Groenland was opnieuw een voorbeeld van government by the gut.

Vandaag in De Standaard:

Het is een bekend fenomeen dat presidenten in de loop van hun eerste termijn groeiend zelfvertrouwen krijgen. Donald Trump loopt ervan over. Hij weet alles, voelt alles aan, heeft geen hulp nodig: Trumps gutfeeling regeert. Zijn omgeving beweegt soepel mee, andersluidend advies wordt ingeslikt. Er is geen toezicht, elementaire beschaving is overboord gezet.

De net zo agressieve als idiote aankondiging Groenland te willen kopen is enkel het meest recente exces van de lompe onroerend goed boer die Trump uiteindelijk is. Alles is te koop. Je moet het als een eer beschouwen dat ik geïnteresseerd ben. Toch niet? Dan kom ik niet op bezoek. Hoe haalt een president het in zijn hoofd?

Er is sprake van een patroon. Dit is dezelfde president die een Amerikaanse vazalstaat opdracht geeft democratisch gekozen leden van dat Congres te boycotten. Dezelfde president die antisemitische neonazi’s en blanke superioriteitsgroepen goedpraat en legitimiteit verschaft en dan het lef heeft zijn politieke tegenstanders van antisemitisme te beschuldigen. Die premier Nethanyahu laat dansen als een trekpop en van een breed gesteund Amerikaans Israël-beleid een Republikeins feestje maakt.

Het is dezelfde president die een economische oorlog met Iran begon enkel en alleen omdat hij niet kon aanvaarden dat zijn persoonlijke obsessie, Barack Obama, een akkoord met dat land had gesloten. Die de vijf andere ondertekenaars niet eens raadpleegde en bondgenoten dwingt om zijn beleid te volgen ook als ze er niet mee eens zijn. Een president die, mocht er ooit werkelijk iets aan de hand zijn, moeite zal hebben mensen te overtuigen dat hij niet zijn 12.532ste leugen vertelt.

Het is dezelfde president die een samenzwering ziet achter de wankelende economie: het zijn enkel mijn vijanden die de economie omlaag praten, inclusief de door mijzelf benoemde president van de Federal Reserve. Die zijn hulpjes langs stuurt bij de televisiestations om te vertellen dat er geen sprake was van een mogelijke recessie en ondertussen beleid voorbereidt om die blamerende recessie in een verkiezingsjaar te voorkomen.

Het is dezelfde president die na de moordpartijen in El Paso en Dayton (en al eerder na Las Vegas en Parkland) beloofde werk te maken van strengere controles op wapenaankopen. Drie dagen en een telefoontje van de moord- en wapenlobby later borrelden uit Trumps gut de talking points op die de NRA aanreikte. Altijd dezelfde: niet wapens doden maar mensen doden, er zijn voldoende controles maar die worden niet gebruikt en het is allemaal gevolg van psychische problemen. Overigens is het lang niet zeker dat Trumps gut hier de juiste richting aangeeft. Als de Democraten van wapenbeperking nu nog geen campagneonderwerp kunnen maken dan zal het nooit meer gebeuren.

Het is dezelfde president die autoritaire regimes, zelfs moorddadige regimes, omarmt. Dezelfde die vindt dat de volksopstand in Hong Kong een interne Chinese aangelegenheid is, suggererend dat een mogelijk militair ingrijpen hem niet zal weerhouden van een handelsdeal. Dezelfde president die tegen de zin van het Congres voor miljarden wapens verkoopt aan Saoedi Arabië en de betrokkenheid van de leiding van dat land bij de moord op journalist Adnan Khashoggi vrijpleit. Die de Brexit-klungels opjuint.

Dit is dezelfde president die ‘grappige’ tweets stuurt over zijn aftreden over vier of misschien tien jaar. Die in juni tweette: ‘denk je dat de mensen zouden vragen dat ik langer blijf?’ Die de maand daarvoor suggereerde dat hij wel twintig jaar in het Witte Huis wilde wonen, en eerder stelde jaloers te zijn op president Xi van China die onbeperkt mag blijven. En, Trump is nou eenmaal Trump en alles moet het grootste, langste, diepste zijn: hij wilde langer president blijven dan Franklin Roosevelt, die vier keer werd gekozen. Misschien is Trump ons enkel aan het ‘trollen’ maar evenzogoed stookt hij onaangename vuurtjes op.

En dan hebben we het nog niet gehad over Trumps diep in de gut genestelde racisme en xenofobie en zijn bereidheid om zijn hondstrouwe aanhang op te stoken tegen immigranten, de vrije pers en de andere partij, om niet te spreken over de demonisering van Democratische afgevaardigden met een kleurtje. Of over het wegwerken van eerlijke bureaucraten die over klimaat, gezondheidszorg of bedreigde diersoorten weigeren in de Trump-pas te lopen.

Nee, triviaal als hij is, de vijandige overnamepoging van Groenland kwam niet uit de lucht vallen. Hij past in Trumps recente optreden, in zijn negeren van normen voor diplomatiek en algemeen beschaafd gedrag. De wereld haalt zijn schouders op, doet net of ze de gekke oom die het belangrijkste land van de wereld leidt, kunnen negeren, en struikelen verder naar het volgende debacle.

Het zou enigermate geruststellend zijn, of minder verontrustend, als dit enkel de opwellingen waren van een uit de rails lopende roeptoeter met meer macht dan goed voor hem is. Het echte probleem is dat president Trump in al de bovenstaande excessen trouwhartig wordt gesteund door de Republikeinse Partij waarvan de leiding zijn verstand heeft ingeruild voor Trumps gut. Het is inmiddels duidelijk dat van de Republikeinen, ooit een trotse conservatieve partij, de partij van Lincoln, geen soelaas valt te verwachten.

Met de dag wordt duidelijker dat een herverkiezing van Trump en zijn acolieten het einde betekent van Amerika zoals we dat kennen. Duidelijk is dat het niet moet uitmaken of de Democratische Partij te links, te midden, te bejaard of te etnisch gevarieerd is maar de enige kans is om de macht van Trumps gut te breken en te laten zien dat Amerika beter kan. De enige hoop voor Amerika en een wereld die Amerika nodig heeft is dat op 3 november 2020 deze man én zijn partij vernietigend worden verslagen.