerstand op van de Republikeinen. Die hadden echter het nakijken. Het enige blijvende programma van de sociale verzekeringen was Social Security, de voor iedere geldende ouderdomsvoorziening.

Hoewel de Amerikaanse economie zichzelf zichzelf pas uit de depressie sleurde door de Tweede Wereldoorlog, herkozen de Amerikanen Franklin Roosevelt in 1936, 1940 en 1944.

Bron

The Secret Diary of Harold L. Ickes. The First Thousand Days 1933-1936 . (1953)