Grootmoedigheid had geholpen in het MO, nu is het te laat

Wat doorgaat voor discussie over het geweld in Israël en Gaza is pijnlijk voorspelbaar. The usual suspects met het gebruikelijke verhaal.

Israël heeft het recht zichzelf te verdedigen. Bla, bla, bla. Natuurlijk, maar heeft het ook het recht burgers in Gaza te doden? Of niet-Joodse burgers uit hun huis te zetten? Of zich steeds meer land toe te eigenen?

En nee, Hamas heeft niet het recht raketten op Israël af te schieten. Heeft niets met zelfverdediging te maken. En ja, natuurlijk gebruikt Hamas het conflict ook voor politieke doeleinden.

Niemand heeft het belang van Palestijnse rechteloze burgers als uitgangspunt, niet Israël, niet Hamas. Stel, u groeide op als tiener op de westelijke Jordaan oever. Hoe zou u de wereld om u heen ervaren?

De stellingen zijn betrokken, het resultaat is als vanouds. Nethanyahu kan doen wat hij wil en wat hij nodig heeft om zijn politieke hachje te redden. De verdere ondermijning van de rechtsstaat en democratische processen in Israël zelf, een ontwikkeling die het land meer en meer doet lijken op de andere landen in de regio, is pijnlijk om aan te zien. En niet alleen voor mensen die het lijden van de Palestijnse burgers niet kunnen aanzien.

Biden schippert maar wat, meer in elk geval dan Rutte die moeiteloos in de vaste stand schoot. In beide gevallen kun je wel degelijk vaststellen dat Israël steeds minder sympathie ontmoet en al helemaal geen verontschuldiging bij voorbaat voor wat het doet, zoals ooit het geval was.

Mij verbaast het dat er nog steeds gepraat wordt over een twee staten optie. Die is niet meer mogelijk. Wat na Oslo een buitenkans leek om een einde te maken aan een onhoudbare situatie, is al lang vervlogen als een illusie. Een een-staat optie is het enige dat over is. De minst aantrekkelijke toekomst voor Israël maar een die ze zelf waarschijnlijk hebben gemaakt.

Wat misschien erger is, is dat een grote mate van desinteresse en het-zal-wel-weer opgeld doet. Het is als met de Balkan: ze doen maar, laat ze het zelf maar uitzoeken, sympathie voor geen van de participanten. Dat is misschien de weinig opbeurende conclusie 25 jaar na Oslo, bijna vijftig jaar nadat Israël door een klinkende overwinning de kans had een toekomst veilig te stellen.

Ik moet vaak denken aan het woord dat ik altijd met Lincoln associeer. Hij was vast voornemens om na de burgeroorlog grootmoedig te zijn, magnanimous, in een mooie definitie: generous or forgiving, especially towards a rival or less powerful person. Het is een woord dat aan Israël niet besteed was. Ze zullen van hun gebrek aan grootmoedigheid nog decennia de wrange vluchten plukken.

Het afgenomen belang van Israël maakt dit een nieuw soort crisis

Wat interessant is aan de huidige onrust in Israël, gezien vanuit het Amerikaanse perspectief, is dat Biden zich er niet actief mee hoeft te bemoeien. Dat wil zeggen, de relatie met Nethanyahu is slecht, en Biden zal zich niet willen ophangen aan dit Israël. De Israëlische premier heeft zijn land aan de Republikeinen verkwanseld en Biden hoeft zich een stuk minder zorgen te maken om Democratische kiezers dan eerdere presidenten.

Daar komt bij dat de terugtrekking uit het Midden Oosten gestaag doorgaat. Trump zette zich nog vol achter Israël maar dat wil niet zeggen dat Amerika in zijn min of meer isolationistische modus dat nog steeds zal doen.

Er lijkt ook iets fundamenteel veranderd in de manier waarop de wereld, en Amerika, naar Israël kijkt. Bijna vijftig jaar na de 1973 oorlog heeft het land zijn overwinning niet gebruikt om een blijvende vrede met de Palestijnen in bezet gebied te sluiten. Integendeel, de afgelopen twintig jaar hebben nationalistische settlers hun binnenlandse politieke macht gebruikt om steeds meer land af te pakken op de westbank. De rellen nu zijn ontstaan omdat dezelfde lui in Oost Jeruzalem dat doen.

In de loop der jaren is de twee staten oplossing uit zicht geraakt, terwijl dat voor Israël een belangrijke mogelijkheid was om het probleem beperkt te houden. Er is geen land meer over voor twee staten en de Palestijnse autoriteit heeft deels door eigen schuld, deels door Israëlisch getraineerd, zijn gezag en macht verloren. Als minister verspilde John Kerry veel energie aan het trekken aan dit dode paard.

Trump was helderder. Israël mocht alles doen en kreeg zonder tegenprestatie lang gewenste zaken zoals een ambassade in Jeruzalem. De zogenoemde Abraham akkoorden met Arabische landen geven aan dat die geen donder geven om de Palestijnen, liever zaken doen en ook graag Iran dwarszitten, de belangrijkste buitenlandse politiek component van Israël. Trump draaide de deal met Iran de nek om, Nethanyahu juichte en doet alles om Biden te verhinderen een nieuwe deal te sluiten.

Mijn gevoel is dat Israël nu gewoon een land in het Midden Oosten is geworden. Erger, het is een land dat zich laat gijzelen door geloofsgekken. Het is een land waarin mogelijke opties in 1995 werden vermoord door de nationalistische radicaal die premier Rabin doodschoot. Een land waarin blijkbaar joods tuig arabieren, of mensen die er zo uitzien, in elkaar trappen. Het is een land dat miljarden steun van de VS krijgt maar niet meer de morele steun die vroeger gebruikelijk was. Het land is deel van het Midden Oosten waar Amerikanen weinig meer mee te maken willen hebben.

Een vijfde deel van de bewoners van Israël heeft nu een arabische/palestijnse achtergrond. Een een-staat oplossing zou dat deel aanzienlijk vergroten en dus moet Israël de Palestijnen wel in een onderdrukte en uitzichtloze positie houden, in twee recente rapporten omschreven als nakende apartheid. Over die term kun je twijfelen, maar het effect is hetzelfde als de segregatie in de VS teweeg bracht: je hebt burgers en je hebt tweederangs bewoners die geen rechten hebben.

Op de lange termijn is dat niet houdbaar. De onrust nu heeft allerlei redenen, niet in het minst die van druppels die emmers doen overlopen en het opportunisme van Nethanyahu, de slechtste (op lange termijn) premier die het land ooit gehad heeft. Zijn vertrek zal niet veel veranderen.

Israël was ooit een voorbeeldland, een land waarop je alleen fluisterend kritiek kon hebben. Het CIDI denkt en handelt nog steeds in dat soort termen en is steeds minder effectief. Hoe je het ook wendt of keert, en hoe je het ook kwalificeert, Israël is vooral zijn eigen probleem. Steeds meer zullen we horen: laat ze het zelf maar uitzoeken.

Alles blijft vastzitten zolang Rutte blijft

Ik weet niet hoe breed het gevoeld wordt, maar ik hoor de laatste tijd steeds vaker dat mensen de knop omdraaien als Rutte te horen of te zien is. Ze kunnen er niet meer tegen. Willen niet meer naar hem luisteren. Het is een lot dat veel politici die te lang blijven overkomt – al moet ik zeggen dat Angela Merkel daaraan blijkbaar ontsnapt is.

Zelfde riedel, of andere riedel met zelfde effect, op een gegeven moment weet je het wel. Ik zie het met enige verbazing aan. Een man die tien jaar premier is geweest, naar eigen bevinden met enorm succes, die krampachtig probeert ons wijs te maken dat hij zichzelf nu heruitvindt. Die zendtijd van de publieke omroep vordert, en krijgt, om zijn zieleroerselen over vernieuwing van zichzelf op tafel te leggen – al was het in elk geval te prijzen dat hij niet de amusementshows van Op1 opzocht.

De kop van de NRC: Rutte denkt diep na. Is het genoeg? Tja, daar liggen we allemaal echt van wakker. Toch?

Het gaat naar mijn idee al lang niet meer om dualisme, openheid, transparantie en andere flauwekul (besturen is onmogelijk als elk overleg, elke overweging van opties, elke uiting van scepsis of juist steun openbaar moet zijn). Het gaat simpelweg om Mark Rutte. De persoon.

Misschien moet je hem niet kwalijk nemen dat hij probeert zijn positie als onmisbare bovenmeester te redden. Hij heeft uiteindelijk niets beters te doen. Alles zou los komen als Rutte zich terugtrok.

Ik zeg niet dat Asscher een goed voorbeeld gaf. Sterker, ik vond het een vorm van vaandelvlucht dat hij zich door een klein deel van de leden (kiezers kwamen er niet aan te pas) liet wegjagen, waardoor beleid en al of niet succes niet meer aan de orde kwamen. Het onthoofdde de PvdA en zorgde ervoor dat de campagne niet, nooit, over de toeslagen affaire ging. Maar ik moet Asscher nageven dat hij inzag dat zijn persoon problematisch zou worden (had hij dat maar in 2017 beseft) en, anders dan Rutte, een hopeloze positie opgaf.

Alles blijft vastzitten tot Rutte weg is. Of, zoals Sukke en Fokke het mooi weergeven, tot Omtzigt beter is. De armoede van de Nederlandse politiek is dat het allemaal gaat om en over personen. Ik heb niet de illusie dat dat gaat veranderen als Rutte weg is, maar dan kunnen we in elk geval weer breed en open denken.

En overigens meen ik dat de Eerste Kamer moet worden afgeschaft.

Migratie is van alle tijden, zal ook nooit verdwijnen

Een van de meest inspirerende boeken die ik de afgelopen jaren heb gelezen is Europe between the Oceans, 9000 BC – AD 1000, door Barry Cunliffe. Dit is waarlijk geschiedenis van de longue durée, zoals Ferdinand Braudel het noemde. U leest het goed, we beginnen 11.000 jaar geleden.

Wat fascineert in dit boek door een gerenommeerd archeoloog is het thema van mobiliteit. Natuurlijk, op de lagere school hadden we het over de Grote Volksverhuizing, zo ergens rond 400. Maar dat is niets vergeleken met de enorme bewegingen die de hele geschiedenis door plaatsvonden. Het gaat niet te ver alle geschiedenis een geschiedenis van volksverhuizingen te noemen.

Het begon met de Mesolithische hunter-gatherers die geleidelijk aan naar het noorden optrokken toen het ijs terugtrok, ging verder met de snelle verspreiding van landbouw gemeenschappen die over land en zee westwaarts trokken over de hele breedte van Europa. Ze volgden behoefte aan voedsel, demografische druk en misschien, zeker in de Neolithische ontwikkeling, speculeert Cunliffe, door een drang naar het westen. Want het ging allemaal westwaarts, misschien gefascineerd door de ondergaande zon. De noormannen bereikten zelfs Noord-Amerika voordat onze armetierige Pilgrim Fathers dat deden.

Dit is de geschiedenis van de Europese mensheid, groot geschetst. Ontwikkelingen nemen aanvankelijk een paar eeuwen, onze kennis is beperkt tot archeologische vondsten en doordachte speculatie over wat gebeurt zou kunnen zijn en waarom. Vanaf pakweg 500 BC komen we op bekender terrein, met meer geschreven bronnen, zij het enkel van de culturen die met documenten bezig waren. Herodotus is onmisbaar maar natuurlijk geen objectieve waarnemer, al deed hij pogingen dat te zijn.

Maar wat mij frappeerde in deze geschiedenis van duizenden jaren is dat er altijd grote volksverhuizingen zijn geweest. Dat mensen altijd zochten naar een beter leven, soms simpelweg overleven, soms opgejaagd door oorlog en destructie. So what else is new, en dat is dan weer een revelatie. De hordes vluchtelingen uit de Balkan, uit het Midden Oosten, ze zijn niet anders in hun groepsgedrag dan de enorme aantallen die eerder zich over Europa spreidden, meestal van oost naar west. 

De Europeanen die naar het westen voeren in de vijftiende eeuw om ziekte, terreur en katholicisme naar Amerika te brengen, passen in deze beweging. Net als de miljoenen Europeanen die in de negentiende en twintigste eeuw naar de VS en Canada vertrokken, op zoek naar een beter leven. Wat is er menselijker dan dat?

Onze cultuur van natiestaten, laten we zeggen sinds 1648, creerde grenzen die harder werden. Dat wil niet zeggen dat er niet eerder grenzen waren, natuurlijk probeerden grotere groepen zoals ze later in deze lange geschiedenis ontstonden hun belangen te beschermen (Cunliffe stelt vast dat het einde van de bronstijd, toen ijzer de norm werd, al leidde tot regionale fragmentatie). Maar even zo vaak werden ze opgejaagd, en masse verschoven. De mobiliteit die mensen eigen is, vaak moet zijn om te overleven, is van alle tijden. Archeologen kunnen via DNA vaststellen dat er assimilatie plaatsvond, dat binnentrekkende stammen lokale vrouwen opnamen en een nieuw soort groep opzetten. Niet eens maar duizenden keren.

Als je er zo naar kijkt, zijn de meest recente stromen in Europa niet verrassend. Natuurlijk willen Syriërs en Afghanen hun landen ontvluchten, natuurlijk willen Afrikanen een beter leven waar ze dat in Europa kunnen krijgen. Niemand die ze ongelijk geeft. Maar zoals opname al die millenia niet gemakkelijk ging, zo gaat het dat nu ook niet. Een dergelijk boek biedt, afgezien van een fascinerend verhaal, een relativerend perspectief. Wir haben das schon vorher geschaffen.

Alleen al daarom kan ik het aanbevelen.

De totale mislukking in Afghanistan

In het onvolprezen radio programma Bureau Buitenland werd deze week gepraat over Afghanistan. Ik hoorde dat een deel van de elite rondom de president blij was dat ze verlost waren van Khazildad, de onderhandelaar die namens de regering Trump met de Taliban om de tafel zat. Hij had die elite geïrriteerd omdat hij onderhandelde zonder de regering van Afghanistan aan die tafel uit te nodigen. Er zou opluchting zijn, nu kon de regering weer doen wat ze zelf wilden. De interviewer ging er niet op door, maar wat werd hier werkelijk gezegd? 

Een corrupte, geïsoleerde en grotendeels incompetente regering in Kaboel ziet de Amerikaanse betrokkenheid met vreugde afnemen omdat ze dan niet door lastige onderhandelaars buiten de onderhandelingen gehouden worden, die ze ongetwijfeld zouden traineren. Ze kunnen weer zelfstandig het land verder naar de ondergang leiden. Hoera. Dat was wat de goed geïnformeerde geïnterviewde vertelde als zijn indruk na gesprekken met mensen in Kaboel, eerder in de week.

Er zou paniek zijn in Afghanistan. De rijken proberen te vertrekken. We horen al maanden, al jaren, dat de positie van de vrouw, afgedwongen door de Amerikanen maar botsend met de middeleeuwse sociale structuur van Afghanistan, bedreigd zou worden. Ik twijfel daar niet aan, maar wat moet je met een land dat alleen met hulp van buitenland de binnenlandse barbaren op afstand kan houden? De rijken zullen niet alleen vertrekken, ze hebben al eerder miljarden dollars verkwist en soms ronduit gestolen. Zij hebben niet het hart voor hun eigen land dat nodig is om er een beschaafde natie van te maken.

Twintig jaar sleutelen aan een eigen Afghaans leger heeft evenmin iets opgeleverd. Ik las dat de Taliban beter betalen dan de officiële regering. En dan horen we even niets over de krijgsheren en hun seksuele misdragingen met Afghaanse jongens die onze bondgenoten zijn.

Er wordt gezegd dat het terugtrekken van de Amerikanen zou leiden tot een burgeroorlog. Ik vraag me dan af wat er zich de afgelopen veertig, vijftig jaar heeft afgespeeld. Dit is toch altijd al een burgeroorlog geweest? Een waarin Amerika deelnemer is geworden, aan een van de kanten in deze oorlog.

Ik hoor al jaren wat de Taliban als slagzin hanteert: zij hebben de horloges, wij hebben de tijd. Oftewel, we wachten wel tot jullie er genoeg van hebben. Ze hadden en hebben gelijk. En het was dom van Amerika (en de Kunduz klunzen die hierin meegingen) om te denken dat het anders was. Mensen met lokale belangen, nationalisten, hebben altijd de langste adem. Vraag het Indonesiërs, Vietnamezen. En laten we ook meteen vaststellen dat de door de Amerikanen gesteunde machthebbers vaak corrupt en incompetent zijn (Vietnam en Korea zijn hier ook mooie voorbeelden). Afghanistan heeft twintig jaar lang en 2.000 miljard dollar gehad om het land op te pakken en op weg te sturen. De Afghanen hebben die kans niet gegrepen, of de elites hebben hem verkwanseld. Jammer voor het land, maar hoe lang denken ze eigenlijk dat de rest van de wereld hen overeind wil houden?

In de Financial Times staat vandaag een mooi lang stuk over de vraag of Amerikaans exceptionalisme nog opgeld doet, anno 2021. Een stuk minder dan vroeger, luidt het antwoord, met dank aan Donald Trump – onder meer. Ik herinner me nog dat de Republikeinen probeerden Obama onderuit te halen toen hij zei dat het verstandig was om wat minder arrogant te zijn over het Amerikaanse voorbeeld. De wereld was te klein. Zwarte man die niet bevestigt dat Amerika uniek is, speciaal is, van God gegeven voorbeeldkracht heeft.

De Republikeinen, nu gevangen genomen door Trump, hoor je er niet meer over. Er is niet zoveel aan voorbeeld, de VS is hoogstens exceptioneel stupide. Geen voorbeeld om te volgen. 

Biden heeft de knoop over Afghanistan resoluut doorgehakt. Te hopen valt dat hij erbij blijft en zich niet laat afpersen door de Amerikaanse militaire leiding die weigert toe te geven dat Afghanistan een mislukking was. De Republikeinen zijn niet in een positie om Biden daarover aan te spreken. De harde waarheid is dat de doden in Afghanistan en de vele gewonden (2.800 Amerikaanse doden en meer dan 25.000 militairen die een ledemaat zijn kwijtgeraakt – meer overlevers dan in Vietnam, daardoor meer gehandicapten en dan hebben we het nog niet over de trauma’s.

Afghanistan was een totale mislukking. Schuif het op het bordje van kleine Bush en zijn baas, vicepresident Dick Cheney. Schuif het bij ons op de partijen die Kunduz mogelijk maakten – D66 en Groen Links. Landen die exceptioneel goed zijn bestaan niet. Landen die exceptioneel slecht omspringen met de kansen die ze krijgen, wel. Zie Afghanistan.

Bidens China beleid

Er is de laatste weken veel geschreven over de rivaliteit tussen China en de VS en hoe die zich zal ontwikkelen. Er waren de ‘objectieve’ redenen: de groei van China, de confrontaties in de Chinese Zee, de manier waarop China probeert zijn macht en invloed te spreiden zonder de imperiale macht uit te hangen. Ook veel artikelen trouwens over de kinken in de kabel van het Belt project en de enorme hoeveelheid dubieuze leningen in China zelf.

Er was ook de waarschuwing van een Amerikaanse generaal dat binnen zes jaar een confrontatie met China onvermijdelijk zou zijn over Taiwan. Ik las in de FT een fascinerend artikel hoe die waarschuwing, hoe die zorg, ontstaan was en dat had alles te maken met een verkeerde interpretatie in de orakelpraat van China onder Xi. Die vertelde iets over 2027, maar nadere bestudering en vergelijking met andere documenten, leken meer op 2035 en zelfs 2049 te wijzen. Ik weet niet of u toegang hebt, maar het artikel stond hier.

De schrijfster onderstreept ook wat anderen zeggen: dat China wel gek zou zijn om het op een confrontatie aan te laten komen, zonder zeker te weten of ze die wel kunnen winnen. Waarom zouden ze? Tijd genoeg. Andere specialisten stellen dat China wel schepen en zelfs vliegdekschepen (steeds minder nuttig) kan bouwen, maar niet de ervaring en kennis heeft hoe ermee te werken. Kortom, het blijft zoals ik het eerder formuleerde een soort van schaduwboksen.

Peter Beinart waarschuwde daarentegen in The New York Times dat Bidens confrontatie politiek over Taiwan – zijn omschrijving van het doorbreken van veertig jaar diplomatieke stoelendans, die erop neerkwam dat de VS Taiwan erkenden zonder het te erkennen – levensgevaarlijk is. Hij stelt dat China door zijn nabijheid gemakkelijk militaire kracht kan ontwikkelen, terwijl de VS over grote afstand moet opereren als er iets gebeurt in de Chinese Zee. Dat is natuurlijk waar, maar het betekent niet automatisch dat de VS daardoor op achterstand staat. Mij lijkt Bidens confrontatiebeleid via Taiwan (een voortzetting van Trumpistaans geklungel, nadat de staatsgreeppleger eerst had geprobeerd Xi te lijmen) eigenlijk wel goed. het zet de zaak op scherp, of scherper althans, zodat duidelijker wordt waar de grenzen liggen. Ik weet niet of die wijsheid van Kissinger heb, in zijn On China, maar wat ik weet van de Chinese modus operandi is dat ze proberen hoever ze kunnen gaan, tot waar ze weerstand ontmoeten. Gebeurt dat, dan zijn ze snel weer terug in de oude positie. Het zou pleiten voor een meer George Kennan achtige benadering van containment, soms zelfs push back. Zonder het risico dat het op een grote kladderatsj uitloopt.

In artikelen wordt vaak opgemerkt dat dit niet lijkt op de Koude Oorlog omdat China niet een ideologisch gedreven ander model pusht. Nu denk ik dat vergelijkingen met de Koude Oorlog meer vertroebelen dan duidelijk maken, maar ik zou toch zeggen dat China wel degelijk denkt een ander model in de aanbieding te hebben.

De zwakte van democratieën, onderstreept door de Trump-terreur en de nu voortdurende greep van deze gevaarlijke man op een van de twee partijen in de VS, werkt zeer ten voordele van China. Xi en zijn maten hebben dat goed gezien. De VS is op zijn retour, zoals 9/11, 2008 en Trump bewezen, maar belangrijker is dat het democratische model (nooit ideaal vertegenwoordigd door de VS met zijn structurele racisme en diepe ongelijkheid) op zijn retour is.

Nee, het één partij systeem, Leninistisch als je er een stempel op wilt drukken, is niet een voorbeeld voor de rest van de wereld. Maar een autoritair regime zonder de last van democratische besluitvorming en met een beangstigende afwijking naar de bevoordeling van de leidende klasse die maar al te graag meegaat met de autocraat, is wel degelijk een voorbeeld. Een voorbeeld van daadkracht.

Niet voor de gemiddelde burger, maar proto-fascisten en autoritaire klaplopers als Baudet en Orban, en de partijdictatuur in Polen en Turkije (en dan hebben we het alleen over onze nabijheid – in Zuid Oost Azië zijn te veel voorbeelden van gemankeerde democratieën) ontlenen wel degelijk aanmoediging en vertrouwen in hun kracht aan het Chinese model.

Omdat het niet ideologisch is, kan het zich in heel gevarieerde vormen voordoen. Maar al die vormen zijn anti-democratisch en vijandig aan westerse waarden zoals we ze lang hebben gedefinieerd (Wilders en Baudet hebben daar andere ideeën over). Nee dus, geen Koude Oorlog met ideologisch tegengestelde regimes die elk een zekere aantrekkingskracht hadden, in elk geval in het begin, maar wel degelijk een confrontatie tussen grootmachten die meer is dan dat.

Ook China pusht een model. Door de zwakte van het westen hoeft het niet eens veel werk te verzetten, het pusht zichzelf. Alleen al daarom zou ik voorstander zijn van Bidens beleid van zachte confrontatie. Europa zou ook wel wat meer mogen laten horen – en zien. Uiteindelijk zitten in China miljoenen Oeigoeren in concentratiekampen, is de vrijheid van opinie en uiting beperkt, en de rechtsstaat wat Xi denkt dat de partij ten goede komt. Het blijft belangrijk daarop te wijzen. China is geen ‘normaal’ land. Het is een bedreiging voor onze manier van leven.

Onze oorlogsobsessie herdacht

Morgen is het weer 4 mei, dodenherdenking. Tijd voor gerommel, ruzies en voordringen wie het best de geest van die dag meent te vertegenwoordigen, of er in elk geval zijn stempel op weet te drukken. En wie dat niet mag. Wie sorry zegt en waarvoor.

Het gaat mij allemaal voorbij. Ik herinner me de dodenherdenking toen ik kind was. Alle verkeer stond twee minuten stil. En ook echt stil. En ook echt allemaal. De dodenherdenking op de Waalsdorpervlakte toen we eenmaal televisie hadden.

Maar belangrijker in Eindhoven was 18 september, de dag dat de stad bevrijd was. Vuur werd overgebracht uit Bayeux en op het plein voor het stadhuis, ja juist, het 18 september plein stak de burgemeester de fakkel aan. Door de stad heen stonden door Philips georganiseerde licht-schilderijen, we reden de lichtjesroute. Voor mijn vader had de dag extra gewicht omdat zijn zus tussen twee Canadese tanks was verongelukt.

Geleidelijk aan is dat allemaal weggezakt. 5 mei werd een vrije dag, de dodenherdenking iets dat ver weg gebeurde. Maar alsof ik niet mocht loslaten en in de huidige tijd leven, is er een Tweede Wereldoorlog industrie op gang gekomen die de maand april en begin mei overwoekert. De jaarlijkse Tweede Wereldoorlog uitgave van het Historisch Nieuwsblad – dat trouwens wel elk nummer iets doet met de oorlog. De herhaling van Zwartboek of Soldaat van Oranje.

Wat vertelt het over een land dat het meer dan 75 jaar na dato nog steeds geobsedeerd is met die oorlog? Niet enkel de holocaust of het laat gevonden schuldgevoel dat Nederland niet zonder zonden was. Niet die abstracte ‘vrijheid’ die er tegenaan gegooid wordt. Zelfs niet de concrete vrijheid om, net als de zwarte hemden van FvD en de nieuwste omroep, te verkondigen dat die vrijheid om zeep is gebracht.

Nederland is een gelukkig land zonder veel geschiedenis om te memoreren. Vandaar misschien dat we blijven hangen aan die oorlog, en, meer recent, aan schuldbewust onderzoek van onze politionele acties. Ik laat het slavernij zelfonderzoek maar even buiten beschouwing. Er is vast wel iemand die dat straks ook onder de 4/5 mei herdenkingen kan brengen. Maar die oorlog, dat was tenminste nog eens wat. Alle vragen kwamen aan de orde, al staan die bij de herdenking niet voorop.

Ik herinner me dat mijn moeder zeker wist dat de Nederlandsche Unie van de Quay en consorten een soort verzetsorganisatie was. Niks samenwerking met de bezetter. Zo kon je de Duitsers laten zien dat we democratie serieus namen! Dat de meeste Nederlanders dachten dat de bezetting lang zou duren en het gewone leven zich daarop had ingesteld, daar zie je niet zoveel over. Iedereen zat in het verzet. De oorlog was het belangrijkste, het enige, dat ons in honderd jaar was overkomen. De rest was allemaal een variatie op polderen, zuilen die dansten en uit elkaar vielen en zich hergroepeerden en irrelevant werden. Ik heb mijn buik vol van die oorlog – zeker ook in de literatuur.

Maar goed, morgen gaan de media er weer voor. Het lijkt alsof het iedereen machtig aangrijpt. Ik geloof er niets van.

Ik kan niet helemaal inschatten of ik hier een positie op de flank inneem of dat de meeste Nederlands niet veel geven om dat oorlogsgedoe. De media aandacht zou je doen vermoeden dat ik hier alleen sta. Ik weet het niet. Om me heen merk ik weinig van diepe aandacht voor dit gebeuren. Zou het kunnen dat de herdenkings stoomwals een autonome kracht is geworden, een geval dat maar doorrolt, waar iedereen die er wat mee moet doen aan meedoet zonder er al te veel waarde aan te hechten? Een ritueel?

Verdere debilisering van ons omroepsysteem

Klagen over het Nederlandse omroepsysteem, een belachelijk spinsel dat dateert uit een andere tijd, is verspilde moeite. Toch kan ik het niet laten.

Nadat de Telegraafomroepen WNL en PowNed werden toegevoegd aan een bestel dat zogenaamd niet rechts genoeg was, krijgen we nu twee nieuwe clubjes subsidieteers toegevoegd. Een clubje voor zwarte Nederlanders en een zwart clubje van jaren dertig types. Je hoeft maar 50.000 keer een minimaal bedrag op te halen je kunt zelf ook omroepbons worden. Geef ze eens ongelijk.

Het zal voorlopig niet veranderen want alle plannen tot herzieningen of herbezinning hebben er enkel toe geleid dat de normen voor toetreding tot de trog zijn verlaagd.

Laat ik er over ophouden, ik verwijs naar opinie artikelen die ik vijftien, tien en vijf jaar geleden, ook nog eens bij de vorige ronde, publiceerde, in essentie allemaal hetzelfde voorstellend: laat de kijker meebetalen voor wat hij of zij wil zien. Co-financiering. Wilt u inderdaad 10 Euro doneren aan een omroep, dan krijgt die omroep 10 Euro van de overheid. Dat is hun budget, geen omwegen.

Eens kijken wat we overhouden als mensen echt hun geld moeten gebruiken om te kiezen wat ze zien in plaats van het voorgeschotelde spul kritiekloos te accepteren.

En overigens meen ik dat de Eerste Kamer moet worden afgeschaft.

Het domste land van de wereld, terug aan de top

Ik heb aan het begin van de coronacrisis vaak geschreven over Amerika als het domste land van de wereld. Het land werkte ook hard aan die toppositie met een president die eerst problemen ontkende, ze daarna bagatelliseerde en adviseerde wat bleekwater te nemen. Hij verkeerde in goed gezelschap van Republikeinse gouverneurs die inperkingen vanwege het virus als bedreiging van hun god gegeven vrijheid beschouwden. Een flink aantal van hen, in South Dakota, in Texas en in de oliedomme joodse gemeenschap in New York, ging dood.

Maar de leiding in de competitie is al lang overgenomen door Nederland. Ik fietste gisteren langs de Amstel bij Ouderkerk. Het stikte er van de schuiten vol dronken studenten of in elk geval lui van die leeftijd, hutje mutje deinend op oorsplijtende dreunen. Het Vondelpark, hier om de hoek, was al gesloten, wat niet verhinderde dat drommen samenklonterden op diverse plekken in de stad. Elders in Nederland was het niet veel beter.

Ik wil hier niet ingaan op onze koning en de monarchie. Laat ik zeggen – nee, laat ik er niets over zeggen. Ik had de indruk dat de vrolijke familie in Eindhoven zijn best deed de favoriete familie van het land uit te hangen. De drie prinsesjes, allemaal gezegend met de fysieke trekken van hun vader wat lelijk afstak naast hun moeder, vervulden hun taak. Ze zouden ongetwijfeld liever op de Amstel gedreven hebben, terwijl hun ouders, je zag het, droomden van Griekenland.

Behalve domme inwoners hebben we ook een domme regering. Nou ja, wat wil je met die inwoners? Die stemmen massaal op iemand die niet te vertrouwen is. Ik mag dat zeggen want ik zeg het al tien jaar: Rutte is niet te vertrouwen en heeft de kluit belazerd in maart, waarbij de kluit schuldig is omdat ze zich liet belazeren. We krijgen wat we verdienen.

Nu zitten we ermee. Wouter Koolmees, een technisch ambtenaar die door Pechtold tot volksvertegenwoordiger werd gekroond, had last van kritische kamerleden. Ik kan me dat goed voorstellen. Ik vind het zelfs niet erg dat ze daarover op hun wekelijkse koffieuurtje over klagen in plaats van echte problemen aan te pakken. In een mooi dualistisch stelsel mag je als kamerlid kritisch zijn op je eigen ministers, en mogen de ministers een hekel hebben aan activistische kamerleden.

Daar zit het probleem niet. Het probleem is dat die kamerleden vervolgens opdracht krijgen een toontje lager te zingen van de partijbazen in het kabinet. En het echte, vreselijke probleem, is dat de meesten dat ook doen. Niet de kritische houding is het probleem maar de partijdiscipline en die heeft weer te maken met de selectie van kamerleden – ik geef toe, het is een stokpaardje – door opleidingscommissies, ons kent ons vergaderingen en een voorkeur voor fractiemedewerkers en ambtenaren, zodat ze de baas kunnen ondersteunen.

Het is haast een wonder dat er nog kamerleden halverwege afhaken omdat ze zich hadden voorgesteld eigen meningen te kunnen hebben en nu door hun partij worden gemuilkorfd. Onterecht door de selectie gekomen. Foutje in het proces.

Ooit, in een ander leven, had ik nog de ambitie om iets in de politiek te doen – jazeker, ik droomde groot, kamerlid was niet te gering. Ik kwam tot inkeer toen ik me realiseerde dat ik mezelf dagelijks geweld zou moeten aandoen. Nou ja, de voorwaarde voor acceptatie van fractiediscipline zou me al hebben doen afhaken.

Ik luister altijd graag naar Kee en Van Jole op radio 1. Van Jole is voorspelbaar oppositie, kritisch maar, ik moet het toegeven, to the point en vaak terecht. Kee is helemaal geen analist. Hij is een programmamaker, een booker, die gasten ronselt voor het amusementsprogramma dat bij de publieke omroep voor discussie doorgaat. Kee is voorspelbaar tolerant voor de machthebbers. Altijd begrip, altijd excuses. Ik verafschuw dit soort mensen (altijd meelullen met de macht, ik ken er in Amerika-land ook een paar) maar ik ben wel gefascineerd wat hij nu weer voor clichés produceert.

Zo zitten we zonder regering, of met een regering die eigenlijk weggestuurd had moeten worden maar die gewoon doorgaat. In België deden ze dat, als ik me goed herinner, meer dan 500 dagen. Het grote struikelblok na de verkiezingen is Marc Rutte. Hij ziet dat zelf niet zo, het zal zijn reputatie, such as it is, verder ondermijnen. De zelfzucht, het plucheplakker van de premier en van zijn partij, zijn onbetamelijk en disfunctioneel.

Laten we Rutte zijn record verbeteren, langer premier zijn dan Lubbers, en hem dan dumpen. Misschien is dat zijn enige doel.

Dat domste land, tja. Misschien moeten we het gewoon opgeven. Laat gods virus maar over gods akkers waaien. Dat is wat de burgers willen. Dat is wat Baudet en consorten hen aanpraten. Nu wij op leeftijd allemaal gevaccineerd zijn is het spelletje omgekeerd. Niet langer hoeven mensen van boven de zestig afgezonderd te worden zodat de rest zijn vrijheid kan krijgen. Nu hebben de mensen onder de veertig besloten dat ze vrijheid willen en pakken. Als vers gevaccineerde zeg ik: geef ze die vrijheid. Laat ze hun eigen intelligente oplossing bedenken.

In geen land ter wereld is het terras – voor de jaren zeventig een beperkt fenomeen in Nederland – blijkbaar zo belangrijk als hier. Terras is vrijheid. Zoals de Telegraaf autorijden vereenzelvigt met vrijheid en het heilige recht op vakantie in Spanje, Palma of andere zonbestemmingen niet mag worden aangetast, zo is het terras de afgelopen weken heilig verklaard. Na deze gezellige koningsdag zullen de coronacijfers weer lekker oplopen, zoals ze dat ook deden na de zomervakantie, na de zwarte dinsdagen of hoe die winkelexpedities ook mogen heten, na de sinterklaas en kerst.

Het is tijd om een land de consequenties te laten dragen van zijn onvolwassenheid. Ik zou zeggen: alles open, stuur de regering weg en vertel de wereld dat we het probleem hebben opgelost. Want wij zijn vrij, wij zijn intelligent en wij hebben recht op terras en vakantie. Het domste land van de wereld, we winnen het met vlag en wimpel. De grootste concurrent is India, maar ik denk dat we die wel kunnen pakken.

En voor het overige meen ik dat de Eerste Kamer moet worden afgeschaft.

President Biden: een onderschat man

Honderd dagen zijn een ietwat arbitraire termijn om het beleid van een Amerikaanse president te meten. Franklin Roosevelt deed geweldig veel in die honderd dagen en nog veel meer daarna. Donald Trump richtte enorme schade in in de tweede helft van zijn termijn. 

Met die kanttekening, of wellicht waarschuwing, kunnen we vaststellen dat Joe Biden in elk geval de ambitie heeft om een transformatieve president te zijn. Hij lijkt het meest uit te stralen wat Lyndon Johnson zei toen hij in 1964 en 1965 een einde maakte aan de schandelijke segregatie in Amerika waarbij hij dreigde een grote groep Democratische kiezers kwijt te raken: ik ben niet voor niets president geworden.

Als er ooit een argument was om leidende politici pas op late leeftijd tot een ambt te verheffen, dan is dit het. Biden laat zien dat ervaring relevant is, inclusief het bijstellen van opinies, en dat iemand die, misschien wat ruw gesteld, niets meer te verliezen heeft, kansen zal grijpen die anders blijven liggen. Maar ook dat iemand die in vijftig, zestig jaar politiek alles al eens heeft meegemaakt, kansen ziet die anderen misschien missen.

Ik denk aan Barack Obama, wiens ster steeds minder schittert nu Biden laat zien wat had moeten gebeuren. Dat is een beetje flauw want Obama had niet Trump voor zich, maar hij had wel een meerderheid in Huis en Senaat. Bruggen bouwen is niet waar Biden zich mee bezig houdt.

Hij ramt en gebruikt het momentum, zolang het er is. Eerst 2.000 miljard directe steun, nu rond de 3.500 miljard aan infrastructuur, met een plezierig brede definitie van dat begrip. Een bijbehorend plan voor hogere belastingen waarover de rijke minder dan 1 procent nu alweer lopen te mekkeren, maar wat hard nodig is.

De Republikeinen, op een mooie manier in de greep zittend van Donald Trump, doen er het zwijgen toe. Letterlijk. Je hoort geen woord van structurele kritiek, afgezien van rituele afkeuring van Democraten, laat staan een alternatief programma. Er is één partij die regeert, en er is één partij die zichzelf buitenspel heeft gezet. Gelukkig regeert de juiste partij. Hand uitsteken naar de overkant? Forget it. De hand moet van de Republikeinen komen. Biden heeft gelijk.

Ik heb het niet zo precies geteld, die honderd dagen. Doet er ook niet zoveel toe. Biden smeedt het ijzer nu het heet is, gebruikt het momentum, en zet mensen zoals ik die van hem niets hadden verwacht te kakken. Ik erken deemoedig dat ik hem onderschat heb. Gelukkig maar.