Dom, dom, dom. Nee, Biden wordt geen kandidaat meer.

En nog meer documenten, en nog meer. Ik denk dat het voor president Biden een stuk gemakkelijker is geworden om te besluiten: niet gaan voor een tweede termijn omdat het een authentiek drama zou worden.

Minister van Justitie Garland heeft heel terecht snel een speciale onderzoeker aangewezen om te kijken wat hier aan potentieel strafbare feiten is gepleegd. Hij kon niet anders, voor Trumps verdonkeremaning van documenten deed hij hetzelfde. Maar het is goed dat hij er vaart achter zet.

Hoe stom kun je zijn? Ik moet toegeven, ik kan er met mijn hoofd niet bij. In 2016 liep Hillary’s campagne al op de rotsen door het stupide gebruik van een eigen server voor overheidsdocumenten en haar nog stupidere weglopen van de verantwoordelijkheid ervoor. Ik durf te zeggen dat het haar de verkiezingen kostte, al was het maar omdat de FBI op haar zaak zat. Hillary’s leervermogen was gering.

We hebben dat allemaal kunnen zien gebeuren. We hebben allemaal Trump zien spartelen. En moet ik dan aannemen dat niemand aan Biden heeft gevraagd: heb jij alles wel keurig ingeleverd? Heeft Biden zelf dat niet gevraagd? Dom, dom, dom.

Ik hoef geen artikelen meer te lezen over hoe anders dit geklungel is dan het malafide gedrag van Donald Trump. Het is anders, maar dat maakt het niet minder dom en juist daardoor stuitend. Van iemand als Trump, zonder moreel kompas en enkel bezig met zichzelf en zijn hebbedingetjes (de liefdesbrieven van Kim), verwacht ik niet anders. Het is niet dom, het is precies wat Trump altijd doet. Het is intens slecht, maar geen verrassing.

De zaak Biden mag anders zijn en er zullen nog bladzijden volgeschreven worden over de verschillen en de mate waarin de nationale veiligheid potentieel gecompromitteerd was, het politieke effect zal er niet minder dramatisch om zijn. Bidens pensioen komt rap dichterbij.

Stel u voor. We zijn nog maar net uit de startblokken met een wraakzuchtig egotrippend Republikeins congres dat Hunter Biden gaat onderzoeken. Lees het interessante stuk erover in de NYT. Geen halsmisdaden misschien maar wel politiek gevaarlijk. Nog los van het gevaar van een verslaafde non valeur die zijn vader de vicepresident voor de voeten liep, zitten er voldoende punten in Bidens verhaal om het politiek een probleem te maken.

En dan nu de speciale aanklager voor Bidens documenten. Die zal sneller klaar zijn dan die van Trump, schat ik zo, maar ik vermoed dat ze op dezelfde dag met hun rapport zullen komen. De kans dat Trump vervolgd wordt is opeens een stuk kleiner geworden. Jammer voor hem, hij zou de slachtofferrol maar al te graag op zich nemen.

Het slachtoffer wordt nu Joe Biden, dat wil zeggen, hij gaat geslachtofferd worden op het altaar van Republikeinse wraakzucht. En geef ze eens ongelijk. I gave them a sword, zei Richard Nixon over zijn crimineel gedrag. Biden heeft zichzelf net een strop omgedaan die de komende twee jaar strakker en strakker gaat zitten.

Hopelijk zijn er nu mensen om president Biden heen die hem duidelijk kunnen maken in wat voor mijnenveld hij waadt als hij opgaat voor herverkiezing. Het zou mij niet verbazen als dit de nekslag was, dat hij nu besluit om liever een succesvolle eentermijn president te zijn, dan een loser na één termijn. 

Er moet iets in de machtscocktail in Washington zitten dat mensen domme dingen laat doen – of hen verleidt dingen na te laten die ze wel hadden moeten doen. Totale vervreemding van de echte wereld? Aangeleerde gebreken die je in staat stellen in de politieke arena te overleven? 

Niet doen, Joe. Tweede termijnen zijn zelden succesvol.

Ergens dit voorjaar moet president Biden beslissen of hij wel of niet kandidaat zal zijn voor herverkiezing in 2024. Leunde het denken afgelopen zomer in de richting van niet-kandidaat zijn, na het succes van de congresverkiezingen in november gaat het weer de andere kant op. Bidens populariteit is beperkt, zo’n 43 procent. In deze fase is dat nauwelijks relevant. Campagnes zijn er om duidelijk te maken dat er iets te kiezen valt. Daar valt dus wel mee te werken. Ronald Reagan kwam na de desastreuze congresverkiezingen (voor de Republikeinen) in 1982 terug om in 1984 Walter Mondale af te maken.

Een eerste vaststelling moet zijn dat Biden altijd is onderschat. Ik pleit schuldig, sterker, ik bleef klagen over de man zelfs in een jaar waarin hij substantieel beleid door het congres wist te krijgen. Ook ik moet toegeven dat dit serieus beleid is geweest, maar moet ook vaststellen dat er op het niveau van belastingen, de inkomenskant van de overheidsuitgaven, te weinig is gedaan. Uitgeven is gemakkelijker. Ik had op meer gehoopt en meer verwacht.

Op het terrein van buitenlands beleid is Biden redelijk tot bijzonder succesvol. Hij herstelde het vertrouwen (zo lang als het duurt) in de Amerikaanse bemoeienis met de wereld, deed de strapatsen van Trump (te) snel vergeten. Afghanistan was een blamage, maar die vergeef ik hem. Terugtrekken was onvermijdelijk, zeker nadat Trump in het voorjaar van 2020 een deal had bereikt met de Taliban om dat te doen (wordt nog een leuke uitdaging van het ‘my Kevin’-congres om het Afghanistan beleid te onderzoeken zonder Trump af te vallen). Dat het rommelig zou worden was ook onvermijdelijk. Zo rommelig was niet nodig, dat had anders gekund. Maar het idee dat er veel goeds zou overblijven van de westerse bemoeienis met dat hopeloze land was altijd een dagdroom.

Toen Rusland Oekraïne bedreigde, begin 2022, waarschuwde Biden in alle toonaarden dat een aanval eraan zat te komen. De meeste mensen, ook ondergetekende, vonden dat hij overdreef. Biden had gelijk en, ere wie ere toekomt, hij was geweldig als leider van de vrije wereld in het pareren van Ruslands agressie. Hij werd geholpen door Poetins hoogmoed, maar evenzogoed, het had veel slechter kunnen aflopen. Stel u voor dat de psycho uit Florida in het Witte Huis had gezeten als zijn vriend in Moskou Oekraïne was binnengevallen?

Van Trump heeft Biden overgenomen dat China niet meer op kousenvoeten bekritiseerd moet worden. Nu gaat dat beleid al terug tot Obama en het bewijst dat structureel buitenlands beleid minder per president verandert dan we denken. Maar toch, Biden heeft China de duimschroeven aangezet. Ook in dit geval wordt hij geholpen door de hybris van de Chinese dictator, in al zijn autoritaire almacht niet in staat om van beleidslijn te veranderen zonder chaos te creëren. De strategische uitdaging is duidelijk. De dreiging is duidelijk. En Taiwan is de Oekraïne van de Pacific. Alleen kan de VS (en Europa) niet toestaan dat China die invasie uitvoert. Ik heb de afgelopen maanden over geen enkel ander land dan over Oekraïne zoveel artikelen gelezen als over Taiwan.

Binnenlands heeft Biden, zoals gezegd, veel groot-geld projecten opgezet en klimaatbeleid teruggebracht op de agenda waarvan Trump en zijn fossiele brandstoflobby het hadden verwijdert. Biden zorgde voor extra miljarden voor de IRS, de belastingdienst, om te zorgen dat wat er aan belastingen geheven wordt in de VS ook daadwerkelijk wordt geïnd. De belastingaangiften van de psycho en de onwil en het onvermogen van de IRS om daar zelfs maar een behoorlijke audit van te doen, laten zien hoe hard dit nodig is. Het zegt veel over de Republikeinen dat het eerste dat ze deze week deden het terugdraaien was van die uitgaven. Nou ja, ze probeerden het, de Senaat zal het niet toelaten.

Allemaal mooi en aardig maar waar plaatst het Biden als hij moet afwegen of hij al of niet herkiesbaar moet zijn? De komende twee jaar zal er in het congres weinig te halen zijn voor de Democraten. We mogen hopen dat een paar Supreme Court rechters omvallen, Clarence Thomas voorop, maar die kans is klein met zoveel relatief jonge rechters. Het komend jaar zal het Republikeinse Huis ook proberen Biden met allerlei onderzoeken lastig te vallen. Ik denk dat het niets zinnigs oplevert, maar zoals het Bengazi-festijn Hillary Clinton schaadde, zo zal elk onderzoek de sentimenten van Biden-sceptici versterken.

Bidens leeftijd is een probleem, hoe je het ook wendt of keert. Hij mag hands off zijn, tot op zekere hoogte, maar hij zal tijdens de campagne van 2024 oud blijken en seniorenmomentjes hebben. En simpelweg, on the issue, een tachtiger in het zwaarste ambt van de wereld is niet vertrouwenwekkend.

Het wordt nog belangrijker dan in 2020 wie zijn vp kandidaat zou zijn. Het eventueel dumpen van Harris, die om wat voor redenen dan ook weinig heeft laten zien de afgelopen jaren, zou op zich al problematisch zijn. De suggestie om haar door te schuiven naar het Supreme Court, als er een vacature is, en Pete Buttigieg vp maken, lijkt me luchtfietserij.

Maar over Buttigieg gesproken: als Biden daar maar blijft zitten en zitten, wat gebeurt er dan met Democraten die de leeftijd en de ervaring hebben om een presidentscampagne te runnen? Ze zullen, zoals ook na het debacle van Hillary bleek, niet meer aan de bak komen. Een lost generation. Dat hoeft niet per se erg te zijn maar in die opvolgingskwestie moet je er wel rekening mee houden.

Dat Biden graag tot zijn dood president zou willen blijven, lijkt me te vanzelfsprekend. Maar waarom eigenlijk? Laten we eerst even kijken of herverkiezing wel zo gemakkelijk zal zijn. Als Trump de kandidaat is – ik verwacht dat niet – dan is het een makkie. Maar Biden tegen de 44-jarige DeSantis of het roedel aan andere Republikeinen die klaarstaan om mee te doen? Zeker, we zullen een spektakel zien als die elkaar in de voorverkiezingen allemaal aanvallen en als de psycho zijn vuurbommetjes ontsteekt, maar ik zie Biden nog niet zo gemakkelijk winnen van een niet-Trump. Wie de geschiedenisboeken in wil, en dat wil Biden, kan zich verlies niet permitteren. Het is een ding om een een-termijnpresident te zijn, het is nog heel wat anders om na een termijn te worden afgewezen door de kiezers.

Dat brengt ons op het tweede punt. Waartoe? De kans dat het congres na 2024 volledig in Democratische handen zal zijn, is gering. De consequentie is dat er weinig wetgeving mogelijk is, en zelfs benoemingen zullen lastig zijn (de Senaat wordt een probleem voor de Democraten in 2024 omdat ze het in 2018 zo goed deden), dus die Supreme Court rechters zullen weinig progressief zijn. De geschiedenis leert dat tweede termijn zelden succesverhalen zijn. Zie mijn stuk toen Obama begon aan zijn tweede termijn.

Zet ze maar op een rijtje, presidenten met mooie verkiezingssuccessen maar een weinig imponerende of ronduit desastreuze tweede termijn: FDR, Truman, Nixon, Reagan, Clinton en ja, ook Obama kon in zijn tweede termijn weinig tot stand brengen.

Het risico om als eentermijnpresident te worden weggestuurd is ook niet zo klein als het wel lijkt. Het overkwam Taft, Hoover, Carter, oude Bush en Trump (terwijl Johnson in 1968 zelf op tijd inzag dat het niets zou worden). Calvin Coolidge had in 1928 gemakkelijk kunnen worden herkozen, maar hij zag donderwolken en had er ook weinig zin meer in, en pakte zijn biezen.

Er is een president die het anders deed. James Polk, gekozen in 1844, aangetreden in 1845, verraste de kiezers dat jaar niet enkel door te winnen maar ook door meteen te zeggen dat hij maar één termijn zou dienen. Hij beloofde ook de schatkist op orde brengen, Oregon Territory aan de natie toe te voegen, en Texas op te zullen nemen als staat. Polk begon ook een (succesvolle maar omstreden) oorlog tegen Mexico, een oorlog die veel te maken had met de slavernij in het Zuiden.

Vooral over die oorlog valt wel het een en ander te zeggen, maar van Polk kun je vaststellen dat hij zijn beloftes hield en vervolgens terugtrad. Dat zouden meer presidenten moeten doen. Ik kan me zo een toespraak voorstellen van Joe Biden waarin hij zijn terugtreden aankondigt met een verwijzing naar de verstandige Polk. Ik vrees dat Bidens ambitie en genoegen in de baan (dat overkomt alle presidenten) de overhand zullen hebben en dat hij in de loop van dit voorjaar aankondigt dat we nog niet van hem af zijn. Jammer, zowel voor hem als voor de VS.

De biografie als roman.

Ik ben een liefhebber van biografieën, politiek, cultureel of anderszins. Tegelijk houd ik van wat vaak ‘historische fictie’ wordt genoemd, laten we zeggen de biografie in de vorm van een roman, van fictie. Als het gaat om een serieus persoon kun je als schrijver niet ver afwijken van wat bekend is zonder dat je geloofwaardigheid verliest. Tegelijkertijd kun je lege plekken invullen die in een biografie vaak als ‘Lincoln moet wel …’ of ‘Het is vrijwel zeker dat Lincoln..’.

Ik noem Lincoln, niet alleen omdat ik zelf een biografie over hem schreef – hij liet veel geschrijf na, brieven, toespraken en mensen uit zijn omgeving die over hem schreven, maar geen dagboek of eigen memoires – maar ook omdat een van mijn favoriete beoefenaars van het genre historical fiction, Gore Vidal, een boek over Lincoln schreef. Daarin komt hij zonder serieus bewijs tot de conclusie dat Lincoln depressief was (dat was hij) omdat hij sifylis zou hebben opgelopen. Daaruit leidt Vidal veel af en zoals dat gaat met ‘wat als’, kun je dan een heleboel verschillende afslagen nemen.

Niettemin schreef Vidal een geëngageerd en spannend boek, vol inzichten, over Lincoln. Een van de allerbeste fictiebiografieën die ik ken is Vidals Burr, over Jeffersons vicepresident die door een fout in het systeem in 1800 evenveel kiesmannen haalde als Jefferson, terwijl dat nadrukkelijk niet de bedoeling was. Burr probeerde vier jaar later nog een afscheiding in het westen te bewerkstelligen. Een fascinerend figuur die in zo’n roman een gezicht en een stem kreeg. 

Hillary Mantel bracht een periode in de Engelse geschiedenis – Henry VIII en Thomas Cromwell – die anders vooral een droog historisch verhaal zou zijn. Ik was ook erg verguld met de biografie van De Montaigne, de vader van het essay, door Sarah Bakewell, getiteld How to life: a life of Montaigne in twenty questions and one answer. Zij vond een mooie tussenvariant, want wat schrijf je anders over iemand waarvan we vooral zijn geschriften kennen. En ja, ook de geweldige boeken over Cicero en Rome van Robert Harris vallen in deze categorie.

Ik kom hierop door het lezen van The Magician, de imponerende biografie in romanvorm van Thomas Mann, door Colin Toibin. Lees mijn bespreking ervan op het biografieportaal.

De McCarthy farce is de culminatie van dertig jaar Republikeinse obstructie.

En nog heeft het Amerikaanse Huis van Afgevaardigden geen Speaker. Het is bizar want zonder officiële installatie, waarvoor een Speaker nodig is, bestaat het überhaupt niet, laat staan dat het wetgeving zou kunnen doorvoeren. Nu is dat laatste geen probleem want de Republikeinse Partij heeft obstructie van welk beleid dan ook tot doelstelling verheven.

Kevin McCarthy is meelijwekkend maar hij krijgt wat hij verdient. Het is een man zonder principes, die op 6 januari 2021 Trump veroordeelde en een week later aan zijn voeten lag, speculerend dat de Trumpies hem meer konden bieden dan principes. Juist de radicaal rechtse afgevaardigden zitten hem nu dwars. En, oh ironie, zelfs een oproep van Trump zelf om ‘my Kevin’ te steunen, levert niets op. Maar er is meer aan de hand dan enkel wantrouwen tegen een gladjanus als McCarthy.

Het is een proces dat al lang gaande is. Want hoewel het drama zich van dag tot dag ontrolt, is het belangrijk vast te stellen dat we hier de oogst zien van minstens dertig jaar doelgericht beleid van de Republikeinse Partij (nou ja, langer als je Reagan anti-overheidsevangelie meerekent). Het was immers Newt Gingrich die eind jaren tachtig met een tactiek van verbaal bombardement en het opzij zetten van de normen die een democratie nodig heeft om te functioneren, de Republikeinse Partij de weg wees naar de macht. Hij schold, hij maakte verdacht en hij gebruikte de media om zijn bommetjes te gooien. Media, dat was toen C-Span, een kabelzender die alles uit het Congres uitzond, inclusief Gingrich die ‘s avonds laat tegen een lege kamer stond te oreren (hij zorgde voor een verbod om die leegte te laten zien).

Gingrich maakte naam door de toenmalige Speaker, Jim Wright, in 1989 het politieke graf in te jagen. Wright had zijn boeken laten verkopen om te verhullen dat hij voor speeches meer kreeg dan maximaal was toegestaan. Wright moest aftreden, Gingrich zou in 1995 zelf Speaker worden. Van het beloofde Contract with America werd niets uitgevoerd, Gingrich dumpte zijn echtgenote en onder veel moreel geklaag stortte hij een berg aan vuiligheid over president Clinton (en Hillary): meer had zijn Republikeinse Partij niet te bieden. Ja, een ridicuul impeachmentproces. De kiezers baalden er zo van dat ze de Republikeinen in 1998 afstraften. Het kostte Gingrich zijn Speakerschap.

De omstreden verkiezing van George W. Bush gaf de Republikeinen onverwacht nieuwe macht, al deden ze er weinig constructiefs mee. Dankzij 9/11 hielden ze die macht in 2004, al werd het Republikeinse Congres in 2006 door de kiezers weggejaagd wegens wanpresteren. In 2008 zette kandidaat vicepresident Sarah Palin een schrille toon die school zou maken.

Zodra Barack Obama president werd, met een meerderheid in beide huizen van het Congres, gingen de radicale anti-alles lui weer los. De Tea Party fanatici, die in 2009 een kleine minderheid waren in de Republikeinse Partij, gebruikten de tactieken en toon van Gingrich, gecombineerd met de nieuwe media, om de Republikeinen verder in de obstructiehoek te lokken. Ze maakten het leven van twee Republikeinse Speakers een hel (zo gezien vraag je je af waarom McCarthy in vredesnaam die functie wil).

In 2016 was Donald Trump, zelf een reïncarnatie van Gingrich, het product van de obstructie dat Obama’s tweede termijn kenmerkte. Hoe principeloos de Republikeinse Partij was geworden, bleek toen al zijn tegenstanders in de voorverkiezingen die hem stuk voor stuk hadden veroordeeld als een gevaarlijke roeptoeter of erger, de president na de verkiezingen stevig omarmden. Deze zelfde politici versterkten Trumps leugens over de verkiezingsuitslag van 2020. Geen verrassing dat ze niet vooraan stonden om de staatsgreep op 6 januari te veroordelen.

De rechtsradicalen die nu in opstand komen tegen Kevin McCarthy zijn niet meer enkel Tea Party enthousiasten. Sterker, die lopen nu redelijk in de pas. Nee, de twintig dwarsliggers zijn vooral producten van het Trump tijdperk, politici die hun positie danken aan Trumpistisch grof verbaal geweld, verkiezingsontkenning, samenzweringsnonsens en verheerlijking van geweld in Amerika. Ze zijn vooral bezig met zichzelf. Om een aantal van hen te lijmen heeft McCarthy al concessies gedaan, zoals de belofte aan samenzweringszottin Marjorie Taylor Greene om een belangrijke commissie te mogen leiden.

De twintig dwarsliggers claimen nog meer te willen, zoals het recht om op elk moment een nieuwe leiderschapsverkiezing uit te mogen schrijven. Dat betekent dat ook als McCarthy wel gekozen zou worden, hij per dag getorpedeerd kan worden, en, nodeloos te zeggen, het garandeert dat tweepartijenwetgeving geen kans zou krijgen. Obstructie is hun doel.

We zien hier een symptoom van de Republikeinse ziekte, maar die wordt mede veroorzaakt door de structurele ziekte van het Amerikaanse politieke systeem. We hebben het immers over een partij die slechts een minderheid van Amerika politiek vertegenwoordigt, maar macht uitoefent ver boven zijn kiezersaantallen. Het systeem zet in de Senaat twee senatoren voor elke staat, ongeacht het aantal inwoners. Dat betekent dat met de regels van de filibuster pak weg een kwart van de vertegenwoordigde kiezers alles kan blokkeren. Idem bij de presidentsverkiezingen waar de Republikeinen in de voorbije acht keren zeven keer enkel een minderheid van de kiezers achter zich kregen. Gridlock, structurele stagnatie, is het resultaat.

Uiteindelijk komt er wel een Speaker, maar het wordt iemand zonder gezag, speelbal van twintig obstructionisten, leider van een partij zonder richting in een Congres waar de Democraten de meerderheid in de Senaat hebben, zodat constructieve wetgeving alleen kan in een vorm van samenwerking. Eenmaal geïnstalleerd, zullen de Republikeinen zich storten op Hunter Biden, op de afwikkeling van Afghanistan en op dokter Fauci en het coronabeleid. En niet te vergeten, ze zullen later dit voorjaar weigeren om het schuldplafond van de VS te verhogen, waardoor weer een sluiting van de overheid boven de markt komt te hangen.

Het is beschamend maar meer dan dat. Het levert opnieuw onherstelbare schade op. Zoals de staatsgreep op 6 januari niet weggepoetst kan worden door de uiteindelijke certificering van Bidens presidentschap, zo kan de uitkomst van deze farce rondom McCarthy niet verhullen dat de democratie in Amerika nog steeds in crisis verkeert.

De martelgang van Kevin McCarthy. Enjoy!

Het is een fijn spektakel, ik moet het toegeven. Vandaag is de marteldag voor Kevin McCarthy. Zijn ruggengraat kunnen ze niet breken, die heeft hij niet. 

McCarthy wil Speaker worden. Al jaren. Vorige keer dat hij het wilde, in 2015, was hij zo dom/eerlijk om te erkennen dat de commissie die moest onderzoeken wat voor rol Hillary Clinton als minister van Buitenlandse Zaken had gespeeld toen de ambassade in Libië afbrandde enkel en alleen was opgezet om Clinton schade toe te brengen. Zo gaat dat in de politiek. Iedereen weet het, iedereen ziet het, maar als iemand het zegt dan geef je het spelletje weg. Onverstandig.

McCarthy werd afgeserveerd, Paul Ryan mocht Speaker worden. Het is Ryan niet goed bekomen. Zijn ultrarechtse collega’s, restanten van de Tea Party anti-Obama radicalen, maakten hem het leven zo zuur dat hij met vervroegd pensioen ging. Om in de raad van bestuur van Fox News te gaan zitten. Goed geld, geen principes.

Enfin, McCarthy krijgt nu een tweede kans. Na het debacle van november is de meerderheid van de Republikeinen in het Huis echter zo klein dat niet meer dan vijf afvalligen hem de voet dwars kunnen zetten. Dat geeft de gelegenheid om je stem te verkopen, iets waar politici uitzonderlijk goed in zijn. Of chantage, hen ook niet vreemd. Zo heeft McCarthy om minimale steun te verkrijgen al moeten toestaan dat vijf afgevaardigden voldoende zijn om zijn Speakerschap in de komende twee jaar ter discussie te stellen. Dat zal dus continu gebeuren. En nog was het niet genoeg.

De Tea Party zeloten hebben nu gezelschap gekregen van de Trump-crazies. Marjorie Taylor-Greene, hun aanvoerder, voor wie geen samenzweringsidioterie te ver gaat, wordt voorzitster van een belangrijke commissie, nadat het vorige congres haar uit alle commissies had gegooid vanwege haar onzin uitspraken, inclusief een oproep om Nancy Pelosi te vermoorden. 

Kleine meerderheden zijn lastig voor voorzitters. Het geeft kleine groepjes of individuen meer macht dan ze verdienen. Nog maar eens: Nancy Pelosi had hetzelfde probleem maar wist toch haar wil op te leggen aan haar fractie. Noch Obamacare, noch Bidens ambitieuze programma’s (of wat daarvan overbleef, toch nog behoorlijk wat) zouden er zonder Pelosi doorgekomen zijn. Ik vond dat ze in 2019 met pensioen had moeten gaan, wegens te oud. Ik had het verkeerd. 

Terug naar McCarthy. Op 6 januari verklaarde hij Trump verantwoordelijk voor de staatsgreep die dag. Zelfs op 7 januari deed hij dat. Een week later was hij op het kasteel in Florida om de staatsgreeppleger zijn eeuwige trouw te beloven. Alles om de Trumpies te vriend te houden.

Dat is nu de pracht van deze martelgang. Niemand ziet in McCarthy iemand met principes en menigeen zou hem graag zien verdwijnen, inclusief ondergetekende. Gewoon omdat principeloosheid straf verdient. Maar het is niet gebrek aan principes dat hem opbreekt, het zijn juist die Trumpies die hij probeerde te lijmen die hem dwarszitten. 

Ik denk dat hij het wel redt. Het zou ook wel een blamage zijn als de Republikeinen zo verdeeld blijken dat hun frontrunner in het zand bijt.

Alternatieven bieden overigens weinig soelaas als het om inhoudelijke politiek gaat. Tweede man Steve Scalise is een gedegen rechtse radicaal. Derde vrouw Elise Stepanik is een Trump bekeerlinge.  Prachtig verhaal in de Washington Post hoe een jonge, veelbelovende dame (Harvard, slim, gedreven), zich bekeerde tot de psycho en de plaats in het leiderschapsteam innam van Liz Cheney. Zelf zie ik naar de keuze voor Jim Jordan, een radicaal rechtse houwdegen, Trumps grootste verdediger onder alle omstandigheden, die sowieso al voorzitter wordt van de juridische commissie. Good luck met dit soort lui aan de leiding.

Een van de 222 Republikeinen die vandaag de eed afleggen is George Santos, afgevaardigde voor Long Island. Het is de vraag hoe lang hij afgevaardigde kan blijven want in Brazilië is een strafproces tegen hem opnieuw geopend en in de VS kijkt de openbare aanklager naar zijn financiën. Santos, u heeft het misschien gevolgd, is een fabulist, iemand die zijn hele levensverhaal uit de duim heeft gezogen. De leugens leverden hem een verkiezingsoverwinning op en, eerlijk is eerlijk, de verliezer verdient zijn lot want blijkbaar was er weinig oppo-research gedaan. Santos is een leugenaar, een cv aandikker, iemand zonder principes en zo de perfecte weergave van de gemiddelde Republikein in het Trump tijdperk.

Wie er ook Speaker wordt, het wordt een festijn van stagnatie. Wetgeving kunnen ze aannemen in het Huis, maar de Senaat zal alles tegenhouden. De 6 januari commissie heeft gelukkig alles wat ze heeft nu gepubliceerd, want die wordt ontbonden. Het nieuwe Republikeinse geleide congres gaat Hunter Biden onderzoeken. En de terugtrekking uit Afghanistan, al zullen ze daar snel tegen de deal aanlopen die Trump voorjaar 2020 met de Taliban sloot en die terugtrekking impliceerde. Oh, en het coronabeleid is ook voorwerp van onderzoek. Lekker Fauci roosteren – ook hier kan dat verkeren in een Trump onderzoek. Ik zie ernaar uit.

Over Trump gesproken, zijn teloorgang zal gewoon doorgaan, alle artikelen over zijn greep op pak weg 30 procent van de Republikeinse kiezers ten spijt. En laat ik ook voorspellen dat als 2023 op zijn einde loopt, het me zou verrassen als Ron DeSantis de Republikeinse frontrunner is.

Ps. Ik ben nog het hele rapport van de commissie aan het lezen. Een flink boekwerk, maar ik kom er nog op terug.

Hoe de 6 januari commissie te werk ging.

Dit was het jaar van de deconfiture van Donald Trump, ruim te laat maar evenzogoed welkom. Zijn supporters en meelopers, inclusief politici die zelf president willen worden, hebben, zoals dat heet, ‘egg on their faces’. Niet dat ze het zo zien. Marco Rubio, ooit een respectabel presidentskandidaat, weigert naar het rapport van 6 januari commissie te kijken omdat het partijdig zou zijn. Het zegt alles over Rubio dat u moet weten.

Een ander ‘slachtoffer’ van het werk van de commissie was de verwerpelijke senator Josh Hawley van Missouri. Dat was de man die met gebald vuistje de Trump-idioten aanmoedigde voordat ze hem op de vlucht joegen. De commissie kwam met mooi beeld dat Hawley liet rennen door gang, terwijl de terroristen nabij kwamen. Het was een kort beeldje. De regie van de commissie liet het nog eens zien, maar nu vertraagd. Exit Hawley als presidentskandidaat. Are you running, Senator Hawley? Ja, kijk maar.

Als u tijd over hebt dezer dagen, of eens wat anders wilt, lees dan het uitstekende artikel in het New York Times Magazine dat de inner workings van de 6 januari commissie beschrijft. Fascinerend en educatief. Hoe macht werkt, hoe je je zin krijgt, hoe je anderen meekrijgt, hoe je belangrijk materiaal zo presenteert dat je boodschap goed overkomt.

Klik hier.

En prettige dagen gewenst.

Uitstekende biografie van J. Edgar Hoover, de legendarische baas van de FBI.

Een goede biografie plaatst het onderwerp van studie in zijn of haar tijd en verschaft inzicht in diens handelen en denken in die context. Een heel goede biografie schudt daarnaast het gevestigde denken op en werpt een nieuw, verhelderend licht over het onderwerp, en is uiteraard ook geweldig geschreven. Zo’n biografie is G-Man. In het standaardverhaal van de twintigste eeuw is J. Edgar Hoover, liefst 48 jaar (en acht presidenten) directeur van de FBI, het Amerikaanse bureau voor onderzoek van binnenlandse criminaliteit, de kwade genius. G-Man biedt een genuanceerder beeld, al worden de excessen van Hoovers optreden er niet minder extreem door.

….. de rest van mijn bespreking van de biografie van J. Edgar Hoover staat op het biografieportaal.

De 6 januari commissie was onmisbaar.

‘Unfit for any office’. Liz Cheney draaide er niet omheen in de laatste sessie van de 6 januari commissie. De commissie vervulde zijn opdracht in de laatste dagen van het huidige parlement. Op 3 januari begint een nieuwe sessie waarin de Republikeinen de meerderheid in het Huis hebben en elk onderzoek naar Trumps staatsgreep de nek omdraaien. Mooi dat het op tijd klaar is.

Na de sessies van het afgelopen half jaar zijn de conclusies van de commissie niet verrassend. Het is goed dat ze er ook gevolgtrekkingen aan verbinden, namelijk het aanbevelen dat de misdadiger, die man in Florida, daadwerkelijk wordt vervolgd. Volgens de Wall Street Journal, die Trump verwerpt maar nooit iets goeds over Democraten kan schrijven, is dat niet meer dan ‘een inter office memo’. Van het Congres naar het ministerie van Justitie.

Dat is het en dat is alles wat het Congres kan doen. De minister van Justitie heeft al een onafhankelijke onderzoeker aangewezen om uit te zoeken of daadwerkelijke aanklachten gerechtvaardigd zijn. Het zou mooi zijn als het in elk geval tot officiële aanklachten kwam. Richard Nixon, de vorige crimineel in het Witte Huis, kwam er te gemakkelijk vanaf. Of het land gediend is met een proces hangt af, denk ik, van de mate waarin die onderzoeker in staat is de aanklachten eenvoudig te bewijzen. De 6 januari commissie heeft daarvoor goed materiaal aangedragen.

Gaat de Republikeinse Partij van opportunisten en kwezels nu echt afstand nemen van de staatsgreep pleger? Onwaarschijnlijk. Ze hadden het lef moeten hebben op 7 januari dan hadden ze het land en het politieke systeem de schade van de Big Lie kunnen besparen. Nu wachten ze gewoon tot Trump zichzelf buitenspel zet. Zelfs onder de huidige omstandigheden, met racisten en antisemieten op lunchbezoek durven ze nog niet tot echte uitspraken te komen.

Het is te gemakkelijk om nu te zeggen, net als in 1974: het systeem heeft gewerkt. Daarvoor is het systeem te kwetsbaar en te afhankelijk van moedige mensen als Liz Cheney en Adam Kinzinger. Ze zijn door hun eigen partij eruit gegooid omdat ze openheid van zaken wilden en dat zou voldoende moeten zeggen over deze Republikeinse Partij.

Conservatieve columnisten van de serieuze kranten monkelen over hun altijd al anti-Trump zijn en de vraag of de Republikeinse Partij weer gewoon de conservatieve, antibelasting, anti overheidspartij worden die hij vroeger was. Het probleem is dat we met een ontwikkeling van veertig jaar zitten. Ronald Reagan legde de bijl aan de wortel van de Amerikaans samenleving met praatjes over lage belastingen en automatische groei die de Wall Street Journal nog steeds verkondigt. Inmiddels zijn de inkomensverschillen extreem geworden.

De toon van de Republikeinen, al krassend sinds Nixons turn to the south, is sinds Newt Gingrich onverteerbaar ongeciviliseerd geworden. Het is daar dat de Republikeinen een verkeerde afslag namen. Mensen als McConnell en McCarthy zijn producten van deze partij. Ze claimen er ongelukkig mee te zijn (soms) maar ze hebben er niets aan gedaan en er stevig aan bijgedragen dat Amerika als los zand aan elkaar hangt.

Het is een mooie afsluiting van een jaar waarin de Democraten een onverwachte comeback maakten, of beter gezegd (want zoveel krediet verdienen de Democratische politici niet), de kiezers de Republikeinen de rekening presenteerden. Zoals ik eerder al vaak heb geschreven, Trump als persoon zal in 2024 geen factor meer zijn. Dat wil niet zeggen dat zijn politieke invloed niet door zal sijpelen. Ik zie bijvoorbeeld uit naar Trumps uithalen richting DeSantis. Niets beter dan de ene gevaarlijke gek in Florida de andere gevaarlijke politicus onderuit te zien halen.

Maar wat we niet hebben gezien is de vormgeving van een serieuze Democratische agenda om de macht in het Witte Huis te behouden en in een moeilijk senaatsjaar (2024) het congres te heroveren. Het is mogelijk dat een agenda pas komt met de kandidaten. Zo is het vaak gegaan. Het moet een agenda zijn die de Democraten niet ophangt aan de Sanders discipelen. Hun idealen zijn mooi maar electoraal dood in de pot.

Om kandidaten met agenda’s te krijgen moet er een opening zijn. Die kandidaten moeten zich kunnen ontwikkelen, kunnen profileren en presenteren aan het publiek. Het eerste vereiste daarvoor is de aankondigde van de bejaarde president in het Witte Huis dat hij niet in de markt is voor herverkiezingen. Ik kan niet goed inschatten of hij beseft wat het probleem is voor hemzelf, nu Trump als factor aanzienlijk minder kracht heeft. Biden dankt zijn presidentschap aan Trump. Wat mij betreft verlaten ze gezamenlijk het politieke toneel.

En weer sneuvelde een Trump paladijn. Maar het is te vroeg om Amerika gered te verklaren.

En verder zinkt die man in Florida die zich kandidaat verklaarde voor de presidentsverkiezingen van 2024. Zijn kandidaat in de run off in Georgia, goed voor de laatste nog open senaatszetel in Washington, verloor kansloos van de zittende senator Raphael Warnock. Let wel, dit is dezelfde staat die op 8 november de Republikeinse gouverneur Kemp en de secretary of state Brad Raffensperger met ruime meerderheden herkoos. Beide heren hadden zich, credit where credit is due, niet door de psycho laten intimideren toen hij probeerde de verkiezingsuitslag te veranderen.

Gisteren werd ook bekend dat de Trump Organization in New York is veroordeeld wegens belastingfraude. Er loopt nog een civiele zaak door de openbare aanklager van de staat tegen Trump en zijn trawanten, de kans is groot dat hij met een veroordeling aan zijn broek geen zaken meer mag doen in New York. Een vierdubbele loser die nu ook van rechtszaak naar rechtszaak hobbelt.

De Murdoch kranten, van de Wall Street Journal tot de New York Post, en nu ook Fox News, hebben al afstand genomen van Trump. Alleen ietwat verblinde analisten voor wie Trump een broodwinning was, houden nog vol dat deze man een serieuze kans heeft om nog ooit het presidentschap te winnen.

Je moet medelijden hebben met die arme Walker, de man wist niet wat hem overkwam. Een schuinsmarcheerder van het niveau van Trump zelf, zij het met een geschiedenis van partners die hij naar de abortuskliniek joeg, een waardeloze vader, een joker die eigenlijk in Texas bleek te wonen. De topatleet bleek misschien wat al te vaak football te hebben gespeeld, gegeven de onzin die hij uitkraamde tijdens de campagne.

Wat zeg ik, medelijden? De man kreeg wat hij verdiende toen hij dacht dat Trump hem wel zou helpen om ver boven zijn capaciteiten te reiken. Dat had Trump zelf immers ook gedaan.

Het was onbetaalbaar om Mitch McConnell te zien schrompelen naarmate het duidelijker werd dat zijn opportunistische steun voor Trump niet de positie van meerderheidsleider opleverde. De familie van tijdens de staatsgreep overleden politiemensen weigerden McConnell en de zielloze Kevin McCarthy bij een herdenkingsceremonie de hand te schudden (kijk hier). En terecht.

Kevin McCarthy zal het nog moeilijk hebben om zijn Speakersverkiezing voor elkaar te krijgen. Er werd zelfs gepraat over steun zoeken bij Democraten, die dan allerlei eisen zouden kunnen stellen. Dat is onwaarschijnlijk omdat dan nog veel meer Republikeinen zich zouden afkeren van deze Trump hielenlikker.

We komen in een nieuwe fase. De aanval op het democratisch systeem is afgeslagen. Daar moeten we niet al te optimistisch over zijn want de krachten die die aanval bijna een succes maakten, zijn nog steeds aanwezig. Zie McConnell en McCarthy. De greep van Trump op de Republikeinen is nu eindelijk verzwakt, maar het is goed om te zien dat dit gezond-verstand-twee-jaar-te-laat een flink prijskaartje draagt.

De Republikeinse Partij staat in zijn hemd, heeft geen programma en geen geloofwaardige mensen op topposities. Ik verwacht dat ze tijdens voorverkiezingen zullen proberen wat geloofwaardigheid terug te winnen met serieuze lui. Het zou zelfs kunnen dat ze de schade snel weten weg te werken. Amerika blijft verdeeld en de kiezer blijft gemakkelijk manipuleerbaar. Des te noodzakelijker is het dat de Democraten met goede alternatieven komen. En Joe Biden met welverdiend pensioen gaat.

Een nieuwe volgorde bij de voorverkiezingen van 2024. Eindelijk.

Het lijkt erop dat de bekendste voorverkiezingen voor de presidentiële nominatie in 2024 niet in Iowa en New Hamsphire gaan plaatsvinden. Althans niet bij de Democraten. Onder luide protesten van beide staten praatte het Democratic National Committee (DNC) deze week over een verandering die ertoe moeten leiden dat South Carolina begint op 3 februari, gevolgd door New Hampshire en Nevada op 6 februari, Georgia op 13 februari en Michigan op 27 februari. Vergeet Iowa. (Wie diep wil lezen, ga naar Politico)

Het idee is dat zo een spreiding over het land plaatsvindt maar vooral ook een betere afspiegeling van het electoraat. In Iowa zijn de arbeiders immers dun gezaaid en dat geldt ook voor New Hampshire, terwijl beide staten onevenredig blank zijn. De Republikeinen hebben Iowa en New Hampshire al als eerste staten aangewezen, maar staan open voor Michigan in het vervolg. Het kan allerlei coördinatieproblemen opleveren: staten hebben niet graag twee dagen van verkiezingsorganisatie.

Om te zien waar we vandaan komen, moeten we terug naar 1970, het jaar dat het huidige systeem van voorverkiezingen voor de presidentskandidaten in Amerika werd ingevoerd. Het werd door de Democraten geëntameerd nadat in 1968 hun kandidaat Hubert Humphrey de nominatie won zonder ook maar één voorverkiezing te winnen. De kandidaten die dat wel deden, Eugene McCarthy en Robert Kennedy, kwamen er op de conventie in Chicago niet aan te pas. Kennedy had McCarthy de pas afgesneden en was daarna zelf vermoord. Op die afgrijselijke conventie in de stad van de knuppelende politie, opgejuind door burgemeester Daley, bleek dat de macht van de partijbaronnen gebroken moest worden.

In reactie daarop werd een systeem van voorverkiezingen opgezet dat de kiezer het laatste woord gaf. Het was niet zo dat er tevoren geen voorverkiezingen waren – John F. Kennedy won er een in West Virginia, ten bewijze van de verkiesbaarheid van een katholiek – maar de meeste gedelegeerden die op de conventie de dienst uitmaakten waren partijbonzen of mensen die gecontroleerd werden door hun gouverneur. Bij de conventies van 1964 en 1968 waren er ook problemen met afgevaardigden die door de racisten in hun meestal zuidelijke staat monddood gemaakt werden.

Na de chaotische conventie in 1968 zetten de Democraten een commissie op geleid door senator George McGovern die aanbevelingen eed hoe het systeem zo te veranderen dat meer kiezers zouden opkomen en die kiezers ook meer te zeggen hadden. De burgers kregen het voor het zeggen in een mengeling van caucuses, partijbijeenkomsten waar de kiezers in persoon naar toe moesten, en gewone voorverkiezingen. De Republikeinen treuzelden maar gingen mee met de veranderingen, al hanteerden zij de regel dat de winnaar in een staat alle gedelegeerden kreeg, zelfs als hij geen meerderheid haalde.

Senator George McGovern was de eerste die het systeem gebruikte om in 1972 de presidentskandidaat te worden. In 1976 zag een onbekende gouverneur van Georgia de mogelijkheden. Jimmy Carter liep stad en land af, en vooral Iowa en New Hampshire, de twee eerste staten die wat beslisten, om lokale steun te verwerven. Hij won de nominatie en in november 1976 ook het presidentschap. Via voorverkiezingen had gouverneur Ronald Reagan van Californië bijna zittend president Gerald Ford onderuit gehaald.

Het systeem is op allerlei punten aangepast, onder meer door Super Tuesdaysin te lassen waarop verscheidene staten tegelijkertijd kiezen. In de 21ste eeuw werd ook weer een systeem ingevoerd waarbij de partijbonzen een flink deel van de gedelegeerden mochten benoemen. Het hielp Hillary Clinton in 2008 niet, in 2016 wel. Bernie Sanders werd niet moe te klagen dat het establishment van de partij hem de voet had dwarsgezet (niet geheel onterecht, overigens).

De wens van Iowa en New Hamphire om de rol van voortrekkers te spelen (en de bijbehorende status en aandacht – zie mijn wat ouder artikel: New Hampshire, een keer in de vier jaar wereldberoemd) is begrijpelijk. Maar het is goed om het huidige systeem eens flink overhoop te gooien.

Lang verhaal kort: Iowa, een staat met een caucus, een vorm die vereist dat je goed georganiseerd bent en bereid bent busladingen studenten aan te voeren om de zaak op poten te krijgen, werd de eerste staat die een schifting in het veld aanbracht. De Republikeinen doen geen caucusen, maar hebben wel voorverkiezingen, meestal op dezelfde dag dat de Democraten kiezen. Zo negeerde Ronald Reagan in 1980 Iowa, vertrouwend op een overwinning in New Hampshire. Oude Bush won in Iowa en dacht een flinke stap in de richting van de nominatie te hebben gezet, maar werd door Reagan in New Hampshire geblokt.

Talloze kandidaten, vooral bij de Democraten, die in Iowa wonnen bleken geen blijvertjes. Dat geldt ook voor New Hampshire. In 1984 versloeg Gary Hart daar Walter Mondale, een uitdaging neerleggend voor het establishment. In 1992 won de voorloper van Donald Trump, Pat Buchanan, in New Hamsphire. In 2008 won Barack Obama in Iowa en besloten de kiezers dat Hillary Clinton nog een kans verdiende. En, inmiddels vergeten, in 2016 won Ted Cruz nog in Iowa met dank aan de Heer. In 2020 verloor Joe Biden zowel Iowa als New Hampshire.

Overigens kunnen de Republikeinen gewoon hun eigen keuzes maken, al zijn ze wel afhankelijk van de bereidheid van staten om een verkiezingscircus op te tuigen. In 2012 haalden beide partijen hun voorverkiezing in Florida naar eind januari. De Republikeinen hadden tot voor kort een systeem van winner takes all waardoor iemand die overal kleine overwinningen opeen stapelt de nominatie kan krijgen met iets meer dan dertig procent van de uitgebrachte stemmen. John McCain deed dat in 2008 en troefde zo Mitt Romney af, die meer kans gehad zou hebben om Obama af te stoppen. Het hielp ook Trump in 2016 de andere kandidaten vroeg weg te jagen.

Voor de Democraten levert Iowa inmiddels een probleem op. Het is een staat die blank is en vooral platteland, allesbehalve representatief voor het land en evenmin voor de partij. Het electoraat neemt graag een gokje met nieuwe kandidaten. In 2020 had Joe Biden het nakijken, hij moest de schade herstellen in de derde staat van de reeks, South Carolina. Ook New Hampshire is problematisch. Het is een relatief conservatieve Republikeinse staat, de Democratische kiezers zijn ook hier niet representatief.

Toen Iowa in 2020 ook nog eens een zootje maakten van het telsysteem in de gecompliceerde caucusopzet waardoor de uitslag dagen op zich liet wachten, hadden veel Democraten er genoeg van, ook al omdat Iowa in de uiteindelijke verkiezingen een diep rode staat is geworden. De roep om het veranderen van de volgorde van staten bij de voorverkiezingen, met name het terughalen van Iowa en New Hamsphire als ver vooruitlopende staten.

Beide staten hebben met hand en tand hun belangrijke positie verdedigd maar het lijkt erop dat ze dit gevecht gaan verliezen. Dat heeft deels te maken met bovenstaande lang levende bezwaren tegen deze twee frontrunners maar ook met de wens van president Biden om South Carolina de rol van eerste staat in de voorverkiezingsreeks te geven. Biden won daar in 2020 nadat hij in Iowas en New Hampshire mager had gescoord. En ontegenzeggelijk is deze zuidelijke staat met een flinke zwarte gemeenschap stukken representatiever.

Beter nog is Michigan, omdat daar de balans tussen verschillende kiezersgroepen evenwichtiger is. Het is ook een staat met een flinke industriebasis en een stad die daarbij hoort, Detroit. Dat een van de mogelijke kandidaten in 2024, gouverneur Gretchen Whitmer, er vandaan komt, lijkt geen overweldigende rol te spelen.

Terwijl het een goede zaak is dat Iowa en New Hamsphire hun prominente rol kwijtraken, is een kritische noot nodig over de manier waarop president Biden probeert het systeem naar zijn ideeën (lees belangen) in te richten. Biden die net 80 is geworden, beloofde een brug naar een toekomstige generatie te worden. De enige manier om dat te doen is van het toneel verdwijnen. Hillary Clinton joeg al een toekomstige generatie weg door langer te blijven dan ze welkom was (never mind Trump in het zadel te helpen), deze oude man moet niet hetzelfde doen.

De conclusie moet zijn dat terwijl het noodzakelijk is dat het systeem van de voorverkiezingen beter gaat voldoen aan wat het moet doen, namelijk een serieuze, kansrijke kandidaat voor de nominatie opleveren, in een open, eerlijk en beslissend debat, deze vereisten voor een goed verkiezingssysteem worden doorkruist als Biden zelf kandidaat is. Erger nog, los van een generatie die weer in de kou staat (veel prominente gouverneurs), het zou de Democraten een nederlaag opleveren. De Republikein die tegenover de Democraat staat in 2024 zal niet Trump heten. Biden kan dan alleen maar verliezen en dan verliezen we allemaal.

Persoonlijk zie ik uit naar mooie voorverkiezingen zonder de dominante, verspillende rol van Iowa en New Hampshire, met een veelheid aan kandidaten. En nooit meer gedoe over ethanol, een onderwerp waar niemand wat om geeft, en geen corn dogs meer op de Iowa State Fair.