Het was Hector St. John de Crèvecoeur die in de tweede helft van de 18 e eeuw in zijn Letters de Amerikaanse kolonies beschreef voor immigranten. ‘De rijken blijven in Europa; het zijn alleen de middengroepen en de armen die emigreren … Alles neigt ertoe hen te regeneren; nieuwe wetten, nieuwe manier van leven, een nieuw social systeem; hier worden ze mensen: in Europa waren ze niet meer dan vele nutteloze planten, behoeftig aan mest en verfrissende buien; ze verschrompleden en werden neergemaaid door behoeftigheid, honger en oorlog; maar nu, door de kracht van transplantatie, hebben, als alle andere planten, wortel kunnen schieten en kunnen ze bloeien! Voorheen kwamen ze niet voor in welke lijst dan ook in hun eigen land, behalve op die van de armen; hier zijn ze burgers … zijn land is nu wat hem land, brood en bescherming biedt en als gevolg: Ubi panis ibi patria, is het motto van alle immigranten'.
Ook al heel vroeg dachten sommigen in termen van een mengvat waaruit een geheel nieuwe burger zou komen. Zo stelde Jean de Crèvecoeur in zijn Letters from an American Farmer in 1782 de beroemde vraag, ‘Wat is dan die Amerikaan, deze nieuw mens?'. Zijn antwoord was dat deze Amerikaan delen in zich had van veel Europese culturen, maar dat zich daaruit een nationaal karakter vormde dat anders was dan wat er uit Europa was gekomen. ‘Hier', schreef Crèvecoeur, ‘raken de individuen uit alle landen gemengd in een nieuw soort mens, wier werken en erfenis op een dag de wereld enorm zullen veranderen'. Nog los van de optimistische en zelfverzekerde toon van Crèvecoeur, spreekt duidelijk de idee dat Amerika een mengvat was. Natuurlijk negeerde Crèvecoeur, als kind van zijn tijd, de zwarte en de indiaanse elementen in deze mengeling.
Deze waarnemers waren natuurlijk niet blind. Ze wisten heel goed dat het nieuwe Amerika niet alleen uit afstammelingen van de Engelsen bestond. Ze onderkenden de eigen cultuur van de Nederlanders, Schotten, Ieren, Fransen, Duitsers, Zweden en joden die allemaal hun eigen taal en gewoonten koesterden. Maar de meest verziende lieden zagen al hoe zich dit zou vormen tot een nieuw mengsel.
De mythe die Crevecoeur formuleerde bestond uit vier delen. Ten eerste stelde hij dat de Europeanen de gewoonten van hun odue wereld van zich af wilden schudden en Amerikaan wilden worden. Verder meende hij dat Amerikanisering snel en gemakkelijk ging omdat de immigranten nauwelijks obstakels tegenkwamen. Ten derde claimde hij dat Amerikanisering de immigranten ‘samensmolt' tot één enkel ras, cultuur of natie, zonder veel variatie. Ten slotte zouden de immigranten Amerikanisering ervaren als een emancipering van de onderdanigheid, armoede en andere oude wereld beperkingen.