Vandaag in de Standaard opiniepagina
Ze staan nooit op een stembiljet. Toch zullen de rechters van het Amerikaanse Supreme Court komt november een belangrijke rol spelen bij de presidentsverkiezingen. De reden is dat in het Amerikaanse systeem van machtenscheiding het negen leden tellende Hof een cruciale positie inneemt als beslissende instantie of beleid of wetgeving in overeenstemming is met de grondwet. Het Hof legaliseerde het homohuwelijk, redde het Obamacare, stond staten toe te rommelen met het kiesstelsel en, het meest omstreden, besloot vijftig jaar geleden dat abortus niet kon worden verboden.
Geen wonder dat president Donald Trump de benoeming van bijna 200 conservatieve rechters, inclusief twee leden van het Supreme Court, als zijn grote succes beschouwt. Het plan was sociaal conservatisme stevig te verankeren in de rechtelijke macht, ongeacht de overtuigingen in het land. Dat lukte, met dank aan senaatsleider Mitch McConnell, die het verhief tot zijn enige doelstelling en maar vast talloze vacatures schiep door Obama’s voordrachten te traineren.
Toch kregen Amerikaanse conservatieven vorige week twee verrassingen te verwerken. Met 6 tegen 3 besloot het Hof dat de burgerrechtenwet van 1964 ook discriminatie op grond van seksuele geaardheid en geslachtskeuze verbood. Het arrest werd geschreven door Neil Gorsuch, in 2017 door Trump benoemd. Woedende religieuze activisten hingen in de gordijnen. Een paar dagen was het 5 tegen 4 bij de uitspraak dat de regering-Trump onzorgvuldig was geweest in het schrappen van Obama’s regeling voor immigrantenkinderen die in Amerika zijn opgegroeid, best bekend als ‘dreamers’. De vijfde stem kwam van Chief Justice John Roberts, indertijd benoemd door president George W. Bush.
Een aantal interessante ontwikkelingen komt hier samen. Om te beginnen toont de conservatieve verontwaardiging dat ze hun best zullen doen de mogelijke benoeming van rechters in november te agenderen. Met nog een extra conservatieve rechter zouden ze tot in lengte van jaren het Hof domineren. Vandaar dat ze een van de progressieve rechters, Ruth Bader Ginsburg, die 86 jaar oud is en in slechte gezondheid, een spoedig overlijden toewensen. Want een open zetel kan verkiezingen beslissen, die les heeft iedereen in 2016 geleerd.
Toen overleed in februari de leidende conservatief Antonin Scalia. Zoals grondwettelijk vereist droeg president Obama een opvolger voor maar de Republikeinen weigerden hem zelfs maar te ontvangen, Mitch McConnell zei dat de kiezers maar moesten beslissen. Dat deden ze. Het gaat niet te ver om te zeggen dat de verkiezingen toen werden beslist: het spoorde sociaal conservatieve evangelische kiezers aan om zich naar het stemlokaal te reppen. Trump zou die truc graag herhalen.
Tegelijkertijd werd opnieuw duidelijk dat rechters niet altijd doen wat hun benoemers hadden gewild. Soms lijkt dat maar zo. Dat Neil Gorsuch de burgerrechtenwet strikt interpreteerde past in zijn rechtelijke filosofie van ‘tekstuele uitleg’ die zich strikt aan de letter houdt en geen wetgeving vanuit het Hof toestaat. Gorsuch is en blijft betrouwbaar conservatief.
Maar er is een lange geschiedenis van tegenvallers. In de jaren vijftig en zestig werd het meest progressieve Hof aller tijden, verantwoordelijk voor onder meer het einde van de rassensegregatie, geleid door Earl Warren, voormalig Republikeins gouverneur van Californië. President Eisenhower had spijt van diens benoeming. De abortusuitspraak van 1973 werd geschreven door Harry Blackmun, benoemd door Richard Nixon. Hoewel uitspraken vaak politieke consequenties hebben, is het Hof sindsdien deel geworden van de Amerikaanse polarisatie.
Dat brengt ons bij John Roberts, de Chief Justice sinds 2007. Zijn ontwikkeling is interessanter. Benoemd als conservatief realiseert Roberts zich dat de teneur van het Roberts-Hof botst met wat een grote meerderheid van de Amerikanen wil op terreinen als abortus, geloof in de publieke sfeer, wapenbeheersing, Obamacare en sekse onderwerpen. Hij is bang dat uitspraken die zijn losgezongen van de dagelijkse werkelijkheid, zoals een totaal verbod op abortus, geen maatschappelijke draagkracht hebben, terwijl de politisering van het Hof, onder meer door president Trump, haar geloofwaardigheid ondermijnt. Roberts heeft een historisch en maatschappelijk bewustzijn dat hem motiveert en onvoorspelbaar maakt.
Het geeft aan dat al die conservatieve rechters niet vanzelfsprekend een revolutie veroorzaken. In Amerika geldt dat uitspraken van het Supreme Court werken als precedent waaraan lagere rechters en ook het Hof zelf zich moeten houden. De door Trump benoemde rechters op lagere niveaus zijn belangrijk voor directe voorzieningen en kunnen een onderwerp agenderen, maar uiteindelijk beslist het Hof, soms echter ook door een omstreden uitspraak te laten staan. Met Roberts als zogenoemde swing judge staan uitspraken zeker niet vast.
Duidelijk is dat er in november veel op het spel staat, ook de Republikeinse meerderheid in de senaat die rechters goedkeurt. Het is lang niet zeker dat de evangelische kiezers Trump massaal zullen steunen, gegeven zijn ontrafelende presidentschap en totaal gebrek aan moraliteit. Het akelig lege stadion dat president Trump zaterdag aantrof was mogelijk een voorbode dat de vaste aanhang begint af te haken. Voor Trump reden te meer om het over rechters te hebben. Zeker is dat iedereen nauwlettend volgt hoe Ruth Baader Ginsburg erbij zit. Gelukkig is ze een taaie dame.