Booth. A novel. Door Karen Joy Fowler. New York, 2022. ISBN: 978059333149.
John Wilkes Booth was een acteur van enige faam, deel van een familie van acteurs. Vader Junius Booth was de beroemdste Shakespeare-vertolker van zijn tijd, diens zoon Edwin idem, zij het in een andere tijd en ook met een andere stijl: bombast tegenover wat naturel werd genoemd. Edwins broer John was niet van hun niveau. Maar hij zou van hen allen de beroemdste worden in zijn rol als moordenaar van president Abraham Lincoln op 14 april 1865.
Karen Joy Fowler erkent in het nawoord van haar boek over deze disfunctionele familie dat John toch al beroemder is dan hij verdient en dat ze daarom niet een boek over hem wilde schrijven. Ze schreef het boek over de familie die John Wilkes Booth als product opleverde. Of misschien niet, want disfunctioneel als de familie was, met in alle aspecten van het leven theatrale trekjes, John was afwijkend genoeg om niet helemaal door de rest van het stel verklaard te kunnen worden.
De crux van de familie is dat ze leefde in Maryland, een staat met slavernij en in veel aspecten een zuidelijke staat, maar in de Burgeroorlog zich niet afscheidend. Een cruciale staat, want had Maryland zich wel afgescheiden dan was Washington DC geïsoleerd komen te liggen. De familie had een zwart gezin voor zich werken, feitelijk als slaven. Hun kinderen konden pas in de loop van de jaren vrijgekocht worden. De Booths waren geen plantagehouders die zwarten onderdrukten, kochten en verkochten, maar kleine slavenhouders, zoals er veel waren – ook in het noorden. In de tweeslachtigheid die een staat als Maryland kenmerkte, kon John Wilkes een Lincoln-hater worden, terwijl de rest van de familie merendeels op noordelijke hand was of Lincoln bewonderde.
Joy Fowler bouwt het verhaal op via het leven van vader Booth, vaker afwezig dan thuis bij zijn gezin. Een drinker die soms zijn voorstelling niet kon afmaken omdat hij te dronken was om zijn tekst te kunnen houden. Zoon Edwin werd bij hem gestald als bewaker, wat tot diens frustratie leidde en overigens ook tot dezelfde soort dronkenschap en wanprestatie.
Het verhaal van Junius Booth wordt verteld vanuit het perspectief van dochters dochters Rosalie en Asia, tien jaar jonger, geven de mogelijkheid veel te vertellen over de verhouding tussen de broers en de zussen. Sowieso waren de vrouwen de spil van het huishouden, met de moeder als getormenteerde overlever, die vier kinderen ten grave moest dragen en mede daardoor hing aan kleine John. In Joy Fowlers verhaal observeren en beoordelen de zussen. Als Edwin de derde hoofdpersoon is, is er sprake van een verteller die zijn wedervaren optekent. Zeker in de tweede helft van het boek speelt Edwin een hoofdrol. Omdat hij het geld binnenbrengt, gaat het gezin om hem draaien – of althans om de plek waar hij zijn moeder kan onderbrengen.
Een dergelijk boek zit vol, bomvol. John speelt een ondergeschikte rol, hij wordt pas na een kwart van het boek geboren. Maar in de tweede helft van het boek doet Joy Fowler haar best om toe te werken naar de daad waarvan je steeds weet dat die komt. Ja, hij was altijd al wreed, speelde met wapens, opvliegend en wie keek er uiteindelijk van op dat hij zich aan de kant van het Zuiden schaarde toen het op kiezen aankwam? Slavernij als onderwerp blijft onderbelicht. Het is een familieverhaal waarvoor je de afloop niet echt nodig had.
Sterker, het is vooral een verhaal over acteurs in het midden van de negentiende eeuw, toen zij de belangrijkste entertainers waren. Ze concurreerden met elkaar, strijdend om de pluim als beste. De vader, Junius Booth, door de vertellers Father genoemd, was de ster van zijn tijd. Het boek is het best als het gaat over de theatersfeer, de acteurs die Shakespeare van voor naar achter kenden, de rollen stante pede op zich nemen als dat nodig was of als het programma variatie nodig had. Zoon Edwin draaide honderden voorstellingen van Hamlet in New York, zoals tegenwoordig musicals eindeloos doordraaien. Hij geldt tegenwoordig als belangrijker acteur dan zijn vader.
Een deel van het boek speelt zich af in Californië waar door de goldrush vraag ontstond naar ontspanning en dus theater. Een van de zonen, Junius, slaat er permanent zijn tenten op, vader Junius maakt er een tour, begeleid door Edwin die hem van de fles af moet houden. Vader was ook een bigamist en als zijn eerste vrouw opduikt wordt de penibele situatie van de Booths, permanent op de rand van serieuze armoede, nog erger. Vader sterft op de terugweg uit Californië, daarmee Edwin, die hem had laten gaan om zelf succes te boeken in die staat, een schuldcomplex bezorgend.
De schrijfster is genomineerd voor de Booker Prize, maar als het aan mij lag gaat die niet naar dit boek. Het is goed maar niet bijzonder, naar mijn smaak. Joy Fowler beschrijft mooi het leven in die tijd, met veel detail – soms misschien wat al te opzichtig geresearched. Maar ook veel rare verwijzingen naar later, en dooddoeners als ‘change is hard’. Ook veel clichematig taalgebruik. Transities als ‘now it’s 1846’, en stukjes over Lincoln om hem in hetzelfde tijdgewricht te plaatsen maar zonder dat hij een rol speelt in het verhaal, behalve als slachtoffer van John. In de familie speelt Lincoln überhaupt geen rol totdat hij de vijand wordt van het Zuiden en van John die zich daarmee vereenzelvigt. De conflicten tussen Edwin en John, inclusief de opgewonden passie van de laatste, over de Confederatie en over Lincoln lijken op de familietragedies die zich afspelen rondom Donald Trump. Liever niet over praten. Maar John kon zich niet inhouden.
In het naschrift schrijft Joy Fowler dat ze niet nog meer aandacht wilde geven aan John Wilkes Booth die zijn leven lang zocht naar een hoofdrol. En dat ze was geïnspireerd door de vele massamoorden in de VS. Hoe verging het die familie, vroeg ze zich af? Hoewel ik het pas na lezing van de rest van het boek las, voelde ik me ietwat bekocht. Ik word het boek ingelokt omdat John Wilkes Booth zo beroemd is, maar het gaat niet over hem. En het gaat al helemaal niet over hoe de familie omgaat met de moordenaar die ze heeft voortgebracht, afgezien van de tien laatste pagina’s die weglopen in nietszeggendheid, Het gaat over de familie voordat John een monster blijkt. Meer ‘We need to talk about John’ dan ‘hoe John ons leven voorgoed veranderde’.
Karen Jay Fowler is op 15 september te gast bij het John Adams Institute.