Het was een hele zit, vier dagen van de Democratische conventie. Ik heb het grootste deel van de toespraken en optredens gezien en zelden heb ik dat met zoveel plezier gedaan. Het was geen opgelegde lol. Het was niet omdat Kamala Harris me vertelde dat ik het leuk moest vinden. Het was omdat ik oprecht geraakt werd door het zien van zoveel enthousiaste, gedreven mensen met een positieve boodschap. Leuk om naar te kijken, leuk om te horen, ik kan er niets anders van maken. Niet omdat ik een voorkeur zou hebben voor Democraten – dat heb ik – maar omdat politiek al veel te lang geen feest meer was.
Wat me vooral trof, was hoe sterk het bestand aan sprekers was, de diepte van de bank van Democratische politici, zowel die uit het nabije verleden als die van de toekomst. Op een enkele uitzondering na waren de meeste mensen in staat hun gehoor te bewegen, te ontroeren, te enthousiasmeren. Niet alleen in de zaal maar ook thuis. De energie spatte er vanaf. Er werd gegrapt, er werd gelachen. Humor helpt.
Er was de oude garde waarop de Democraten terecht trots zijn: Joe Biden, Hillary Clinton, Michelle en Barack Obama, Bill Clinton, die zoals altijd zijn spreektijd flink overschreed. Stuk voor stuk goede sprekers met een boodschap. Met geweldige one liners. En bij Clinton, natuurlijk, Fleetwood Mac’s Don’t stop (thinking about tomorrow). Ze waren kritisch over Trump maar zonder de grofheid die de Republikeinse kandidaat kenmerkt. Subtiel kropen ze onder diens dunne huid.
Je zag een duidelijk verschil met de Republikeinse conventie. Bij hen was het verleden ook de toekomst, Trump toen, Trump nu. Maar het frappeerde dat er simpelweg geen bestand was van oude getrouwen, Republikeinen met een geschiedenis van succes, met gezag en uitstraling. George W. Bush wilde niet komen. Mitt Romney is gecanceled door de Trumpies. Mike Pence wordt geminacht. John McCain, besmeurd door Trump, is dood. Gouverneur DeSantis noch voormalig Trump-tegenstander Nikki Haley maakten veel los. Alles draaide om Trump. Af en toe dook Ronald Reagan op maar dat werkte maar nauwelijks bij een kandidaat die zichzelf neerzet als de beste president aller tijden.
Ook het arsenaal voor de toekomst was bij de Democraten indrukwekkend. Voorop Kamala Harris en Tim Walz die beide zichzelf overtroffen. Coach Walz bewees waarom Harris hem gekozen heeft: de capaciteit om te verbinden met de gewone man en vrouw, met buurt, met gezin, met school, met sport. Onderschat nooit hoezeer sport Amerikanen verbindt. Ook de reservebank was imponerend met gouverneurs als Josh Shapiro van Pennsylvania, Wes Moore van Maryland, Jared Polis van Colorado. Er was minister van Transport Pete Buttiegieg met een ontroerende speech over zijn gezin: twee mannen met hun kinderen. 25 jaar geleden leek het niet mogelijk en er zijn Amerikanen die dat opnieuw zo willen. Over de relativiteit van het belang van de politiek als je probeert je drie jaar oude kinderen hun handen te laten wassen voor het eten.
Zelfs de niet politieke sprekers en performers waren indrukwekkend. Stevie Wonder met Higher Ground, de geweldige Oprah Winfrey, Amanda Gorman, de dichteres die wereldberoemd werd bij de inauguratie van Joe Biden, een vrouwelijke gitarist die Prince concurrentie aan kon doen – beide afkomstig uit Minnesota. De Republikeinen moesten uit een tweede garnituur plukken, met armzalige worstelaars zoals Hulk Hogan of heavy metal dreuners die zelfs Melania deden fronsen.
Het is waar, conventies beslissen geen verkiezingen. Maar ik denk dat ze een goed beeld geven van de stand van de campagne, van de aard van de partijen en, ja, ook van het karakter van de kandidaat. Wat ik zag was een Democratische collectief tegenover een Republikeins one-man show. Ik hoefde niet overtuigd te worden van het belang van deze verkiezingen, van het gevaar dat Donald Trump betekent, niet enkel voor democratie maar simpelweg voor een beschaafde samenleving. Ik wist al voor de conventies dat de Republikeinse Partij zijn ziel heeft verkocht. Hun conventie was goed georganiseerd, coherent en vol zelfvertrouwen. Maar zwartgallig en negatief. Daarentegen was het puur joy om de Democraten bezig te zien.
De Republikeinse kritiek dat er geen inhoudelijke onderwerpen werden gepresenteerd, dat Harris en Walz een programmatisch lege campagne voeren, was vooral zure druiven bij een jaloerstemmend spektakel. Er was plenty inhoud. De conventie ging over dagelijks leven, over onderwijs, over gezondheidszorg, over wapens en, zoals Walz het zei, de vraag of je je kind veilig naar school kunt sturen. Over IVF en abortus, over de prijs van geneesmiddelen en, jazeker, over hogere belastingen voor de rijken.
Duidelijk werd dat ‘freedom’ het Democratisch thema wordt -naast ‘forward’ om de belegenheid van Trumps MAGA-slogan te benadrukken. Spreker na spreker had het over ‘free’ en ‘freedom’ en de dreiging van Republikeinen om ieders vrijheid aan banden te leggen. Welke boeken kinderen mogen lezen, de vrijheid van vrouwen om over hun lichaam te beschikken, wie hij of zij wil trouwen – Josh Shapiro, een van de grote beloftes van de Democraten hield er een geweldige toespraak over. Hij was een goede spreker en zou een goed vice-president kandidaat geweest, maar Walz was nog beter. Zijn ‘mind your own damn business’ en ‘government stay the hell out of our bedrooms’ resoneerden. En het ‘that’s my dad’ van zijn zoon gaat de wereld over.
Vrijheid, democratie en liefde voor ons land: dat verbindt ons Democraten, zei Shapiro. Net als bij Walz scandeerde de zaal ‘USA’, wat je tot voor kort alleen maar bij de Republikeinen hoorde. Naruurlijk hoorden we de onvermijdelijke Bruce Spingsteen.
Officieel beginnen campagnes op Labor Day, de eerste maandag in september. De Democraten maken een vliegende start. Hopelijk behoeden ze zichzelf voor overmoed, voor hybris. Ze zich bewust dat er wat op het spel staat en dat je de tegenstanders niet mag onderschatten. Zowel Michelle als Barack Obama waarschuwde ervoor. Misschien kunnen de Democraten leren van wat de Republikeinen overkwam na hun conventie van de overmoed.