In juni 2015 werd Julia Hampe, een Amerikaanse die net was aangesteld als hoogste vrouw bij Toyota, in Tokio gearresteerd omdat ze tabletten oxycodone had laten opsturen, een pijnstiller die je in Japan niet zomaar mocht importeren. Eerder dat jaar was in Japan een andere Amerikaanse gearresteerd voor het laten bezorgen van amfetaminemedicatie voor ADHD. Het was een topje van de ijsberg aan verslaafden. Het was ook een schok. Dit waren geen arme gebruikers, uit op een roes om alles te vergeten, maar hoogopgeleide, succesvolle Amerikanen met een verslaving. Inmiddels weten we dat een opiatencrisis Amerika in de greep heeft. Ruim zes miljoen Amerikanen zijn verslaafd aan pijnstillers, heroïne en uit China afkomstige synthetische drugs, samengevat onder de naam opiaten.
Amerikanen hebben altijd al hun genotmiddelen gekoesterd. Van de morfine tijdens de Burgeroorlog tot de cocaïne aan het einde van de negentiende en in de laattwintigste eeuw, van de alcohol- en nicotineverslaving tot de crack-explosie, van crystal meth tot pijnstillers: er waren altijd genotzoekers. Misschien is het een onvermijdelijk bijverschijnsel van een harde samenleving, waar falen je eigen schuld is en het wegduiken in een roes een veel te normale erkenning is van je disfunctioneren.
De link tussen drugs en misdaad is sterk, vaak uit goedbedoelde pogingen misbruik aan banden te leggen. Zo leidde de drooglegging, het totale verbod op alcohol tussen 1919 en 1933, tot massale wetsovertreding en enorme groei van de georganiseerde misdaad. De war on drugs die Richard Nixon startte, werd een totale flop. De criminalisering van marihuana, een drug die op elke universiteitscampus gemakkelijk verkrijgbaar was, leidde enkel tot onzinnige gevangenisstraffen. De illegale teelt ervan door gewezen hippies leidde tot gevaarlijke wildwesttoestanden in de heuvels van Noord-Californië. Crack zorgde in de jaren tachtig voor oorlog in de grote steden.
Het erkennen van verslaving als een gezondheids- in plaats van een criminaliteitsprobleem bleef altijd moeilijk in een samenleving die de publieke normen hoog wil houden. De laatste jaren hebben veel staten marihuana geaccepteerd als legale drug, al probeert de regering-Trump daartegen nu weer barrières op te werpen.
Begin jaren tachtig veroorzaakte de crackepidemie enorme schade in de zwarte gemeenschap. Deze supergoedkope, superverslavende drug brak gezinnen op, vernietigde hele buurten en leidde tot dagelijks geweld in de armste buurten. In de eenentwintigste eeuw is het de blanke gemeenschap die lijdt onder een drugsepidemie. Eerst alleen op het platteland en in kleine stadjes, waar crystal meth, zelfgemaakte rommel met dezelfde effecten als crack, hele gemeenschappen vernietigde. Het was een poor man’s drug: de rottende tanden, ingevallen wangen en het totaal onvoorspelbare gedrag markeerden de verslaafden.
Sinds pakweg 2005 blijken nu vele miljoenen Amerikanen, vaak afkomstig uit de middenklasse en soms, zoals in het Toyota-geval, uit de upper class, verslaafd geraakt aan pijnstillers of illegale alternatieven. De wijde verspreiding ervan werd lang onderschat. Het begon steeds met pijnstillers die in ruime mate door artsen werden voorgeschreven, daartoe aangespoord met bonussen van de farmaceutische industrie. Die pijnstillers bleken verslavend te zijn. Als hun kwaal voorbij was en hun arts niet meer bereid was het recept te herhalen, stapten veel mensen over op heroïne, vaak gecombineerd met synthetische opiaten als fentanyl – het middel dat de popartiest Prince het leven kostte. Het middel is honderd keer sterker dan morfine, een overdosis is snel genomen.
Het duurde lang voor de ernst van de huidige epidemie werd onderkend. De problemen waren voor de meeste Amerikanen niet zichtbaar genoeg om zich druk over te maken. Dat was een reden voor een sheriff in Ohio om een van de schokkendste foto’s van 2016 online te zetten. Je zag een man en een vrouw uitgeteld achteroverliggen in hun auto, die de bestuurder al zwabberend maar net veilig aan de kant had kunnen zetten. Op de achterbank zat hun kleinkind in een kinderstoeltje. Het gaf de epidemie een gezicht. Het gezicht van verslaafde blanken die bij je om de hoek konden wonen.
De cijfers bezorgen je koude rillingen. Overdoses eisen nu meer slachtoffers dan het autoverkeer en wapengeweld bij elkaar. In 2016 ging het om 65.000 doden, in 2015 52.000, vergeleken met 13.000 in 1999. Sommige staten, zoals Ohio, Indiana, West Virginia en New Hampshire, kampen met een permanente noodsituatie. De gouverneurs van die staten vragen hulp in Washington en hebben zonder uitzondering Obamacare gebruikt om een deel van de nood te lenigen. Het was een van de redenen dat zelfs Republikeinse gouverneurs Obamacare wilden behouden. President Trump stelde een commissie in onder leiding van Chris Christie, die het advies gaf een nationale noodsituatie uit te roepen om speciale hulp mogelijk te maken. Trump hield het na veel treuzelen bij het veel zwakkere middel van een health emergency en deed vervolgens niets.
De crisis van de middenklasse en die van de drugsepidemie zijn met elkaar verbonden in een macaber gegeven: blanke Amerikanen van middelbare leeftijd, 45 tot 54 jaar oud, kampen met stijgende mortaliteit. Twee economen aan Princeton University, Angus Deaton en Anne Case, concludeerden dat niet hartzieken en diabetes de belangrijkste doodsoorzaak waren in deze groep, maar een epidemie van zelfmoorden, leverziekte als gevolg van alcohol, en overdosis door heroïne en pijnstillers. Nobelprijswinnaar Deaton kende maar één vergelijkbare killer in moderne tijden en dat was hiv/aids met een dieptepunt van 47.000 doden in 1995.