Vergeet, als u het kunt, even die presidentsverkiezingen. Er staat op 5 november meer op het spel. Er wordt gestemd over alle zetels van het Huis van Afgevaardigden en over een derde deel van de Senaat (senatoren zitten zes jaar, een derde deel moet steeds naar de kiezer). Hoe die congresverkiezingen uitpakken bepaalt hoeveel macht de nieuwe president heeft.
Het Amerikaanse politieke systeem is gebaseerd op de scheiding der machten. De wetgevende, de uitvoerende en de juridische macht hebben hun eigen domein, soms met enige overlap, maar altijd controleren ze elkaar. De Founding Fathers die in 1787 de Grondwet schreven, waren bang voor een dictatuur. Ze hadden immers net een alles dominerende koning overboord gezet. ‘Checks and balances’ was het motto.
Ze konden alleen maar hopen dat die machten ook daadwerkelijk hun verantwoordelijkheid zouden nemen. Zal het Congres ook een eigen president de wacht aanzeggen of eet het uit zijn hand? Functioneren de ‘guard rails’ die machtsmisbruik voorkomen? In 1974 duurde het heel lang voordat Republikeinse senatoren Richard Nixon vertelden dat ze hem zouden afzetten voor Watergate. Twee impeachmentprocedures tegen Donald Trump, waarvan een na 6 januari 2021, faalden omdat Republikeinen hem in bescherming namen.
Aan het superconservatieve Supreme Court kunnen de kiezers niets veranderen, ook al zijn hun uitspraken omstreden. Maar de wetgevende macht staat dinsdag wel degelijk op de agenda: alle 435 afgevaardigden en 34 senatoren. Daar wordt bepaald hoe machtig de nieuwe president wordt. Macht of almacht.
Een president kan veel tot stand brengen als beide huizen van het Congres in handen zijn van zijn eigen partij. Dat is de reden dat Obama, Trump en Biden in hun eerste twee jaar beleid gerealiseerd kregen en daarna nauwelijks meer. Als een president moet werken met een Congres van een andere kleur, of deels van een andere kleur, dan noemen we dat ‘divided government’.
Hoewel veel overheidskritische Amerikanen dat wel aantrekkelijk vinden leidt een dergelijke verdeeldheid in de praktijk vooral tot stagnatie. Als beide partijen weigeren samen te werken in het Congres gebeurt er niets. Voor een daadkrachtig optreden moet een president hopen op een vriendelijk Congres. Het huidige Huis is Republikeins, met een kleine meerderheid. De Democraten hebben een goede kans om de benodigde zetels te winnen. De Senaat is nu Democratisch, maar omdat in 23 van de 34 races een Democraat moet worden herkozen (2018 was een goed jaar) zou dat huis goed Republikeins kunnen worden.
Vaak heeft een president ‘long tails’: andere politici worden op zijn slippen meegetrokken. Als Trump wint, betekent dit dat zijn kiezers massaal zijn opgekomen en dan kan hij waarschijnlijk met beide huizen regeren. Wint Harris dan blijft de Senaat een moeilijk verhaal, maar wordt het Huis waarschijnlijk Democratisch. Met Trump een eenheidsbewind, met Harris divided government.
Gegeven de bereidheid, in woord en in daad, van de Republikeinen om de grondwet aan hun laars te lappen, mag je hopen dat de kiezer goed nadenkt over de andere keuzes op het stembiljet, over die vangrails. Het gaat niet te ver te vermoeden dat de Founding Fathers liever de stagnatie van een verdeelde overheid gezien zouden hebben dan een solide Republikeinse regering onder leiding van Donald Trump.
Het is lastig om individuele races voor het Congres te volgen. In Californië en in New York hebben de Democraten de beste kans om een stuk of vier zetels op te pikken, vooral omdat ze in 2022 daar onnodig verloren. De Senaat is iets gemakkelijker te duiden.
De Democratische zetel (officieel nu onafhankelijk) van West Virginia gaat zeker verloren. Ook in Montana, een van nature conservatieve staat, lijkt de zetel van John Tester kwetsbaar. Een nieuwkomer van het nu vaak voorkomende soort in Montana – superrijke weekendboeren die er een giga farm kopen en het leven danig veranderen – ligt er ruim voorop, ondanks de ruime ervaring en de grote invloed van Tester.
In Nebraska bedreigt een onafhankelijke vakbondsman de zittende Republikeinse senator Deb Fisher. Verrassend kwetsbare Republikeinen zijn de door iedereen gehate Ted Cruz in Texas en de bijna iedereen (inclusief zijn collega’s) gehate Rick Scott in Florida. Florida is onzeker omdat de opkomst er hoger zal zijn vanwege een abortus amendement. In Texas regeert de terreur van attorney general Paxton en gouverneur Greg Abbott. De abortusregels zijn ook daar idioot, misschien leidt het tot een hogere opkomst. Maar het zou al te optimistisch zijn om Cruz en Scott te zien verdwijnen.
In Maryland leek de Republikein Larry Hogan, een van de weinige Republikeinen met gezond verstand een zetel voor de Republikeinen te kunnen oppikken, maar hij heeft momentum verloren. Ohio’s senator Sherrod Brown, een ouderwetse linkse Democraat, treedt aan tegen een Trump-rijkaard. Brown lijkt te kunnen winnen, zeker als Harris het goed doet. In Wisconsin is Democrate Tammy Baldwin het slachtoffer van een homofobe campagne tegen haar. Ook hier geldt dat Harris zal bepalen hoe het uitpakt.
De bottom line: als Trump wint, betekent dit dat zijn kiezers ruim zijn komen opdagen. Dan wordt het voor de Senaat en het Huis een lastig verhaal. Onverdeelde macht in alle drie de takken van de overheid: het rampscenario.