Amerikanen straffen veel te hard

Inmiddels is er wel wat veranderd. Three times and you are out is gelukkig afgeschaft en voor idioot kleine overtredingen vooral in de sfeer van soft drugs, wordt je niet meer weggestopt. Maar nog steeds is Amerika het westerse land met de meeste gevangenen per miljoen burgers.

X Klopt helemaal

   Zit wel wat in, maar…

   Onzin

Meer dan twee miljoen Amerikanen zitten in de gevangenis. De belangrijkste reden is de harde aanpak van de misdaad sinds de jaren tachtig. Voor sommige misdrijven moeten rechters verplichte straffen opleggen, vooral als het gaat om overtreding van de drugswetten. Veelplegers op alle terreinen worden in veel staten bij drie veroordelingen levenslang opgesloten, de three times and you’re out-regel. Soms wordt een onnozele sukkel daarvan het slachtoffer maar even vaak gaat het om genadeloze, gewelddadige criminelen met een lange geschiedenis van misdrijven.

Gedurende het grootste deel van de twintigste eeuw was het aantal gevangenen in Amerika met zo’n honderd per honderdduizend nauwelijks hoger dan dat in Europa. Sinds 1980 is dat veranderd en nu zitten er op elke honderdduizend burgers maar liefst 715 mensen vast vijfmaal zoveel als in Groot-Brittannië, de strengste straffer van Europa. Deze mensen zitten ook nog eens langer vast. In de tien jaar na 1986 steeg de gemiddelde termijn in een federale gevangenis van 39 naar 54 maanden. Geen wonder dat het volle bak is.

Bijna allemaal zwarten!’, riep Marcel van Dam in de Volkskrant. Zoals gebruikelijk overdreef Van Dam. Het juiste percentage zwarten is 43 en dat is erg genoeg voor een groep die veertien procent van de samenleving uitmaakt. Ongetwijfeld speelt racisme een rol, maar belangrijker zijn de Amerikaanse drugswetten. Zowel aan de consumenten- als aan de leverancierszijde van de drugsbusiness zijn zwarten oververtegenwoordigd. Ongeveer een derde van alle gevangenen zit wegens een drugs-gerelateerd misdrijf. Daardoor komen veel overtreders in het gevangenissysteem terecht, waar ze worden opgesloten met gewelddadige criminelen. De gevolgen laten zich raden. Een maal in het criminele circuit en je komt er nooit meer uit: de meeste ex-gevangenen begaan opnieuw een misdaad.

Niet alleen is deze voorkeur voor veel en lang straffen ineffectief, het kost de Amerikanen een rib uit het lijf. Ga maar na, iedere dertig jaar oude crimineel die levenslang krijgt op basis van three times and you’re out, kost de samenleving een half miljoen dollar. Dat zou nog te rechtvaardigen zijn als de misdaad in de Verenigde Staten hierdoor sterk was teruggelopen, maar dat is niet het geval. Integendeel. Als er al minder misdaad is, dan komt dat door de veranderde demografische samenstelling van het land (minder jongeren) en het strakke handhavingsbeleid van bijvoorbeeld burgemeester Giulliani van New York wat trouwens weer tot excessen leidde bij de politie.

Amerikaanse gevangenissen zijn gevaarlijke plaatsen, weinig geschikt voor het voorbereiden op reïntegratie en veeleer een garantie voor een leven in misdaad. Het zijn eilanden in de Amerikaanse samenleving, een aparte wereld met aparte regels en structuren. Hoe aparter, des te afschuwelijker. Hoewel Amerikanen daar zo min mogelijk van willen weten, smullen ze van Oz, de gewelddadige televisiesoap over het leven in een maximum security prison.

Er zit ook een eigen dynamiek in de groei van het aantal gevangenen. De roep van de burgers om hogere straffen wordt versterkt door de geprivatiseerde gevangenisindustrie. Tegenwoordig besteedt de overheid dit soort activiteiten graag uit, hopend dat het werk dan efficiënter gebeurt. Of dat het geval is, valt te betwijfelen, maar in veel staten zijn gevangenissen dé groei-industrie geworden. Vaak is een gevangenis de reddingsboei voor een stadje waar de banen zijn verdwenen, bijvoorbeeld als een militaire basis zijn poorten sluit. Gevangenissen leveren werk op en een afzetgebied voor diensten en producten.

Prison industrial complex

De markt speelt daarop in. De gevangenisindustrie lobbyt voor hogere straffen en voor meer gevangenissen. Politici vallen hen niet af. Stadjes roepen om banen en willen dat hun afgevaardigde zich sterk maakt voor een nieuwe gevangenis. Zo is er een prison industrial complex ontstaan. In 1997 kondigde de Corrections Corporation of America aan dat ze nog eens drie nieuwe gevangenissen zou bouwen in Californië. Het aantal was speculatief: ‘Als je bouwt op de juiste plek,’ verklaarde een zegsman, ‘dan komen de gevangenen vanzelf.’

Door de privatisering is de overheid ook de grip op de uitvoering kwijtgeraakt. De controle op de gevangenisbewaarders is compleet zoek. Zo dook bij het schandaal in de Irakese gevangenissen een zekere Lane McCotter op. McCotter had in 1997 ontslag moeten nemen als directeur van het Corrections Department, de gevangenisafdeling, van de staat Utah, wegens het overlijden van een gevangene die zestien uur naakt aan een stoel was gekluisterd. McCotter vond nieuw werk als manager bij het bedrijf dat een gevangenis runde in de staat New Mexico. Die gevangenis bedrijf werd door het ministerie van Justitie als onveilig beschouwd en tekort schietend in medische voorzieningen. In 2003, drie maanden na het rapport waarin dat werd gemeld, huurde hetzelfde ministerie van Justitie McCotter in om de Irakese gevangenissen opnieuw op te zetten. Verder bleken twee van de grootste mishandelaars in de Abu Ghraib-gevangenis in Bagdad voor hun uitzending te hebben gewerkt als gevangenisbewaarder. Het laat zich raden waar ze die praktijken van vernedering en intimidatie hebben geleerd. Blijkbaar is het een exportindustrie geworden.

De focus op opsluiten ontneemt elk zicht op de effectiviteit van gevangenisstraffen. Er is geen nazorg. Door het verplicht uitzitten van de totale straf is het fenomeen proeftijd verdwenen. Wie vrijkomt, hoeft niet meer, zoals vroeger, een paar jaar op zijn tellen te passen. Veel banen zijn niet toegankelijk, veel ex-gevangen mogen niet stemmen. Bij de presidentsverkiezingen van 2000 was dat een van de problemen in Florida: de lijsten waren ‘opgeschoond’ voor ex-gedetineerden maar op zo’n enthousiaste manier dat ook talloze anderen hun kiesrecht hadden verloren.

Alleen al in 2004 komen er in Amerika zeshonderdduizend gevangenen vrij: zo ongeveer de bevolking van de hoofdstad Washington. Tweederde deel van hen zal binnen drie jaar opnieuw vastzitten. Investeerders in de gevangenisindustrie lopen bijzonder weinig risico.

Onschuldig gedrag

In hun drang tot het criminaliseren van relatief onschuldig gedrag gaan Amerikanen erg ver. Geen land maakt meer regels om de kleine problemen van het leven weg te werken of in elk geval formeel te verbieden. Tijdens de jaren tachtig verhoogden de meeste staten de leeftijd waarop alcohol genuttigd mag worden van achttien naar eenentwintig jaar. Op een derde overtreding van die regel staat in Texas een verplichte gevangenisstraf, wat de dochters van president Bush bijna opbrak. In de zomer van 2001 werd de toen negentienjarige Barbara Bush twee keer in één maand gepakt bij het kopen van alcohol. In hetzelfde restaurant waar zij dat deed Chuy’s Tex-Mex in Austin (Amerikaanse kranten houden dit soort details bij) werd dochter Jenna Bush gepakt met een valse Identity Card. Barbara moest een aantal uren dienstverlening verrichten en Jenna, een repeat offender, kreeg zeshonderd dollar boete, verloor haar rijbewijs voor dertig dagen en kreeg nog wat andere straf. Allemaal voor een onschuldig pilsje. Zo krijg je de gevangenissen wel vol.