Pete Hoekstra, Trumps ambassadeur in Nederland, neemt het niet zo nauw met de waarheid. Daarin is hij een goed volger van zijn baas. Vanaf zijn benoeming heb ik me afgevraagd of ik respect voor zo iemand moet hebben (hij hoorde bij de islamofoben in de VS die riepen dat in Nederland auto’s en politici werden verbrand en dat we ‘no go’ areas hadden). In een interview met toenmalig corresponent Wouter Zwart ontkende Hoekstra dat hij dat ooit gezegd had.
Zwart was ad rem en goed voorbereid genoeg om de uitspraken bij zich te hebben op film. Hoekstra stond in zijn hemd. Hoekstra was ook een ferm verdediger van de leugens van de Bush-Cheney bende waarmee ze de oorlog in Irak, Amerika’s grootste blunder aller tijden, verdedigden.
Terug naar die vraag: moet je respect voor zo iemand hebben? Ja, voor het ambt. Zoals je respect moet hebben voor het ambt van president van Amerika. Maar niet noodzakelijk voor de personen die dat ambt uitoefenen. Niet dus voor Hoekstra, niet dus voor Trump. Ik herinner me dat een boekhandel in Amsterdam een bijeenkomst in 2017 afgelastte omdat mensen weigerden te komen als Hoekstra er was. Ik zou ook niet gegaan zijn. Mijn goede collega Maarten van Rossem heeft er minder problemen mee. Hij vond een dialoog met deze man, ik meen in in de Industreele Club, geen probleem.
Zo maak je je afwegingen.
Ik kom er op omdat de onvolprezen Tom Jan Meeus ons vandaag in de NRC nog eens herinnert aan deze man, die zich laat interviewen door Robert Jensen, die zichzelf graag ziet als vooruitgeschoven post van de rechts radicalen in Amerika. Jensen is zijn eigen Fox News. Goed dat Meeus ons scherp houdt.