Interviews met kiezers onmiddellijk nadat ze hun stem hebben uitgebracht. Ze worden meestal gehouden bij de deur van kieslokalen door onderzoeksorganisaties, vaak in opdracht van de media. Mits goed uitgevoerd, stellen ze de televisiestations in staat om meteen na het sluiten van de laatste stembus de gehele uitslag te voorspellen. Ze worden ook gebruikt om de motieven van kiezers te doorgronden.
Voorspellen is een onzekere business en de peilers zitten er vaak naast. Zo leek het er in 2004 lange tijd op dat John Kerry de verkiezingen zou winnen – wat leidde tot uitgebreide beschouwingen op de televisie over de significantie daarvan – ook in Nederland. Later in de nacht bleken de peilingen het fout te hebben.
Op basis van exit polls die dieper doorvragen, worden soms ook uitspraken gedaan over de redenen waarom mensen op de ene of de andere kandidaat gestemd hebben. Zo was er in 2004 enige opwinding toen een van de opiniepeilers stelde dat de meerderheid van de kiezers had beslist op basis van normen en waarden. Nadere beschouwing van de cijfers liet zien dat dit gold voor 22 procent van de kiezers, terwijl 21 procent gekozen had vanwege de economie en 18 procent vanwege de oorlog in Irak.